Part One
Een diepe zucht. Ik heb het lokaal in ieder geval redelijk ongeschonden weten te bereiken, maar dat zegt nog niks. Het begint meestal pas echt tijdens de les als iedereen zogenaamd huiswerk zit te maken. Ik loop rustig tussen de tafeltjes door naar het achterste hoekje waar de muur volgetekend is met pentagrammen, bandlogo's en kruizen. Daar laat ik mijn tas van mijn schouder glijden en hoor hoe die met een doffe plof op de grond valt waarna ik me voorzichtig op de stoel laat glijden. Als ik opzij ga hangen om mijn boeken uit mijn tas te pakken, druk ik snel mijn tanden op elkaar om de bijtende pijn in mijn zij te onderdrukken. Misschien moet ik in de weekenden maar wat rustiger aan doen. Dan zit ik de week die op dat weekend volgt niet onder de blauwe plekken en de wondjes.
De bel gaat. De les Handvaardigheid is nog best goed verlopen. Ik werd wel aangekeken met blikken die me dood wensten bij iedere beweging en bij ieder geluid wat ik maakte, maar afgezien van die blikken heeft er niemand naar me geschreeuwd en heeft er ook niemand propjes naar me gegooid. Welke gek zorgt er dan ook voor orde en stilte tijdens Handvaardigheid, dan vráág je toch om problemen? Pauze. Een half uur lang rust en stilte als ik op tijd een afgelegen plekje weet te vinden. Een donker plekje. Ergens in het trappenhuis of zo, want dan weet ik zeker dat ik alleen blijf. Als ik vol in het licht ga zitten dan zijn er nog mensen die ergens bij me durven te gaan zitten. In het donker zijn ze nog banger voor mij dan een kind bang is voor onweer. Precies als ik opsta en voorzichtig mijn tas over mijn schouder gooi, roept de leraar me bij zich.
'Elisa, kun je nog even blijven zitten?'
'Eigenlijk niet, meneer Koops,' antwoord ik rustig terwijl ik doorloop naar de deur. Terwijl ik mijn hand op de deurknop leg om de deur open te doen, werp ik een blik in de spiegel die naast de deur hangt. Een paar doffe grijze ogen met dikke zwarte randen make-up er omheen staren terug. Zwart stijl haar valt over mijn schouders om toch nog licht golvend heen en weer te wiebelen over mijn rug en borst met iedere beweging die ik maak. Uit de broekzak van mijn spijkerbroek haal ik een pakje shag en ik begin er rustig een te draaien terwijl ik de trappen af loop en door de grote deur naar buiten stap. Het grote grasveld voor de school waar bomen op staan voor wat schaduw en verkoeling is al helemaal vol. Leerlingen van verschillende leeftijden zitten in het gras of rennen achter elkaar aan met het doel een plastic flesje tussen twee bomen door te schieten. Flesvoetbal. Nog erger dan gewoon voetbal. Ik zucht diep en steek mijn peuk aan om langs het grasveld naar het fietspad te lopen wat er achter ligt. Daar laat ik me op een bankje in de schaduw vallen. Uit mijn tas haal ik mijn mobiel die ik meteen aanzet. Drie gemiste oproepen en twee smsjes van Thymen en een smsje van Anna die vraagt waar ik nu ben omdat ze in de buurt is van mijn school en me graag weer een keertje wil zien. Ik sms terug dat ik op het bankje achter het grasveld zit en dat ik nog 25 minuten pauze heb en lees dan de smsjes van Thymen.
Morgen naar politiebureau. Ze zullen jou ook nog wel bellen. Samen heen gaan? xxx
En:
Ik kom je vanmiddag om twee uur van school halen. Geen minuut eerder of later.
Ik trek mijn wenkbrauwen op en probeer te bedenken wat er aan de hand is, als ik iemand luid hoor toeteren. Ik kijk op van mijn mobiel en zie een klein, zwart autootje het fietspad op rijden met Anna vrolijk zwaaiend achter het stuur. Ik grijns breed naar haar en steek mijn hand op om haar te begroeten. Als ze de auto stil zet en uitstapt, geven we elkaar een dikke knuffel en beginnen honderduit te praten over van alles en nog wat, zoals dat bij ons altijd het geval is.