Dat was de opdracht zoals ik hem van Saskjezwaard kreeg. Ik heb, geloof ik, niet helemaal voldaan aan de opdracht, maar er is naar mijn mening wel een geslaagde one-shot uitgekomen. Het einde is misschien een beetje afgeraffeld omdat ik de one-shot te lang vond worden. Hoe dan ook, veel leesplezier. Feedback & complimentjes zijn altijd welkom!een vrouw komt erachter dat haar geliefde (mag je zelf bedenken of het crush is of echt vriendje) is ontvoerd en gaat op zoek naar hem?
Just some Jazz
Familiefeesten bij de familie Langheweide waren altijd zeer aangekleed en er werd goed voor de gasten gezorgd. Twee hele zalen waren sfeervol ingericht met behulp van zilverblauwe kandelaren en bijkleurende slingers die de butler van de familie Langheweide speciaal voor dit feest had uitgezocht. Tegen de muur van de grootste zaal van twee, stond een lange tafel met daarop een lang wit kleed met zilveren randjes. Op de tafel stonden de meest verrukkelijke gerechten: van een complete gevulde kalkoen tot een berg vanille-ijs waar het chocola als een fontein overheen spoot.
In de andere zaal was een klein podium opgebouwd waarop een bandje zwoele jazzmuziek speelde. Enkele mannen maakten gebruik van deze gelegenheid en hadden loslopende vrouwen om een hand gevraagd en samen met hen bewogen zij nu in rustige passen over de dansvloer.
In de zaal met de eettafel was het rustiger en werd het geluidsniveau voornamelijk bepaald door mensen die onderling gesprekjes voerden, veelal verzameld rond de hangtafels of geclusterd in groepjes in het midden van de zaal. Ook de heer Langheweide en zijn vrouw bevonden zich in deze zaal. Samen met de heer Mercksenaar en zijn vrouw stonden ze op een geringe afstand van de tafel met het eten.
“En hoe bevalt deze avond?” vroeg heer Langheweide aan het koppel Mercksenaar.
“Goed, goed” antwoorde de heer Mercksenaar terwijl hij een trek van zijn pijp nam. “Het eten is verrukkelijk, de muziek is vermakelijk…”
“Maar?” onderbrak Langheweide hem. Hij en de heer Mercksenaar waren al sinds lange tijd concurrenten en ook op feesten was deze rivaliteit, weliswaar enigszins verbogen, aanwezig. De twee hooggeplaatste heren probeerden de ander telkens weer op een foutje te betrappen bij de organisatie van de feesten.
“Het schijnt dat er muizen zitten rond de eettafel.” Heer Mercksenaar viel meteen met de deur het huis binnen.
“Muizen?” vroeg heer Langheweide ongelovig. “Van wie heeft u dat gehoord?”
“De vrouwen Firalda hebben bij mij geklaagd” mompelde Mercksenaar hoofdschuddend.
Vrouw Langheweide slaakte een zucht van verveling. Elke maand was er wel een familiefeest en de meesten daarvan waren doodsaai. Dansen kon ze niet, omdat ze gehuwde vrouwen volgens de gedragscode bij hun mannen moest blijven en haar man bleef de hele tijd in de grootste feestzaal om te praten met oude zakenrelaties.
“En hoe zit het met uw vrouw?” vroeg vrouw Mercksenaar, die de verveling had opgemerkt. “Geruchten gaan dat jullie gaan scheiden.”
“Van wie heeft u dat nou weer gehoord?” riep heer Langheweide geschrokken uit. Zijn vrouw kon dan wel wat zeurderig zijn af en toe, maar hij wilde haar absoluut nog lang niet kwijt. “Ook van de vrouwen Firalda zeker?”
“Hmm…” antwoordde zij nietszeggend. Bij dat geluid zoemde heer Langheweide bijna weg terwijl hij keek naar het prachtige slanke figuur dat de vrouw van Mercksenaar had en de daarbij goed op aangesloten, iets uitdagende, witzilveren jurk.
“Maar goed” bromde de heer Mercksenaar. “Ik ga even proeven van de punch. Het lukt zelden om hem zo zoet te maken als bij…” Zijn zinnen werden abrupt onderbroeken door het uitvallen van het licht. Een ijzige gil klonk door de feestzalen. Een gil die heer Langheweide uit duizenden herkende: zijn bloedeigen vrouw!
Door het duister en op de tast, begaf de man zich naar de deurportier waar hij het niet alleen de lichtschakelaar terugzette maar ook het alarm indrukte.
“Bewaak de deuren!” beval hij. “Ik wil dat niemand de feestzalen in- of uitgaat.”
“Kan ik wat voor u doen, mijnheer?” Aan de rechtervoet van de heer des huizes stond een klein mannetje: Simon. Simon was heer Langheweides lievelingsneefje. Hij was behulpzaam, stond altijd paraat als heer Langheweide hem nodig had en voor zijn leeftijd bijzonder slim.
“Kijk alle gasten en het personeel” antwoordde hij hem. “Ik wil weten wie er op dit moment niet in de feestzaal aanwezig is.” Door het alarm aan te zetten waren de buitendeuren hermetisch afgesloten en de ontvoerder van zijn vrouw kon de tijd nog niet gehad hebben om buiten te komen. Eén ding was zeker: de dader was nog in het huis en bevond zich nu niet meer in een van de feestzalen.
Simon zette zijn hand aan zijn hoofd, als teken van gehoorzaamheid en rende door de mensenmassa heen. Nog geen minuut later was hij al weer terug.
“Zo op het oog mis ik vier mensen” was zijn report. “In eerste plaats natuurlijk uw vrouw, meneer Hennegouwen lijkt te ontbreken, de butler is weg en tenslotte mist de kleine Benjamin.”
“En verder?” vroeg heer Langheweide.
“Dat waren de vier” antwoordde Simon. “En er mist wat personeel van de keuken, maar dat lijkt mij vrij normaal.”
“Benjamin! Hier komen!” riep heer Langheweide, tevens de vader van kleine Benjamin.
“Ja vader” piepte iemand van onder de eettafel. Benjamin kwam van onder de tafel tevoorschijn met in zijn hand een speelgoedmuis. “Sorry van die muizen” bekende hij meteen, wetend hoe streng zijn vader soms kon uitvallen.
“Dat is dan ook weer meteen opgelost” bromde heer Langheweide. Hij wandelde de naar het podium, nam de microfoon in handen en sprak zijn gasten toe:
“Ik ben zo terug, excuseer mij even, vermaakt u zich in de tussentijd!” Hij gebaarde dat Simon mee moest komen en het tweetal vervolgde hun weg naar de entree, vanwaar een lange trap naar boven leidde en daaronder, verborgen door een houten deur, een trap naar beneden. Meteen werd al duidelijk dat er iets mis was, want er kwam een vreemd laag brommend geluid vanuit de kelder.
“Simon, ga kijken” beval heer Langheweide.
“Ja, mijnheer!” antwoordde deze braaf en hij verdween door de deur naar de kelder. Enigszins geschokt kwam hij een paar minuten later terug.
“Report?” vroeg heer Langheweide hem.
“De butler” mompelde Simon. “Slapend. Snurkend zelfs. En twee lege flessen wijn op de keldervloer.”
Heer Langheweide schudde zijn hoofd. “Die is morgen per staande voet ontslagen” bromde hij nors.
“Wat nu?” vroeg Simon die niet kon geloven dat meneer Hennegouwen de dader was. Immers waren zij al sinds jongs af aan bij elkaar. Het waren bijna twee broers, zo close waren ze met elkaar opgegroeid.
“Naar boven” besloot heer Langheweide. Hij trok precies aan het juiste eind, want hoe hoger ze kwamen hoe duidelijker jazzmuziek te horen werd, en het was overduidelijk niet het bandje uit de feestzaal.
Met een grote zwaai sloeg heer Langheweide de deur van de slaapkamer open. De muziek van een bandje uit lang vervlogen tijden drong zijn oren binnen en de dader en zijn vrouw waren gevonden. Daar, op het bed lagen ze. Als één bult op elkaar, uitgekleed en wel. Alles was in één klap duidelijk voor mijnheer Langheweide.