Bloederige Tranen

Hier vind je alle voltooide fantasieverhalen!
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Waarom laten schrijvers paarden altijd hinniken als de dieren schrikken of aangespoord worden xD ghehehe.
Een paard hinnikt alleen om te begroeten xD.

hmppff Rose is geen wispelturige bitch meer xD ghehe

Haa vanaf dit punt heb ikj het niet meer gelezen :D jeeeeeh nieuwe stukjes :D
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jenna: mooi, mooi, ik hou van vraagtekens die opgeroepen worden^^ ten minste, als ik dat voor ogen heb haha :P
@ Maaike: Ik vind het zo leuk om jullie overdenkingen te lezen :P bedankt voor je reactie!
@ Mooonie: Haha, dat vat ik positief op^^
@ Jodie: hinniken is leuk xD en tja, moet je toch teleurstellen, geen nieuw stukje :P ik probeerde het nog wel, maar tja, die rotzin --'
En we zijn al bij hoofdstuk 4!



Hoofdstuk 4

Als blikken konden doden, lag Jonathans koude lichaam mijlenver achter haar en was Rose zelf terug in Nadir. Ze was al gauw met het moorddadige fantaseren opgehouden, niet alleen omdat het niet hielp om de werkelijkheid te veranderen, maar ook omdat ze te moe was om een samenhangende gedachte te vormen.
De zon hing laag boven de horizon, klaar om achter het hoge gebergte weg te zakken. De lucht was nog stralend blauw, het zou pas over een paar uur donker worden. Alweer.
Rose had nog een laatste blik op Nadir kunnen werpen, waar mensen probeerden het vuur te blussen met emmers water. De groep was klein, veel te klein. Jonathan had vast veel meer mensen vermoord dan alleen haar moeder. Een steek schoot door Rose’ hart en ze kromp ineen. Tranen stroomden geluidloos over haar wangen, wat de afgelopen uren wel vaker was gebeurd. Ze had geen kracht meer om ze tegen te houden.
Geschokt had ze aangezien hoe er van dorpshal niets meer over was dan zwartgeblakerde stompen die machteloos de lucht instaken, niet langer meer nodig om een dak te ondersteunen. De vlammen waren naar de andere huizen overgeslagen, gretig om zich heen grijpend en zachtjes aangemoedigd door het hout en gedroogde stro.
Ook de grote eikenboom op het plein was door het vuur gegrepen. De brandende taken graaiden wanhopig naar de lucht en leken haar na te wuiven in een droevige groet. Ze had de rookwolken nog lang kunnen zien.
Jonathan had een straffe draf aangehouden, waardoor ze in de middag al bij de Drakenklif aankwamen. Wonder boven wonder waren ze er zonder kleerscheuren uitgekomen, hoewel Rose zijn magie daarvoor verantwoordelijk hield. En toen waren de bergen overgegaan in dit saaie landschap, dat zich tot aan de horizon uitstrekte. Er was niets anders te zien dan hoog gras met zulke taaie stengels dat het de paarden in hun tong sneed en af en toe reden ze voorbij een sporadische boom.
Een schittering vanuit haar ooghoek trok haar aandacht en ze richtte haar vermoeide blik op Jonathan, al wetend wat er gaande was. Hij trok met vingervlugge precisie een teken in de lucht, dat na een fluistering naar boven schoot en in de hemel verdween. Dat had hij al vaker gedaan, ze had het precieze aantal niet bijgehouden. Maar dit was de eerste keer dat de magie ergens tegenaan kwam en uiteen spatte. Met open mond staarde ze naar de glinstering in de lucht. Nu wist ze wat hij aan het doen was.
Rose richtte haar zware gedachten op de verhalen van Olan. Hij had verteld over een magisch scherm dat ontastbaar en onvoelbaar boven de gebieden hing die verdeeld waren onder de Lys en Tywell. Alleen niemandsland was onaangeraakt. Binnen de koepels was het gebruik van teleporteermagie onmogelijk, een beschermingsmechanisme in de oorlog.
Jonathan spoorde zijn paard aan, hij had blijkbaar nieuwe moed gekregen van het zien van de fonkeling. Het betekende dat ze dicht bij niemandsland waren. Zo zag de kale vlakte er al uit, ze kon zich niet voorstellen dat iemand hier vrijwillig zou wonen.
Rose’ paard verhoogde ook zijn tempo. De flanken zwoegden bij iedere stap die hij zette en wit schuim bedekte het trillende lijf. Met een vreemde onverschilligheid zag Rose de worsteling van het dier aan. Ze wist dat ze het erg moest vinden, maar ze had eenvoudigweg de energie er niet meer voor.
Als een zoutzak zat ze in het zadel. Ze deed niet eens meer moeite om met de bewegingen mee te gaan, daar was ze al een halve dag geleden mee opgehouden. Haar beenspieren brandden, net zoals de rest van haar onderlichaam. Het verbaasde haar dat ze nog niet van haar paard was afgevallen, ergens verdacht ze Jonathan ervan dat hij een magie had uitgesproken die dat voorkwam.
Ze probeerde te slikken, maar had het gevoel alsof haar tong aan haar verhemelte bleef vastplakken. Alles in haar schreeuwde om een druppel water. Ze had het niet aan Jonathan durven vragen, in de stille hoop dat, als ze niets zou zeggen, hij haar zou vergeten. Hopeloze moeite.
Ze sloot haar ogen en schraapte al haar moed bijeen.
“Kunne-” Haar stem had een vreemde piep in zich. Na een keer hoesten probeerde ze het nog een keer. “Kunnen we niet stoppen?”
“We worden achtervolgd.”
Lichte paniek worstelde zich door haar vermoeide lichaam. Ze ging wat rechter in het zadel zitten. “Wat? Door wie?”
Jonathan keek achterom, niet naar haar, maar naar iets ver achter hen. Onbewust volgde ze zijn blik en gleed bijna uit het zadel. Ze wist zichzelf nog net op tijd overeind te houden, met spieren die gilden door de inspanning. Ze had de zwarte wolk nog wel kunnen zien. Jonathan had gelijk, ze werden inderdaad achtervolgd.
“Door wie?” herhaalde ze.
Hij richtte zijn blik nu op haar. “Nádúra.” Zijn mond was een strakke streep in zijn witte gezicht.
Rose wierp een snelle blik achterom, maar ze kon geen details onderscheiden aan hun achtervolgers. Hoe Jonathan dat kon, was haar een raadsel.
Nádúra. Het derde volk van de Tywell, samen met de dorchôn en de doriónàch. Olan had niet veel over hen verteld, hij vond hen niet waardig om veel verhalen aan te wijden.
Waarom? Het was het begin van zoveel vragen die door Rose’ geest suisden. Waarom wilde iedereen haar hebben? Waarom kwamen zelfs nádúra -wezens die al eeuwen niet inde buurt van Nadir waren gekomen- hiernaartoe? Maar vooral, waarom moesten haar moeder en al die anderen dood?
Een vreemde kracht stroomde door haar aderen en liet haar haar kaken op elkaar klemmen. Ze had een besluit genomen. Ze zou alle informatie uit de man voor haar wringen, goedschiks of kwaadschiks. Het maakte haar niets uit wat de persoonlijke offers voor haar waren, ze moest weten waarom Jonathan vond dat hij het recht had om haar dorp uit te moorden. En als hij daar geen goede reden voor had, zou ze ervoor zorgen dat hij wenste dat hij er wel een had.

De wind blies Rose’ haren naar achteren en streek met zijn verkoelende vingers over haar huid. Ze had het aangenaam gevonden als haar aandacht erop gericht was geweest. Nu dacht ze alleen maar aan de nádúra die met elke seconde dichterbij kwamen.
Ze kon zweren dat ze het gebulder van de tientallen hoefslagen kon voelen, zelfs door het trillende paardenlijf heen. De laatste keer dat ze een blik op de groep had geworpen, werd het zonlicht door de glinsterende wapenuitrusting weerkaatst en had haar bijna verblind. Daarna had ze niet meer om durven kijken, bang dat ze uit het zadel zou glijden en zo een makkelijke prooi zou vormen.
“Heeya!” Jonathan ramde zijn hielen in de flanken van zijn paard. Het begon voor een moment sneller te galopperen, maar zakte na een paar minuten al terug in het oude tempo. Haar paard onderging dezelfde cyclus. De dieren waren doodmoe, net zoals hun ruiters.
Jonathan trok zijn zwaard en haalde uit. De platte kant van het lemmet kletste op de billen van zijn dier, dat door zijn hoeven zakte en bijna struikelde. Het paard wist zichzelf nog overeind te houden en zette zich af. Met zwoegende flanken vluchtte hij weg.
“Wat doe je, gek!” schreeuwde ze naar Jonathan.
Hij draaide zich om, keek haar een moment aan voor hij zijn blik naar de nádúra liet glijden. Meteen wenste ze dat hij voor zich uit was blijven kijken. De angst in zijn ogen was onmiskenbaar en joeg haar bloed in kille golven door haar lijf. Ze had gehoopt dat hij hier ervaring in had, dat hij rústig zou blijven, maar het leek alsof hij strak in dezelfde greep van wanhoop zat als waar zij zich in weg voelde glijden.
Haar paard schudde briesend zijn hoofd en spurtte naar voren, meegetrokken aan de onzichtbare touwen van de betovering. Voor het eerst was Rose daar dankbaar voor.
Het was echter niet voor lang. Het dier zakte door zijn hoeven heen en begroef zijn hoofd in het harde zand. Rose vloog over de hals naar voren, haar handen paniekerig graaiend in het niets. Haar wereld keerde zich met een misselijkmakende vaart om. De hemel schoot aan haar voorbij en ze klapte op de grond. Een groot gevaarte ontnam haar een seconde het zicht op de blauwe lucht. Pijn, veel pijn en toen was alles zwart.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Het is me egt opgevallen dat tegenwoordig bijna iedereen de naam Rose gebruikt voor een voor zijn personages. Maarja het is en blijft een mooie naam :P

Je houd het nog steeds spannend doordat iedereen Rose achtervolgt/wil pakken. Ze lijkt wel een magneet die slechterikken aantrekt :D

Trouwens het was grappig dat Jonathan zelf ook een beetje bang en nerveus was
Normaal gesproken zijn zulke mensen heel erg moedig, sterk, dit dat.

Ik heb een klein foutje gevonden


---De brandende taken grepen wanhopig naar da lucht en leken haar na te wuiven in een droevige groet---

Hier heb je taken staan, terwijl het denk ik takken moet zijn.

Verdr niks gezien en niks te zeggen. Behalve dat je verder moet gaan!!



XxJenna
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Die arme paarden! :( Ik vraag me echt af hoe Jonathan zich hieruit gaat redden en waar Rose straks wakker wordt :)
Ik vind het trouwens echt leuk hoe je Jonathan neer zet, hij is niet zo'n stereotype. Zoals Jenna al zei, had ik niet verwacht dat hij bang zou zijn voor iets of iemand.
Op het spellingfoutje die Jenna al aangegeven heeft na, heb ik weer geen fouten kunnen vinden. Ga zo door!
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Mochten we het gevoel krijgen dat je een hart hebt voor je personages.. dan je sla dat nu aan gort. Arme Rose en arme paardjes.. nog even en ze worden platgewalst door die zwarte wolk met strijders waarvan ik de naam niet kan onthouden :angel

Ik heb zo'n vermoeden (daar gaan we weer... speculatietijd :P ) dat ze net buiten zo'n koepel is belandt in het niemandsland en dan net voordat die hoeven haar vertrappen, Jonathan haar verplaatst naar zijn meester. En tsja daarna.. dat blijf je mee even schuldig, verder dan de meester slurpt alle magie en levenslust uit haar kom ik niet xD

Schrijf maar snel verder :)
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jenna: Ja, stom he :gr: iedereen Rose of Roos, ik was het eerste! ^^ nee tis idd een leuke naam, jammer dat meer mensen hem pakken, maar goed, dat zal je altijd hebben :P en bedankt! Het was idd takken, taken klinkt een beetje raar haha xD
@ Mooonie: Ha mooi, altijd goed om te horen^^ ik kan wel zeggen dat Jonathan een van mijn meest ingewikkelde karakters is die ik heb, hij is soms zo leuk om te schrijven :P
@ Maaike: Hahaha xD nee, ik heb niet echt een hart voor mijn personages :angel En je vermoedens zijn bijna helemaal juist! God, ik word voorspelbaar xD
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Pijn joeg in golven door haar zenuwen en zette alles in Rose’ lichaam in brand. Ze opende haar ogen en sloot ze meteen weer; de wereld tolde om haar heen. Het deed pijn om adem te halen, alsof een mes tussen haar ribben zat en in haar vlees sneed.
Een klap in haar gezicht liet haar ogen weer openschieten. Nog steeds lukte het niet om vormen te onderscheiden, ze zag alleen maar dat er een huidkleurige vlek boven haar hing, die na een keer knipperen versprong naar de rechterkant.
“Opstaan,” gromde een stem boven haar. Twee handen klemden zich strak om haar polsen en trokken haar overeind. Een ijzige stroming gleed door haar huid naar binnen en zette zich in haar hoofd vast. De wereld werd weer scherp.
Ze keek recht in het gezicht van Jonathan, zijn blauwe ogen versluierd door angst en een andere, duisterdere emotie. Hij liet één pols los en trok haar met de andere achter zich aan. Struikelend wist ze hem in zijn passen te volgen.
Gebulder drong haar oren binnen en omvatte haar hele geest. Haar gezichtsveld trilde mee op het ritme. Puur instinct bewoog haar spieren en liet haar in angst wegrennen. Ze voelde de pijn niet meer, die was meegenomen door de nieuwe energie die door haar heen stroomde.
De wereld gleed aan de zijkanten langs haar heen, haar blik was alleen gericht op een punt in de verte. Daar moest ze heen.
Een zoevend geluid trok door de lucht, gevolgd door meer van dezelfde geluiden. Iets vloog over haar haren heen en kuste haar kruin voor het met een vaart verder vloog. Het belandde meters voor haar in de grond, de veren op de pijl trillend door de kracht van de inslag.
Jonathans greep om haar pols verstrakte en hij versnelde zijn tempo. Een paar gegromde woorden bereikten haar oren. Een teken schoot de lucht in en barstte vlak voor haar in vlammen uit. Gillend sloeg ze haar vrije arm voor haar gezicht om zich te beschermen, niet in staat om te stoppen. Ze schoot door de vlammen heen die alleen maar op haar huid tintelden.
“Eindelijk.”
Jonathans stem bereikte vaag haar oren door de waas van paniek die om haar heen lag. Hij stopte en trok haar met een ruk naast zich tot stilstand. Steken brandden in haar zij, pijn die ze in haar paniek niet had opgemerkt, maar die nu extra hard binnenkwamen. Het kostte haar moeite om adem te halen. Ze sloeg haar armen om haar ribbenkast en kromp ineen van pijn.
Jonathan besteedde geen aandacht aan haar, maar begon gloeiende tekens in de lucht te trekken. Ze tolden in de lucht en vormden een boog in alle kleuren van de regenboog.
Een pijl scheerde vlak langs Rose’ gezichtsveld voorbij, gevolgd door vele andere. Eentje raakte net Jonathans schouder en schoot meteen verder, stukjes vlees en bloed meenemend. Door de inslag struikelde de wyning een pas naar voren en viel op zijn knieën. Bloed stroomde over zijn vieze hemd. Hij schudde zijn hoofd en kwam moeizaam overeind. Met een grimmig gezicht ging hij verder met zijn magie, nu met zijn linkerhand.
Rose draaide zich geschrokken om naar de groep nádúra die aan kwamen stormen. Ze waren bijna bij de plek waar de paarden waren neergestort. De dieren lagen bewegingsloos op de grond.
Haar mond zakte open van ontzag. Glimmende harnassen op goudbruine paarden. Ze hadden allemaal een helm op die hun gezichtstrekken verborg, bij de ogen was er niets meer dan donkere schaduwen. De voorste man, een grote, bloedrode vederdos liep van zijn hoofd naar zijn nek, hief zijn in leer gestoken handschoen en liet hem schreeuwend weer zakken.
Een volgend salvo van pijlen kwam aangevlogen. Alles in Rose verstijfde terwijl haar hart in paniek tegen haar borstkas bonkte. Ze kon alleen maar vol vrees naar de duistere wolk kijken die steeds dichter naar haar toe kwam.
Een vreemde kracht trok Rose’ haren naar achteren en probeerde zich om haar lichaam te wikkelen, haar roepend en lokkend om naar achteren te gaan. Het lukte haar om haar blik af te wenden van de pijlen naar hetgeen achter haar. De poort was klaar. Duisternis kolkte in de binnenkant, vermengd met vreemde kleuren die door het zwart heen schoten.
Toen werd ze geraakt.
Het was alsof iemand een harde klap gaf tegen haar bovenarm. Ze tolde om haar as en buitelde schreeuwend van pijn naar achteren, recht in de poort. Het was alsof ze bleef vallen, alsof de bodem honderden meters onder haar lag. Toch voelde ze de grond duidelijk onder zich.
Iemand hees haar aan haar oksel overeind en sleurde haar mee naar achteren. Of voren, ze wist het niet. De wereld veranderde telkens van plaats. Gewichtloosheid nestelde zich in haar maag. Zwarte splinters boorden zich een weg in haar ogen en zorgden voor een verblindend licht.
Het duurde een eeuwigheid en tegelijkertijd maar een seconde voordat ze de poort uit waren. Een kleurig licht was het laatste dat Rose ervan zag, voor het opgeslurpt werd en verdween.
Pijn ontplofte in haar schouder en ze schreeuwde het uit. Vlekken dansten voor haar ogen. Ze kronkelde in de greep van degene die haar vasthield, maar het was alsof duizenden messen zich in haar longen boorden. Oppervlakkig ademend hield ze zich stil.
Ze opende haar ogen, waarvan ze helemaal niet doorhad dat ze ze dicht had gedaan, en zag Jonathan boven zich hangen. Zijn gezicht was een grimmig masker van bloed en vuil. Hij gooide iets naast zich neer en boog zich naar haar voorover. Zijn handen sloten zich om de bovenkant van haar jurk. Het geluid van scheurende stof was te horen.
Rose probeerde overeind te komen, maar hij drukte haar weer naar achteren. Paniek stroomde door haar lichaam en haalde de kloppende pijn even weg.
Gillend haalde ze uit naar zijn ogen, maar hij greep haar polsen vast en drukte ze naar achteren. Hij hield ze met één hand tegen de grond terwijl de andere op ontdekkingstocht ging. Zijn vingers trokken een warm spoor op haar onderhemd en stopten eindelijk bij haar buik. Met elke hartslag sijpelde haar kracht verder uit zich en kwam de pijn weer op. Tranen van machteloosheid stroomden over haar wangen.
Jonathan legde zijn hand op haar buik, waar ze tot haar ontzetting zijn huid tegen de hare voelde. Hoe… wat? Waar was haar onderjurk?



------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Een vraagje aan het einde :P ik heb een hele tijd op dit stukje zitten klooien, pijn is een rot iets om te beschrijven omdat er niet echt veel synoniemen voor zijn. Dus mijn vraagje^^ komt de pijn goed over, of zijn er stukjes waar jullie het minder/meer hadden willen zien? Want ze heeft dus een gebroken rib en een gat in haar arm, komt dat goed over?
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Zo, je bent het laatste verhaal wat ik als 'uitstelmogelijkheid' gebruik, daarna móet ik echt aan de studie. -.-'

Dat gat in haar arm, was niet te missen haha. Die gebroken rib, ik begreep dat ze veel pijn had. Maar dat ie gebroken is, komt niet naar voren. Is ook wel lastig te beschrijven, je kunt het niet zien. Je kunt het altijd nog naar voren brengen als die Jonathan haar van medische zorg voorziet. Ja ik weet dat je het op een verkrachting wil laten lijken :P maar ik denk dat ie der gewoon wil helpen.

Schrijf snel verder! (Maar uwm.. niet vandaag, want dan heb ik wéér een niet geoorloofd afleidmoment :P )
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Okej dit ik heb het egt superdruk maar tegen jouw verhaal kan ik egt geen neej zeggen :D
Toetsweek en moet meer dan 10 repetities leren Help!!

Maar dit stukj is egt heftig en pijnlijk alleen ik had niet egt door dat er een gat in haar arm ofzo zat. Ik las wel dat ze heel veel pijn had enz. Kweenie kan ook aan mij liggen. In ieder geval de pijn he je goed beschreven. En ja zoals Maaike het al zei het leek meer op dat Jonathan haar wou verkrachten dan helpen. XD

Maar ga snel verder!!
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Spannend stuk! Ik begon me uiteindelijk al af te vragen wanneer ze geraakt zou worden, de pijlen bleven maar komen. Dat gat in haar arm is duidelijk ;) Ik kan alleen niet met zekerheid zeggen dat ze een rib gebroken heeft, of misschien zelfs meerdere ribben. Maar dat vind ik eigenlijk ook niet nodig, omdat je op deze manier net zoveel weet als het personage. Zij weet ook niet of haar rib gebroken is of niet. Ik vind het juist leuk dat je enkel de pijn beschrijft, maar niet precies/letterlijk wat er aan de hand is.
Ik weet hoe lastig het is, heb er zelf ook moeite mee, maar naar mijn mening beschrijf je de pijn heel goed :) Laten we zeggen dat ik geen idee heb hoe je het anders zou moeten doen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Maaike: Hé, verdorie, mislukt xD Hm, Jonathan is niet zo'n spraakzaam type, ik denk niet dat het lukt om dat naar voren te laten komen in een gesprek. Ik ga het eens proberen en anders mag de lezer er zelf naar raden^^
@ Jenna: Haha, dat zie ik als een compliment :P hoe ging je toetsweek?
@ Mooonie: Haha, ja, dat vraag ik me ook in films altijd af, dan lijken de bad guys áltijd mis te schieten. Geloofwaardig zo, of moeten ze verder gedoorzeefd worden? :P En mooi^^
Ugh, ik heb een hekel aan dit soort stukjes, waar in feite weinig gebeurd --' maar hoofdstuk 6 staat weer boordevol actie :D
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Alles in haar verstrakte toen hij haar polsen losliet en zijn andere hand ook haar ontblote buik aanraakte. Een warm, prikkelend gevoel stroomde naar binnen en verspreidde zich over haar ledematen. Het werd heet op de plekken die het meest pijn deden, een weldadige hitte die Rose haar tenen liet krullen. Met een zachte zucht sloot ze haar ogen en liet ze de warmte de pijn uit haar spieren kneden.
Na een tijdje trok het zich terug naar de plek waar Jonathan haar aanraakte, een tinteling achterlatend. Binnen een paar seconden was de warmte weg. Teleurgesteld opende Rose haar ogen en schoot meteen overeind. Nu pas drong het tot haar door wat hij gedaan had, hij had haar genezen!
Jonathan kwam houterig overeind. Donkere plekken lagen onder zijn ogen, die daardoor onmenselijk blauw leken. Zijn haar lag plat tegen zijn voorhoofd aan, bedekt met koud zweet, net zoals de rest van zijn gezicht. Even welde er een steek van medelijden in Rose op, maar ze onderdrukte het snel. Het was zijn verdiende loon voor wat hij iedereen had aangedaan.
Hij liet zichzelf achterover vallen in een strooien stoel en trok zijn hemd omhoog. Met gesloten ogen legde hij zijn handen op zijn buik. Een lichte gloed verspreidde zich onder zijn huid naar de rest van zijn lichaam.
Rose liet haar blik door de rest van de ruimte glijden nu Jonathan met zichzelf bezig was. Naast de stoel stond een bruine bank, duidelijk al wat ouder. Een bloederige pijl maakte vlekken op de stoffen bekleding. Op een tafel lagen verschillende boeken verspreid, afkomstig uit de kast naast de open haard. Alles zat onder een dikke laag stof en in de hoeken kon ze spinnenwebben ontwaren. De stilte die in het huisje heerste was onwerkelijk na de geluiden op de steppe. Het bonkte door in haar oren.
Moeizaam duwde ze zichzelf overeind van de aarden vloer. Ze voelde zich doodmoe, dat had Jonathans magie niet weg kunnen halen. Tranen brandden achter haar ogen, maar ze stond zichzelf niet toe om in zijn bijzijn in te storten. Ze moest sterk zijn, nog heel even.
Jonathan ging staan en trok zijn vuile blouse uit. Alleen het bloed op zijn huid herinnerde nog aan de wonden die hij had opgelopen. Tussen de roestbruine vlekken door kon Rose lichtblauwe lijnen zien lopen, die over zijn lichaam kronkelden en spiralen trokken. Een van de uiterlijke kenmerken van een wyning.
Hij gooide de prop linnen in de open haard, die abrupt oplaaide. Rose stapte geschrokken opzij en struikelde bijna over een laag tafeltje. Ze rechtte haar rug en keek Jonathan uitdagend aan.
“Wat ben je met mij van plan?”
Hij draaide zich abrupt om en liep naar de deur toe. “Boven zijn twee kamers, kies maar uit welke je wilt hebben. Morgen breng ik je weg, daarna zal je voor altijd van me af zijn.”
De deur sloot zich met een klap achter zijn rug, haar alleen achterlatend.


Hoofdstuk 5


Verdoofd staarde Rose naar de dichte deur waar Jonathan net door was verdwenen. Haar gebalde vuisten trilden van de moeite die het kostte om zichzelf onder controle te houden. De wereld draaide om haar heen. Ze schudde haar hoofd om zichzelf wat helderder te krijgen. Paniek welde in haar op, maar ze drukte het weg. Nee, ze kon nog niet instorten, ze moest eerst een veilige plek zien te vinden.
Haar benen leken niet te willen gehoorzamen aan haar bevelen, maar toch stond ze opeens aan de trap. Boven waren twee kamers had Jonathan gezegd, daar zou ze veilig zijn. Een deur om zijn aanwezigheid af te schermen, iets tastbaars tussen hen in.
De trap leek de hoogste te zijn die ze ooit had moeten beklimmen, maar ook hier stond ze opeens weer bovenaan. Langzaam draaide ze zich om en keek naar beneden. De houten treden golfden en verbogen op een misselijkmakende manier. Weer schudde ze haar hoofd. Het waren nog maar een paar stappen.
Haar handen trilden terwijl ze naar de deurklink reikte. Het maakte haar niet uit welke kamer ze nam, zolang híj er maar niet was. Ze schuifelde naar binnen en sloot de deur achter zich. De rillingen bleven over haar ruggengraat lopen. Nog steeds niet veilig.
Haar blik viel op een groot, houten dressoir, waar een vaas met gedroogde bloemen op stond. Ze pakte de rand vast en trok eraan. Het meubelstuk verschoof een paar centimeter, pijnlijk schrapend over de houten vloer.
“Verdomme, rotding, werk mee!” Er lag een angst in haar stem die haar niet aanstond. Ze was niet bang, zeker niet voor hem. Hij zou boeten voor zijn daden!
Woede stroomde door haar aderen en drong de dufheid weg. Rose stapte naar de andere kant van het dressoir toe en begon te duwen. Weer maar een paar centimeter, de hoek zat net voor de deur.
Het maakte haar woest.
“Klootzak, klootzak, klootzak!”
Bij elke schreeuw duwde ze met alle kracht die ze nog in zich had. De vaas schommelde gevaarlijk op en neer en viel op de grond. Het aardewerk spatte in duizenden stukjes uit elkaar. Rose klemde haar kaken op elkaar en richtte al haar aandacht op het dessin.
Hoe kon hij? Hoe haalde die gek het in zijn hoofd om zo’n verwoesting in háár dorp aan te richten? Ze haatte hem.
Het dressoir schoof steeds verder, totdat het uiteindelijk de deur helemaal barricadeerde. Ze gaf nog een laatste trap tegen het hout.
“Zo, zie nu nog maar binnen te komen, k-kl-lootzak.”
Tranen stroomden over haar wangen, ze was niet meer in staat om ze tegen te houden. Al haar kracht was verdwenen. Ze zakte door haar veel te slappe benen heen en belandde in een klein hoopje op de grond. Met haar rug stijf tegen het dressoir aangedrukt huilde ze.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Jee, een nieuw stuk! Ik vind dit soort stukjes tussendoor juist leuk ;) Je maakt me wel nieuwschierig naar hoofdstuk 6 :)
Ik vind het zo knap hoe je alles zo tot in de details weet te omschrijven! Dat is echt mijn zwakke punt, vooral als het om de omgeving gaat.
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Wow saskia, dit was egt een super mooi stukje. Ik vond de details super goed bescreven, het was egt heel erg levendig. Hou daar van :D

Ik had egt medelijden met Jonathan dat hij er zo uitgeput uitzag. Het is wel dat hij een moordernaar is en bijna iedereen uit het dorp heeft uitgeroeid, maar alsnog. Hij is mijn lievelingspersonage :D Ook al is hij slecht. Wie zegt dat slechte altijd slecht blijven?

Oja toetsweek ging wel, het was netzoals alle andere toetsweken zwaar iritant en met allemaal lastige toetsen. Maar ik heb het gered en leef nog :P

Ga je snel verder, ben benieuwd naar hoofdstuk 6!
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Mooonie: Ik vind dat soort stukje vaak ook leuk om te schrijven, krijg je wat meer inzicht in het karakter enzo^^ Maar ik had dit keer echt een beeld in mijn hoofd van hoe het op papier moest staan en dat lukte niet, dus bleef ik maar kloten. Uiteindelijk gewoon opnieuw begonnen en het was al stukken beter^^ en bedankt :D het is een combinatie van kijken wat het meeste opvalt als je in de kamer zou staan en proberen om er een verhaal van te maken. Opsommingen zijn saai om te lezen :P
@ Jenna: Haha, dank je^^ leuk hoe je subjectief tegen een karakter aan kunt kijken :P ik vind hem nml ook heel erg leuk, maar zou volgens mij hard wegrennen als ik hem tegenover me heb staan haha xD en mooi dat je het overleeft hebt, wat zouden we moeten zonder jou? ^^
Laatste stuk van hoofdstuk 5. De volgende stukken zijn best groot, maar kunnen net niet opgesplitst worden :P dus of jullie het willen of niet, het blijft groot xD
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Rose wist niet hoeveel tijd er was verstreken voordat ze zichzelf genoeg bij elkaar geraapt had om een comfortabelere plek op te zoeken. Ze strompelde naar het smalle bed toe dat onder het raam stond, onderweg de pook meegrissend van de kleine haard die in de muur was gebouwd. Tranen lekten uit haar ogen, ze kon ze onmogelijk tegen houden. Wezenloos snikkend begroef ze zich onder het deken, waar een wolk stof uit opwelde.
Haar lijf was moe en schreeuwde om slaap, maar haar hoofd wilde het niet geven. Bij elk geluid schrok ze op en tastte ze naar de haardpook. Af en toe zakte ze weg, om meteen bestormd te worden door dromen. Haar moeders starende ogen, Nadir in brand, het lichaamloze hoofd van de dorchôn. En daartussendoor schoten beelden van Jonathan, hoe het vertrouwde gezicht van Duyrk in die van hem veranderde, hoe Jonathans handen over haar lichaam streelden, hoe zijn koude ogen op haar neerkeken. Elke keer als ze wakker schrok, verwachtte ze dat hij in de kamer stond, klaar om verder te gaan waar hij gebleven was. Maar de kamer bleef leeg.
De avond viel in. Twee lampen aan het plafond begonnen te gloeien en een goudgeel licht te verspreiden. Dat was het enige teken dat ze kreeg dat de tijd verstreek, aan het uitzicht door het raam had ze niets. Er kolkte een vreemde mist die wel in het glas zelf leek te zitten. Het was onmogelijk om te zien of het lichter of donkerder was dan eerst.
Een traptrede kraakte. Meteen schoot Rose overeind en graaide naar de haardpook. Ze gleed tussen de lakens uit en sloop zo zachtjes als ze kon naar de deur toe. Voetstappen klonken op de overloop en hielden stil bij haar deur. Ze duwde zich plat tegen de muur, met de haardpook in de aanslag. Als Jonathan zou denken dat ze zich zonder strijd door hem zou laten verkrachten, dan had hij het goed mis.
Een klop op de deur liet alle spieren in haar lijf strak staan. Angst knauwde aan haar zelfverzekerdheid en ze betrapte zich erop dat haar handpalmen nat waren. Met opeengeklemde kaken verstevigde ze de greep om haar provisorische wapen, klaar om uit te halen. Maar de deurklink bleef op zijn plek.
“Ik heb hier eten voor je en iets om jezelf te wassen.”
Jonathans woorden werden gevolgd door het knarsen van de houten vloer, als teken dat hij wegliep. Achterdochtig keek Rose naar de dichte deur. Ze verroerde zich niet. Het was een val, dat wist ze zeker. Hij deed alsof hij naar beneden ging, maar stond gewoon te wachten totdat ze naar buiten kwam. Een huivering kroop over haar ruggengraat toen ze zich voorstelde dat hij, net zoals zij, tegen de muur aan gedrukt stond. Alleen de dunne laag stenen scheidden hen.
Er was geen enkel geluid te horen.
Minuten kropen voorbij en langzaam zakte haar aandacht. De spieren in haar armen begonnen oncontroleerbaar te trillen en uiteindelijk moest ze de haardpook laten zakken. Ze ademde diep in en probeerde de angst uit te bannen. Ze moest wel naar buiten. Honger had ze niet, maar het water was meer dan welkom. De rit op de vlakte had haar uitgedroogd en ze wilde het vuil van haar lichaam wassen. Vooral haar schouder zat helemaal onder opgedroogd bloed.
Voorzichtig duwde ze tegen het dressoir en kwam meteen tot een probleem. De poten schraapten jammerend over de vloer. Jonathan kon dan niet geluidloos haar kamer in, zij kon er ook niet zomaar uit.
“Verdomme!”
Ze kon wel janken.
De keuze was nu of ’s nachts niet geruisloos naar buiten kunnen of de rest van de dag paranoïde naar de deur kijken. Het dressoir had haar een veilig gevoel gegeven, wat ze nu moest opgeven. Ontsnappen stond hoger op haar lijst.
Met veel duw- en trekwerk lukte het Rose uiteindelijk om de deur weer vrij te krijgen. Ze had geprobeerd op de geluiden van buitenaf te letten, maar het verschuiven maakte zoveel lawaai dat Jonathan net zo goed stampend de trap op had kunnen komen, zonder dat ze hem gehoord had. De zenuwen maakten van haar maag een samengeperste bal. Met haar hand op de deurklink bleef ze luisteren. Geen geluid.
Met de haardpook stevig in haar hand, duwde ze de deur abrupt open en sprong naar buiten. De overloop was leeg, op een grote kom met water en bord gevuld met eten na. Een handdoek lag ernaast, netjes opgevouwen. Ze pakte alles op, sprintte naar binnen en legde het op het tafeltje dat in de hoek van de kamer stond. De stoel zette ze tegen de deur aan, zodat er in ieder geval iets voorstond. De rugleuning was jammer genoeg te laag om de klink mee klem te zetten.
Rose schoof een klein krukje aan de tafel en begon te eten. Ze moest zichzelf dwingen om alles naar binnen te werken, voor haar gevoel smaakte de broccoli en geprakte aardappelen naar zaagsel. Het kon lang duren voordat ze weer fatsoenlijk iets zou eten, het huisje stond waarschijnlijk mijlenver van de beschaving af. Als ze langs Jonathan zou sluipen, zou ze ook een voorraad voedsel mee moeten nemen, zo te zien was er wel wat in huis.
Het water verdween gulzig in haar mond, de kom was al halfleeg voordat ze aan zich wassen toekwam. Ze trok de vuile kleren uit en begon zichzelf te wassen. Al snel was de doek roodbruin en had het water een viezige, onbestemde kleur aangenomen.
Ze bekeek zichzelf in de gebutste spiegel die boven de haard hing. Stiekem had ze verwacht dat haar lichaam vol blauwe plekken en bulten zou zitten, maar die had Jonathan natuurlijk allemaal genezen. De vermoeidheid had hij echter niet weg kunnen strijken.
De huid rond haar ogen was geïrriteerd en opgezwollen van het vele huilen en haar gezicht zat vol rode plekken. Haar normaal steile haar was één vette massa geworden en klitte in elkaar. Ze probeerde er met haar vingers doorheen te kammen, maar gaf het al snel op. Tranen welden opnieuw op bij het zien van zichzelf. Alsof haar spiegelbeeld de gebeurtenissen bevestigde.
Ze sloeg haar handen stijf voor haar mond in een poging om de snikken binnen te houden. Alles in haar leek te sidderen van verdriet, van walging. Er waren zoveel emoties die door haar heen raasden dat ze ze niet allemaal kon benoemen. Ze wist ze met moeite weg te slikken.
Ontsnappen. Daar moest ze nu haar aandacht op richtten. Met trillende benen liep ze naar de smalle kast die net naast de haard stond. Zoals alles in het huisje waren ook de planken met stof bedekt en er zat zelfs een spinnenweb in de bovenhoek.
Ze greep het eerste beste kledingstuk uit de kast en klopte het uit. Het was een auberginekleurig bovenhesje met een laagje wit kant over de boezem genaaid. Geschokt staarde Rose ernaar. Had Jonathan vaker vrouwen ontvoerd met de smoes dat hij ze redde?
Ze haalde de rest van de kleding eruit. Stuk voor stuk waren ze voor vrouwen gemaakt. Eerst voelde ze zich van streek door de gedachte dat haar voorgangers deze gedragen hadden, maar haar praktische kant nam het al snel over. Zij had kleren nodig en deze pasten redelijk goed. De rokken en broeken waren bij de heupen te groot, maar een strak touw verhinderde dat ze zouden afzakken. Ook hadden de vorige vrouwen grotere borsten gehad, er waren hemden en hesjes bij waarbij ze bijna tot haar navel kon kijken. Het was gelukkig maar voor even.
Rose deed een leren broek aan die het minst afzakte, met daarover een linnen blouse en een donkerblauw, wollen vest. Gelukkig waren haar laarzen nog heel, de muiltjes die ze in de kast vond waren veel te groot en zaten niet lekker.
Ze raapte de spullen bij elkaar die het beste pasten en stopte ze in een buidel, gemaakt van een deken. Dat zou genoeg moeten zijn om die paar dagen in de buitenlucht te overleven. Met een tevreden gevoel kroop ze weer in de warmte van haar bed. Nog maar even wachten en ze zou hier weg zijn.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Oh nee eigenlijk wil ik helemaal niet dat Rose gaat vluchten. Dan kunnen we niet meemaken wat er de volgende dag gaat gebeuren. Stiekem hoop ik dat haar ontsnap poging mislujt en Jonathan haar betrapt. Ja ik weet, ik ben gemeen. Maar halo het is ook belangrijk of het spannend is :D
Ook al komt Rose nog meer in de shit. :P

Anyway schrijf gewoon verder, we zien wel wat er gebeurt :D
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Ik zou Jonathan ook niet vertrouwen als ik Rose was, maar als ik het lees vind ik hem best wel lief af en toe :) Ik denk niet dat Rose haar ontsnappingspoging gaat lukken, maar wie weet... :)
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Ik kan gewoon niet wachten haha xD het lukt eindelijk weer eens om hier goed mee verder te schrijven, ik zit nu al op hoofdstuk 9 :O over de helft heen, ik heb 16 hoofdstukken berekend. Oeps xD 38 bladzijdes, dat worden er dus 76... Hm, ik denk eigenlijk dat ik iets verkeerd berekend heb haha xD
@ Jenna: en dan zeggen ze dat ik wreed ben voor mijn personages haha xD volgens mij heeft Jonathan bij jou een lichte voorkeur over Rose :P
@ Mooonie: Hij is ook best lief af en toe, en af en toe ook niet :P hij is vooral onvoorspelbaar haha^^
En we gaan weer verder! Ik hoop dat ik aan het einde van dit hoofdstuk en die daarna jullie mening kan veranderen^^
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hoofdstuk 6

De witte mist in het raam maakte het moeilijk om te zien hoe donker het buiten was. Rose veegde de condens van haar adem van het glas af –dat vreemd warm aanvoelde- en probeerde iets te zien. Af en toe leek het donkerder te zijn, maar dan kolkte de mist verder en was het weer lichter. Het was een beschermingsmagie zodat ze het glas niet kon breken.
Voor haar gevoel waren er al uren verstreken, Jonathan sliep waarschijnlijk allang.
Het was tijd.
Ze kwam tussen de warme dekens vandaan en deed haar laarzen aan. Met in haar ene hand het buideltje kleren en in de andere de haardpook, sloop ze naar de deur toe. Zo zachtjes mogelijk trok ze de stoel weg en bleef staan om te luisteren. Het was doodstil.
Ze schoof de deur op een kier en glipte naar buiten. De overloop was verlaten. Er brandde een kleine lamp aan het plafond; de tekens straalden een warm geel licht uit.
Bij de eerste stap kraakten de houten planken verraderlijk. Rose hield geschrokken stil. Geen geluid uit de aangrenzende kamer. Opluchting stroomde door haar lijf. Jonathan sliep inderdaad, anders zou hij allang naar buiten zijn gestormd.
Stap voor stap sloop ze verder. Haar hart raasde in haar borst, voor haar gevoel was het zo luid dat Jonathan het in zijn slaap zou kunnen horen. De overloop steunde af en toe door het gewicht dat zo plotseling op hem werd gezet. Elke keer schrok ze ervan en keek ze ingespannen naar de kamerdeur, maar die bleef dicht. Ze was er bijna, nog een paar stappen…
Iemand schreeuwde.
Rose’ hart schoot haar keel in. Ze draaide zich om, trillend over haar hele lichaam van de schrik. Haar ogen zochten de smalle gang af die te klein was om iemand verborgen te houden. Weer een schreeuw. Het geluid kwam van beneden af.
Zachtjes sloop ze naar het trappengat toe en gluurde om de hoek naar beneden. Nu wist ze meteen waarom het zo stil in de aangrenzende kamer was geweest, Jonathan lag daar niet. Hij sliep op de bank, die te klein voor hem was. Zijn blote voeten staken over de rand heen.
Hij draaide zich om. Rose schoot achteruit, ervan overtuigd dat hij haar had gezien. Er kwam niks. Na een tijdje durfde ze het aan om weer naar beneden te kijken. Jonathan had zich opgerold tot een bal, zijn ineengestrengelde handen drukten zijn hoofd naar beneden. Hij schreeuwde weer, een kreet vol angst die de huiveringen over Rose’ huid liet lopen.
Ze ademde diep in en uit om de stress uit haar spieren te krijgen. Hij had maar een nachtmerrie, wat bovendien zijn verdiende loon was. Als ze stil zou zijn, zou ze, zonder dat hij het doorhad, naar buiten kunnen glippen.
Ze sloop de trap af, zo dicht mogelijk naar de leuning toe. Uit ervaring in haar eigen huis wist ze dat de treden daar zo min mogelijk kraakten. En inderdaad, er was niets anders te horen dan Jonathans gemompel in zijn slaap.
Een smalle, houten deur trok haar aandacht. Dat zou vast de voorraadkelder zijn. Ze liep ernaartoe, af en toe omkijkend naar Jonathan. Hij had zich weer op zijn rug gedraaid en mompelde met vertrokken gezicht iets. Dat je erin sterft, dacht ze moordzuchtig.
De deur gaf toegang tot een kleine, diepe kelder die tot de helft gevuld was. Rose knoopte haar dekenzak open en propte er zo veel mogelijk eten in. Appels, een vers brood, wat knollen, een paar worsten. Hopelijk zou ze een beekje kunnen vinden, de aardewerken flessen die er lagen, waren allemaal gevuld met wijn, of een andere, sterke drank.
Tevreden maakte ze de zak weer dicht en hees hem op haar rug. Hij was wel zwaar, maar ze zou het wel kunnen dragen. Haar ontsnapping ging tot nu toe heel voorspoedig.
Jonathans schreeuw golfde de kelder in en verstarde haar in haar bewegingen. De zak gleed bijna tussen haar verstijfde vingers door, ze wist nog net op tijd haar greep te verstevigen. Deze keer had de schreeuw anders geklonken, vol pijn.
Rose klom snel het trapje op en bleef boven als versteend stilstaan. Nu gleed de zak wel tussen haar vingers door, net als de haardpook. Met twee doffe klappen kwamen ze op de aarden vloer terecht. Ze schonk er geen aandacht aan, die was gevangen door hetgeen wat zich voor haar afspeelde.
Een vrouw stond over Jonathan heen gebogen. Haar lichaam glinsterde met een zilveren licht en was bijna doorzichtig; Rose kon de contouren van de tafel door de vrouw heen zien. Ze streek teder over Jonathans voorhoofd. Kermend draaide hij zijn hoofd opzij. Zijn ogen waren nog steeds gesloten.
Rose sloop gefascineerd dichterbij, in de ban van de schoonheid van de vrouw. Haar zwarte haren vielen als een glinsterende waterval tot aan het einde van haar rug. De grasgroene ogen waren gericht op Jonathan; haar volle rode lippen waren gekrld in een kleine glimlach. Jaloezie stroomde door Rose heen. Waarom kreeg híj alle aandacht van de vrouw? Hij verdiende zoveel schoonheid niet.
De vrouw liet haar hand naar beneden glijden, krassend over zijn gezicht, zijn nek, om uiteindelijk bij zijn borst stil te houden. Witte tanden werden onthuld in een tevreden glimlach. Rose zette gebiologeerd een stap dichterbij. Waarom keek de vrouw niet op? Zij was toch zeker beter dan Jonathan?
Rose stak haar hand op om de vrouw aan te raken, maar verstarde in die beweging. De vrouw zette haar hand plat op Jonathans borst, waarop dunne, diepzwarte lijnen zich diep in zijn huid kerfden en zich snel verspreiden over zijn hele lichaam. Zijn ogen schoten wijd open en hij schreeuwde het uit.
Geschrokken schoot Rose naar achteren, maar besefte zich na een seconde dat hij haar niet kon zien. Zijn ogen stonden glazig; zijn pupil was een klein puntje in een zee van blauw. Tranen welden op, niet doorzichtig als kristal, maar rood van bloed. Ze trokken een spoor van zijn ooghoeken naar zijn haren.
De hand van de vrouw kromde zich; haar nagels begroeven zich in Jonathans borst. Vol afschuw zag Rose aan hoe haar vingers begonnen te graven en te wroeten onder zijn huid. Zijn schreeuwen hadden niks menselijks meer, er klonk alleen maar pijn in door. Rillingen trokken over Rose’ lichaam en ze deinsde verder naar achteren.
Het bleke gezicht van de vrouw begon te stralen, Rose’ aandacht meteen terugleidend naar haar. Met open mond keek ze naar de vrouw. De ogen vonkten felgroen op en de glimlach verbreedde zich. Haar schoonheid was betoverend, Rose moest het aanraken.
Ze stommelde naar voren, dichter naar de vrouw toe. Opwinding pompte door haar aderen en trok haar lippen op in een waanzinnige grijns. Rose stak haar hand uit, reikend naar het zilverachtige lichaam. Alle angst en afschuw was verdwenen en vervangen door een licht gevoel in haar hart. Deze vrouw was pure magie.
Rose botste tegen iets aan. Verdwaasd keek ze naar beneden en zag dat de bank tussen hen instond. Ze steunde op de brede leuning en rekte zich helemaal uit. Net niet lang genoeg.
Haastig klom ze op de bank, haar blik gefixeerd op de vrouw. Haar vingers raakten de vrouw aan, gingen er dwars doorheen. Het was alsof ze haar hand in een baan bevroren maanlicht onderdompelde. Haar vingers voelden ijskoud aan, alsof het leven eruit was gezogen. Geschrokken trok ze haar hand terug. Door die haastige beweging verloor ze haar evenwicht en voelde ze zich naar beneden glijden.
Haar knieën boorden zich in Jonathan, die kreunend ineendook. Ze stak haar handen naar voren, om zich op te vangen. Met een klap kwam ze op de grond terecht en bleef duizelig liggen. Meteen drukte een warm lichaam zich op de hare en voelde ze iets scherps tegen haar keel prikken. De angst kwam met een misselijkmakende vaart terug. Boven haar hing Jonathan en hij zag er niet al te vrolijk uit.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Oke, ik heb echt werkelijk geen idee wat er zojuist gebeurt is, maar Rose heeft duidelijk haar ontsnappingspoging verpest :) Is het raar dat ik daar blij mee ben? Haha. Ik ben benieuwd wie die vrouw is en wat ze gedaan heeft.
Van mij mag je best elke dag een nieuw stuk plaatsen zolang je een voorraad hebt! :)
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Okej dit was gewoon zo spanned. Oh mijn god ik stond gewoon op het puntje van mijn stoel met ingehouden adem te lezen wat er stond. Weetje als ik zo rijk ben dat ik niet meer hoef te werken ga ik jouw inhuren als mij prive schrijfster. Is goed!?

Maar schrijf verder!!!!!
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Mooonie: Dan doe ik dat^^ zeg het maar als ik te snel post, hoewel mijn stukjes waarschijnlijk daarvoor op zijn xD En wat hebben jullie toch? :P arme Rose, ze mag niet eens ontsnappen haha xD
@ Jenna: Hahaha, dat is een deal! Als ik jouw naam in de krant zie, zal ik je eraan houden :P
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Haar jagende ademhaling was het enige geluid in de kamer. Rose kneep haar ogen stijf dicht en wachtte huiverend op de handen die over haar lichaam zouden dwalen. Al haar aandacht was gericht op de man die bovenop haar lag.
Ineens was zijn gewicht weg, net zoals het scherpe lemmet tegen haar hals. Geschrokken schoten haar ogen open, precies op tijd om te zien dat Jonathan zijn dolk in de schede om zijn middel wegstak. Hij trok haar ruw overeind en zette haar op de bank neer. Trillend over haar hele lichaam bleef ze zitten, niet in staat om iets te doen. Al haar vechtlust was verdwenen. Hij boog zich over haar heen en liet zijn handen over haar lichaam glijden. Ze perste haar lippen op elkaar en wist het gejammer binnen te houden.
Na een paar helse minuten stond hij op. Hij leek verbaasd te zijn. “Waar is je wapen?”
Het duurde even voor zijn woorden tot haar versufte brein doordrongen. “Huh, wat?”
“Waar is je wapen?”
Rose staarde hem doods aan. “Ik heb geen wapen.”
Zijn hand schoot naar voren en greep haar bij de kraag van haar wollen vest beet. Jonathan boog zich zo dicht naar haar toe dat zijn neus bijna de hare raakte. Zijn tanden waren ontbloot in een woedende grimas. “Ik zei: waar…is… je… wapen!”
“I-ik heb g-gee-en w-wapen,” jammerde Rose en kneep haar ogen stijf dicht.
“Lieg niet tegen mij! Waar is je wapen?”
Met trillende hand wuifde ze naar achteren, waar de haardpook ergens lag die ze op de grond had laten vallen. “Dat is het enige wat ik heb, verder heb ik geen wapen. Alsjeblieft, laat me los, laat me gaan.”
Ze haatte hem, ze haatte hem!
Jonathan liet haar abrupt los. Ze legde haar hand tegen haar gekwetste keel en keek naar hem omhoog. Hij nam haar van top tot teen op. Zijn gezicht was weer helemaal kalm, alsof hij net niet woedend was uitgevallen. Rillend drukte ze zich verder naar achteren. Zijn onvoorspelbare gedrag was ronduit angstaanjagend.
“Dus je zegt dat je je enige wapen hebt achtergelaten omdat je stom genoeg was dat je dacht me met blote handen te kunnen wurgen?”
Verbaasd staarde ze hem aan. “Wurgen? Niet iedereen denkt meteen in termen van vermoorden.” Ze schudde haar hoofd. “Nee, er was hier een vrouw en zij deed iets met je lichaam en…”
De woorden wilden niet meer omhoog komen bij het zien van Jonathans reactie. Al het bloed trok uit zijn gezicht weg en liet het lijkbleek achter. De strepen van opgedroogd bloed onder zijn ogen die naar zijn haarlijn liepen, leken nog roder te zijn. Zijn hand schoot naar zijn borst en bedekte een wond die ze vanmiddag nog niet had gezien. Tussen zijn vingers door kon ze trillend, rauw vlees zien zitten. Huiverend wendde ze haar blik af.
“N-nee.” Het kwam als een zucht uit zijn mond.
Zijn angst gaf haar nieuwe kracht. Ze duwde zijn handen weg en ging overeind staan. Met haar handen in haar zij begon ze te bluffen: “Ja, en ik zou maar oppassen, anders roep ik haar nog een keer op. En-”
Zijn hand schoot uit. Op een paar centimeter van haar wang af, kreeg hij zichzelf weer onder controle. “Je hebt geen idee waarover je spreekt, anders zou je je kop dichthouden.”
Rose perste haar lippen op elkaar. Dit keer zou ze niet toegeven, ze had het gevoel dat ze eindelijk iets zou kunnen bereiken. “Hoe durf je zo tegen mij te praten? Ik-”
Zijn ogen gloeiden rood op. Geschrokken keek ze hem aan. Hij liet zijn blik dwalen over het plafond. “Heb ik daar gewoon niet aan gedacht? Nee, het was eerder nog niet nodig,” mompelde hij en wreef vermoeid over zijn gezicht. “Wat stom, wat oerstom. Zulke fouten moet je niet maken, dat kan je je kop kosten.”
In zichzelf prevelend liep Jonathan naar buiten toe, haar alleen achterlatend. Verbaasd staarde ze hem na. Ze vond hem doodeng. Het was alsof hij een borrelend vat met emoties was en dat het lot bepaalde welke er nu weer uitkwam. Ze kon zijn gedrag niet voorspellen.
Doodmoe liet Rose zich weer op de bank zakken. Wat er gebeurd was drong langzaam tot haar door. Tranen begonnen over haar wangen te stromen. Ze veegde ze abrupt aan de kant, die kon ze nu niet gebruiken. Ze wilde niet dat Jonathan wist wat hij met haar deed, ze moest sterk overkomen. Er waren genoeg onbeantwoorde vragen die ze had en waarop alleen hij het antwoord wist.

Voor Rose’ gevoel was het uren later dat Jonathan weer naar binnen stapte. Geschrokken ging ze meer overeind zitten, haar hand strak om de kachelpook geklemd. Hij had het bloed van zijn gezicht gewassen; de wond op zijn borst had hij echter niet genezen. Nu viel het haar pas op dat er ook zilveren littekens over zijn lichaam liepen, die hadden er vanmiddag niet gezeten.
“Waar komen die littekens vandaan?” vroeg ze uitdagend.
Jonathan keek verrast op en haperde even in zijn passen. Kennelijk had hij haar niet gezien.
Ze trok haar wenkbrauwen op. “Nou?”
“Illusie.”
“Waarom-” Hij was in de kelder verdwenen voordat ze haar vraag af had kunnen maken. Chagrijnig keek ze naar de plek waar hij had gestaan. Hij had duidelijk geen manieren.
Na een paar minuten kwam hij weer naar boven met een fles whisky in zijn hand. Meteen stelde ze haar vraag opnieuw. “Waarom verberg jij,” ze wuifde naar zijn borst, “dat allemaal onder een illusie?”
Jonathan draaide de dop eraf en nam een paar grote slokken. Haar keel was opeens droog. Dat ging wel heel snel, als hij zo doorging, zou hij binnen mum van tijd dronken zijn. En ze wist niet in hoeverre hij zich dan nog zou kunnen beheersen.
“Je moet toegeven dat dit er niet echt smakelijk uitziet.” Er klonk een vreemde wrangheid in zijn stem door. Hij liet zich in de strooien stoel neerzakken en sloeg nog meer drank achterover. Zo te zien was hij klaar voor de ondervraging.
Rose kwam overeind, met de pook losjes in haar hand. Zijn blik gleed ernaar en even krulde zijn mondhoek vermaakt omhoog. Ze klemde haar kaken op elkaar. Als hij de haardpook op zijn hoofd zou voelen, zou hij minder geamuseerd zijn.
“Wat heb je met Duyrk gedaan? En waarom heb je mij ontvoerd? Wat heb ik dat iedereen wilt hebben?”
Jonathan zette zijn ellebogen op zijn knieën en leunde vermoeid voorover. “Rose, dit kan morgen, ik wil nu slapen.”
Ze zette dreigend een stap dichterbij. “Nee, ik wil-”
Hij vloog overeind en was in twee snelle stappen bij haar. Hij torende hoog boven haar uit en onmiddellijk zakte al haar moed weg.
“Het maakt mij niks uit wat jij wilt! Rot een eind op, ik wil nú slapen!”
Zijn ogen boorden zich woedend in de hare. Ze knikte kleintjes. Ongewenste tranen drongen zich weer aan haar op, maar het lukte haar om ze te onderdrukken.
Het leek alsof hij nog iets wilde zeggen, maar hij streek uiteindelijk alleen vermoeid over zijn voorhoofd en liep terug naar zijn stoel. Rose keek ijzig toe hoe hij zich weer neer liet ploffen en meteen een paar slokken nam. Zo waardig als ze kon, schreed ze naar boven toe. Morgen was er weer een dag en dan zou ze ontsnappen. Nog langer bij hem en ze zou gek worden.



Edit: Aangepast naar Mooonies feedback
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Okej ik snap egt geen helemaal niks meer van die Jonathan. Hij is egt raar, je hebt hem goed beschreven een vat met emoties dat ieder moment kan uitbarsten.

Rose moet gewoon die haardpook in zijn borst steken, zijn verdiende loon. Nadat hij haar vragen heeft beantwoord natuurlijk :D

Ga verderrr!??!??!?
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Wow, Jonathan wordt echt gek geloof ik. Ik vind het echt leuk dat hij zo onvoorspelbaar is :) Rose moet echt haar tegenspraak een keer volhouden! Ben benieuwd wat Jonathan dan doet.

Er viel me één dingetje op:

“Ik zei: waar…is… je… wapen?”

Ik denk dat het beter staat als je hier een uitroepteken gebruikt, omdat dan zijn woede beter overkomt. Maar dat is mijn persoonlijke mening, kijk maar of je er iets mee doe ;)
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jenna: Haha, is Jonathan niet meer je favoriete personage? :P
@ Mooonie: Ah, ja, dat staat idd beter, ik heb het gelijk veranderd! Ik vind het echt leuk om te lezen dat je hem leuk vindt^^ En your wish is my command :P toevallig draait Rose na dit stukje een klein beetje door haha xD


---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Hoofdstuk 7

Rose liet haar ingehouden adem opgelucht ontsnappen. Gelukkig, Jonathan sliep nog. Vanaf hier had ze een perfect uitzicht op hoe hij op de bank lag. Zijn arm lag over zijn hoofd, de rest van zijn lichaam was verstopt onder een pluizig, felrood deken. Het vloekte bij de rustige, blauwe kleur van de bank.
Ze daalde de trap af en liep naar de bank toe. Haar voet stootte tegen een fles aan, die omviel en rinkelend over de stenen rolde. Geschrokken deed ze een stap achteruit, haar aandacht gericht op Jonathan. Hij kreunde en trok de deken verder over zich heen.
Haar blik viel op de fles die ze omgegooid had. Het was de fles whisky die Jonathan gisterenavond had gedronken. Toen was hij nog vol geweest, nu was er geen druppel van de goudbruine drank te bekennen. Geschokt schoten haar ogen naar de slapende man voor haar. Had hij dat allemaal in zijn eentje opgedronken? Rose’ lip krulde afkeurend omhoog. Had hij soms gevierd dat hij haar ontvoerd had?
De verleiding om een glas water over hem leeg te gooien, kwam in haar op, maar ze onderdrukte het. Het zou zijn toch al niet te zonnige humeur nog meer verslechteren. Een andere gedachte schoot omhoog. Misschien zou ze de rollen om kunnen draaien door hém te bedreigen. Snel liep ze naar de keuken toe en trok een lade open. Messen glinsterden haar tegemoet, stuk voor stuk scherp genoeg om iemands huid te doorsnijden. Rose glimlachte. Dat moest goed genoeg zijn.
Ze stak haar hand uit en wilde hem om het heft van een mes klemmen. Het rumoer achter haar hield haar tegen. Geschrokken draaide ze zich om en zag dat Jonathan overeind was gekomen. Meteen duwde ze de la dicht.
Jonathan wreef vermoeid in zijn ogen en veegde zijn haren naar achteren. Ze veerden terug en bleven in pieken overeind staan. Walging beroerde Rose’ maag. Ze had opeens geen honger meer. Jonathan zag er afschuwelijk uit, zijn huid was grauw en hij had wallen onder zijn ogen. Zijn hand klauwde even in zijn voorhoofd voordat hij haar aankeek. Hoofdpijn. Dat kwam ervan als je te veel dronk, dacht ze vol leedvermaak
“Morgen,” gromde Jonathan en kwam overeind. Nog steeds was het enige wat hij droeg een lange, bruine broek. Hij krabde over zijn borst, aan de randen van de open wond. Rose wendde zich snel af. Kon hij zich niet bedekken?
Ze rukte een andere la open en zag dat daar bestek lag, netjes gesorteerd op vorm en grootte. Afwezig pakte ze een mes en een vork. Haar oren waren gespitst op de geluiden achter haar. Aan het zachte kraken van de traptreden te horen, was hij op weg naar boven.
Ze draaide zich om en gooide het bestek op de houten keukentafel. Het ijzer kletterde hard tegen elkaar aan. Ze lette er niet op, haar blik was gefixeerd op Jonathans bleke rug. Pas toen hij in het trappengat verdween, kon ze zich ontspannen. Snel dekte ze de rest van de tafel en zette er na een lichte aarzeling ook spullen voor Jonathan op. Misschien zou het goede wil kweken.
Een blik in de hardhouten keukenkastjes leerde haar dat er alleen een brood en wat droge worsten waren. Vlees was nooit haar favoriete eten geweest, maar het was beter dan niets.
Ze kreeg de eerste boterham maar met moeite naar binnen. Elke keer schoot haar blik naar boven, in de verwachting dat haar ontvoerder bovenaan de trap stond. Vragen dwaalden rond in haar hoofd, klaar om aan Jonathan te stellen, maar toch wilde ze dat ze zijn komst kon uitstellen. Ze voelde zich niet op haar gemak bij hem.
Ontspan je, zei Rose sussend tegen zichzelf. Ze sneed een tweede stuk brood af en legde er plakjes worst op. Een beweging vanuit haar ooghoek liet haar opschrikken. Jonathan kwam langzaam de trap afgelopen. Hij droeg een lichtbruin jasje over een luchtige blouse. Zijn huid had wat meer kleur gekregen, maar er zaten nog steeds wallen onder zijn ogen.
Nerveus nam ze een hap van haar brood. De smaak van knoflook vulde haar mond. Ze kokhalsde en sloeg een hand voor haar mond om niet alles uit te spugen. Met moeite wist ze het weg te slikken en nam snel een slok water, om haar maag wat tot rust te brengen. Haar eetlust, zover ze die nog had, was voorbij.
Zonder iets te zeggen ging Jonathan aan tafel zitten en pakte een plak brood. Met trillende handen tilde Rose haar glas op en dronk wat water. Het had iets surrealistisch om aan tafel te zitten met haar ontvoerder. Het was een zo gewoon tafereeltje, maar toch voelde ze de angst door haar lichaam gieren. Bij elke plotselinge beweging van hem dook ze iets ineen.
Jonathan at een klein deel van zijn boterham op en liet de rest liggen. Kennelijk had hij daar genoeg aan als ontbijt. Hij dronk in één keer zijn glas leeg en kwam overeind. Ze haalde diep adem, nu zou ze het hem moeten vragen.
“Waarom heb je het gedaan?”
“Verkeerde vraag. Volgende.” Hij liet zich op de bank zakken en pakte één van de vele boeken van de salontafel af.
Rose zuchtte. Eigenlijk had ze dat antwoord wel verwacht. Ze kon er niet eens meer boos om worden. Ze wierp een blik op de gedekte tafel. Dat mocht hij opruimen, ze was niet van plan om zijn huissloofje te worden. Ze stond op en liep naar één van de gemakkelijke stoelen toe. Zo ver mogelijk bij hem vandaan.
“Waarom ik?”
Jonathan sloeg een paar bladzijdes om en alles wees erop dat hij niet meer zou antwoorden. Kramp schoot door haar buik en ze dook iets ineen. Normaal gesproken zou ze hem nu hebben aangesproken op zijn gedrag, maar ze durfde het niet. Hij had al op zoveel manieren laten zien dat hij de baas over haar was dat ze hem niet uit de kast wilde lokken.
Ze richtte haar aandacht op de gedachten in haar hoofd. Welke vraag zou hij wel willen beantwoorden?
“Jij bent een mens met magie.”
Geschrokken keek Rose op en zag dat hij haar aankeek. “Wat zei je?” vroeg ze, verbluft dat hij een antwoord gaf.
“Jij bent een mens met magie, daarom ben jij uitgekozen. Jij was de jongste, dus zou je het langer overleven.”
“Wat zou ik langer overleven?”
Jonathan schudde zijn hoofd en richtte zijn aandacht weer op zijn boek. Het was duidelijk: volgende vraag.
“Wat heb je met Duyrk gedaan?”
Hij keek niet op toen hij antwoord gaf.
“Dood.”
Een steek verdriet schoot door Rose heen en tranen drukten achter haar ogen. Diep vanbinnen had ze geweten dat Duyrk niet meer leefde, maar ze was altijd blijven hopen dat Jonathan hem alleen maar had ontvoerd. Nu was ook die stiekeme wens verdwenen. Het liet een doffe plek achter.
“Hoelang al?” wist ze met schorre stem uit te brengen.
Het gefluister van een bladzijde die omgeslagen werd, vulde de ruimte. Het was doodstil, het leek of zelfs de kamer zijn adem inhield in afwachting van Jonathans antwoord. Een naar gevoel kroop haar lichaam binnen naarmate het langer duurde.
Eindelijk, na wat een eeuwigheid leek, keek hij op. “Twee maanden.”
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Iejuww okej das ranzig. Dus ze heeft eigenlijk twee maanden lang met Jonathan gezoend enz terwijl ze dacht dat het duyrk was!?
Daarom had die moeder van rose een raar gevoel over hem. Ze waren niet egt goed beviend met elkaar :D

Maar dat betekent nog niet dat Jonathan opeens niet meer mijn lievelings personage is. Hij blijft mijn lievelingspersonage door zijn misterieuze gedrag, voorlopig dan.


Maar ga je morgen weer een stukje posten. Je loopt toch voor. Als je mij eenmaal nieuwsgierig hebt gemaakt kan ik niet meer stoppen met het lezen van je verhaal. Dan ga ik de hele tijd zeuren, eigen schuld dikke bult :P
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Jonathan is nog steeds niet erg spraakzaam he, maar langzaam maar zeker krijgt Rose toch wel wat informatie uit hem :)
Was nou vanaf het begin van het verhaal Duyrk al Jonathan? Want er zijn nog geen twee maanden voorbij sinds Rose ontvoerd is toch? Echt een heel eng idee is dat...

Hij had al op zoveel manieren laten zien dat hij de baas over was dat ze hem niet uit de kast wilde lokken.

Volgens mij ontbreekt het woordje 'haar', tussen 'over' en 'was'.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jenna: Ja, dat heeft ze dus idd gedaan en daar is ze niet zo blij mee :P op zn zachtst gezegd haha xD En de moeder mocht Duyrk zelf al niet, dus dat lag niet aan Jonathan. Maar goed opgelet! Altijd fijn als mensen zich zulke details nog herinneren^^ Ik zal maar snel doorposten :P
@ Mooonie: Het is wel heel langzaam xD En ja, vanaf het begin van het verhaal is Duyrk al Jonathan, er zijn maar eh... zo'n 3/4 dagen voorbij sinds ze ontvoerd is. Ugh, stom foutje, ik verbeter het meteen!
Oh, bij dit stukje kan het tweede deel een beetje vaag zijn, zeg het maar als het niet helemaal goed overkomt of als er zinnen bij zitten die je niet helemaal begrijpt.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



De woorden drongen eerst maar half bij Rose door. Twee maanden. Dat moest een grap zijn. Een hysterische lach welde naar boven. Hij stroomde uit haar mond; een onbeheerst geluid.
“Twee maanden?” Haar stem schoot aan het einde omhoog. “Twée maanden?”
Tranen begonnen over haar wangen te lopen, onbedwingbaar, net zoals de lach die maar bleef komen. Ze drukte haar handen voor haar mond om het akelige geluid te stoppen. Haar bovenlichaam wiegde heen en weer.
Dit kon niet, dit was onmogelijk. Dit… monster had twee maanden lang gedaan alsof hij haar verloofde was en ze had het niet eens doorgehad! Een schok schoot door haar heen. Het voelde alsof iemand haar in haar borst had gestoken; het deed pijn om te ademen. De wereld liep uit tot een kleurige waas, weggevaagd door de tranen in haar ogen.
“Rose, rustig.”
Die gesproken woorden veranderden al haar verdriet in woede. Hoe durfde hij dat tegen haar te zeggen! Ze sprong overeind en veegde ruw de tranen uit de weg. De trilling die door haar lichaam schoot, was er nu een van razernij. Ze zou hem wel kunnen doden!
“Rustig, rustig? Jij vertelt mij dat mijn verloofde al twee maanden dood is en je zijn plek hebt ingenomen, en het enige wat je kunt zeggen is dat ik rustig moet zijn? Denk jij dat jij enig recht hebt om mij te vertellen wat ik moet doen? Ben je zo debiel?”
Jonathan knipperde wat sneller met zijn ogen, dat was de enige hint van emotie die hij gaf. Rose’ kneep haar handen tot vuisten. Hoe kon hij zo beheerst zijn terwijl alles in haar lichaam hem wilde slaan?
“Waarom heb je het gedaan? Vond je het leuk om te zien dat ik het niet doorhad? Was het leuk om te zien hoe ik me tegenover jou gedroeg?”
Hij schudde zijn hoofd. “Nee, dat was niet-”
Rose lachte schamper. “Denk je dat ik in je stomme smoesjes trap? Geef maar toe, je deed het alleen om te zien hoe ik zou reageren. Nou, ta-daa.” Ze spreidde haar armen wijd open. “Geniet je ervan? Hoe vind je de show die zich voor je afspeelt?”
“Ik heb hier geen zin in.”
Hij draaide zich om, maar Rose greep hem bij zijn blouse om hem tegen te houden. “Nee, geniet er maar van. Dan kan je zien wat je mist in je leven, iemand die van je houdt. Dat heb jij niet, egoïstische klootzak. Jij-”
Jonathan pakte haar hand vast om zich los te trekken. Zodra zijn huid de hare aanraakte, spoelde een ijskoude golf door haar lichaam. Zwarte puntjes trokken voor haar gezichtsveld terwijl haar hoofd te zwaar voor haar nek leek. Geluidloos zakte ze in elkaar.

Bosjes vormden de perfecte schuilplaats. Ze duwde een paar takken opzij en staarde intensief naar het pad dat een paar meter voor haar liep. Over een paar minuten zouden ze komen. Ze wist nog net een giechel binnen te houden. Dit keer zou ze goed laten schrikken.
Het wachten duurde lang, maar ze had geduld zat. Er was genoeg fascinerends om haar heen, zoals de grote tor die over de grond kwam aankruipen. Hij was helemaal zwart en rolde een bruin bolletje met zijn achterpoten over de grond. Nieuwsgierig bukte ze zich voorover, totdat haar neus bijna de tor raakte. Het beestje bleef rustig doorlopen, alsof zij er helemaal niet stond. Ze pakte een takje van de grond en stond net op het punt om het bolletje van hem af te pakken, toen ze geluiden hoorden. Voetstappen!
Verrukt duwde ze weer wat takken opzij en gluurde naar het pad. Ja, daar waren ze! Ze praatten op een rustige toon tegen elkaar, over iets dat ze niet begreep. Het ging vast over geld, als ze iets niet begreep zei moeder altijd dat het over geld ging.
Ze kwam half overeind, haar spieren tot op het uiterste gespannen. Nog even, nog even… Gillend sprong ze uit de bosjes tevoorschijn. De grote glimlach op haar gezicht viel er snel af toen ze een zwaard tegen haar borst voelde prikken. Haar ouders staarden haar met grote ogen aan, hun gezicht lijkbleek van schrik.
Ze wist niet hoe ze zich moest voelen. Aan de ene kant had ze ze goed laten schrikken, maar ze zag de tekenen al bij haar vader. Zijn mondhoek begon te trekken en zijn wenkbrauwen kropen naar elkaar.
Hij stopte het zwaard weer weg en hurkte bij haar neer. Zijn ogen boorden zich boos in de hare. “Jonathan, doe dat nooit meer! Hoe vaak moeten we je nog zeggen dat je ons niet moet besluipen? Wat hebben we je altijd gezegd?”
Haar moeder legde haar hand op zijn schouder. “Aldwin, laat het zitten, hij wilde alleen maar spelen.”
Haar vader schudde zijn hoofd. “Nee, schat, ik wil dat hij zich bewust is van het gevaar dat wij lopen. Het hoeft maar één klein foutje te zijn en ze hebben ons te pakken.” Hij wendde zich weer tot haar. “Nou, Jonathan, wat hebben we je altijd gezegd?”
Ze keek naar de grond om zijn doordringende blik te ontwijken. “Niet te ver afdwalen en altijd komen als mamma en pappa me roepen. Anders komen de boze mannen en pakken me van jullie af. En krijgen jullie straf, heel veel straf.”
Een glimlach kwam op haar vaders gezicht, de lach waar ze zo van hield. Dan begonnen zijn groene ogen te stralen en kwamen er allemaal rimpels rond zijn mond. Hij tilde haar op en zette haar op zijn arm.
“Kom, Jona, dan gaan we naar de grote boom toe die je de vorige keer had gezien, kijken hoe hoog we dit keer komen.”
Haar moeder streek door Rose’ haren. “Ik wed dat jullie het hele bos kunnen zien.”
Rose lachte breed. “Nee, de hele wereld, zo hoog is de boom!”

Wezenloos staarde ze naar het bleke lichaam dat voor haar lag. Ze kon het niet geloven, Kyan was echt dood. Zijn huid was opengereten door de messen die achteloos naast het bed waren gegooid. Hij was vermoord, door dat monster!
Zonder dat ze doorhad hoe het was gebeurd, stond ze opeens naast het bed, met één van de messen in haar hand. Trillend van woede en verzengende haat. Deónn lag daar te slapen, als een vet varken na zijn maaltijd. Maar dit keer was zijn honger gestild door het vermoorden van háár vriend.
Haar hand trilde niet toen ze hem uitstak naar zijn bleke nek. Hij was met zijn goede kant naar haar toe gaan liggen, de kant die niet bedekt werd door het ravenzwarte haar. Er was maar één simpele beweging voor nodig en dan zou hij dood zijn. Geslacht als het vuile varken dat hij was.
Ze stond op het punt om het te doen toen haar blik op het bleke gezicht naast het zijne viel. Alle kracht stroomde uit haar spieren en plotseling waren haar wangen nat. Kyan verdiende een fatsoenlijke begrafenis, dat had nu voorrang. Ze moest hem meenemen, anders zou nooit iemand achter zijn lot komen.
De dolk glipte uit haar verkrampte vingers. Een snik liet haar lichaam schokken, de rest wist ze te onderdrukken. Ze moest nu sterk zijn.
Ze wikkelde voorzichtig Kyans lichaam in een van de mantels van het varken, de duurste die ze kon vinden. Dat verdiende hij. Zo voorzichtig als ze kon tilde ze hem op. Hij was altijd een kop langer dan zij geweest, een vroege groeier, maar het leek alsof de dood hem kleiner en lichter had gemaakt. Ze kon hem met gemak dragen.
Ze wierp nog een laatste blik op het varken dat onder de met bloed bevlekte lakens lag. Hij zou boeten voor zijn daden. Ooit zou het haar lukken om hem dezelfde pijn te bezorgen als Kyan had gevoeld.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Huh?????? Ik snap egt helemaal niks van dit hoofdstuk! Wat gebeurde er opeens nadat Jonathan Rose had aangeraakt?
Ik denk dat er iets niet klopt want met dat stukje over dat Jonathan, of rose zich in de struikjes verstopte om zijn/haar ouder te laten schrikken snapte ik niet. Was het nou Jonathan of Rose? Er stond zovan in hij en toen zij. Anyway het was heel erg onduidelijk, misschien moet je er even naar kijken. Of was het misschien je bedoeling?

En dat laatste stukje met Kyan ofzo. Wie is dat, heb ik iets gemist ofzo. Sorry het kan ook zijn dat ik vergeten ben wie dat is. Maar het is was nogal moeilijk om te lezen want ik snapte er helemaal niks van.

Kan je misschien in je volgende stukje wat toelichting geven?
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Ik dacht al dat het verwarring op zou leveren, maar ik wist niet echt een manier om het duidelijker te maken.
Als Rose Jonathan aanraakt, krijgt ze een deel van zijn herinneringen door. Dus het eerste stukje was Jonathan als klein kind, maar dan vanuit Rose gezien. En het tweede deel was Jonathan als tiener, en dan ook vanuit Rose gezien. Daarom is het dus in 'zij' geschreven, maar je zou het ook kunnen kunnen vertalen naar 'hij' maar dat vond ik nogal vreemd omdat Rose het dus ziet.
En don't worry, Kyan is nog niet voorgekomen :P hij was dus een vriend van Jonathan.

Hm, iemand enig idee hoe ik dat duidelijker in het stuk voor kan laten komen?
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Misschien moet je ff boven dat stukje voor dat Rose in zijn herinneringen gaat gewoon schrijven dat ze zijn herinneringen te zien krijgt lekker makelijk en duidelijk :D
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Hm, ik heb het idee dat het erboven zetten een beetje inbreuk maakt op het verhaal. Dus ik zal me op jullie inlevingsvermogen moeten beroepen :P hou maar in gedachten dat, als een stuk opeens schuingedrukt staat, het een herinnering of droom is (ja, dromen gaan er ook in voorkomen xD) Dus hier is het eerste stukje nog een herinnering van Jonathan^^

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Vol aanbidding keek ze omhoog naar de vrouw die op een met satijn bekleedde stoel zat. “Mijn meesteres, wat kan ik voor u doen? Heeft u een nieuwe opdracht?”
Haar meesteres wuifde dat ze overeind mocht komen uit haar knielende positie. “Ja, mijn strijder, je bloeddorst zal voor even verzadigd worden.”
Rillingen liepen over haar rug bij het horen van de prachtige stem. Ze verafgoodde alles aan haar, de manier waarop haar zwarte haren over haar gezicht vielen, de sierlijke wijze waarop ze zich bewoog, de frisse kleur groen van haar ogen. Ze zou alles voor haar meesteres doen.
De vrouw wees naar de massieve tafel die aan haar rechterhand stond. “Daar ligt alle informatie die ik kon krijgen, lees het goed door.”
Opwinding stroomde prikkelend door haar onderbuik en verlekkerd likte ze haar lippen af. “Wie is het dit keer?”
Haar ademhaling kwam hijgend, ze kon zich bijna niet meer in bedwang houden bij de gedachte aan het bloed dat zou rondspatten, de brekende trots in de ogen, het warme lijf dat langzaam voor eeuwig koud zou worden.
De lippen van de vrouw krulden geamuseerd omhoog en ze reikte haar hand naar haar toe. Rillend van genoegen duwde Rose haar gezicht tegen de koele handpalm aan.
“Aneirin, heer van Myniadèn.”
Rose verstijfde. “Aneirin? Maar hij is zo onbelangrijk,” zei ze klagend.
De nagels begroeven zich plotseling diep in haar wang. Rose waagde het niet om haar gezicht te vertrekken van pijn, ze had haar straf verdiend.
“Het spijt me, mijn meesteres, ik wilde uw motieven niet in twijfel trekken. Krijgt hij dezelfde behandeling als iedereen?”
Haar meesteres knikte. “Ja, je mag zoveel met hem spelen als je wilt. Als je terugkomt wil ik de verhalen horen over zijn smeekbedes en hoe hij zich in het stof wierp om aan zijn dood te ontsnappen. Heb je dat begrepen?”
Ze boog diep. “Ja, mijn meesteres.”
De vrouw stond op en sloeg haar armen om Rose’ nek. “Goed zo, mijn strijder, dan hebben we iets te vieren…”


“Wat heb je gezien?”
Rose knipperde verdwaasd. De wereld tolde om haar heen, maar toch was er een centraal punt: blauwe irissen die leken te gloeien van woede. Vingers grepen pijnlijk in haar bovenarmen, alsof ze zich door haar huid wilden drukken. Ze kreunde verstikt. Wat was er aan de hand?
“Wat heb je gezien?”
Langzaam zag ze de wereld weer normaal en werd ze ervan bewust wie haar vasthield. Angst liet haar maag samen trekken en een instinctieve reactie nam haar lichaam over.
“Laat me los!” gilde Rose en begon tegen te spartelen. De vingers beten voor een moment dieper in haar vlees voor ze verdwenen. Ze was vrij!
Gelijk struikelde ze naar achteren om maar zo ver mogelijk uit Jonathans buurt te zijn. Haar benen stootten tegen de bank aan en met een gesmoorde gil viel ze op de zachte kussens. Meteen sprong ze overeind, klaar om te vechten als het nodig was.
Jonathan stond op precies dezelfde plek als een paar seconden geleden. De woede was nog in zijn hele houding te lezen; zijn vuisten waren gebald en rond zijn kaken was het wit van het aanspannen van de spieren.
“Wat heb je gezien?” herhaalde hij voor de derde keer.
“J-jou, als klein kind in een bos en als… als weet ik veel wat in een kamer bij je dode vriend, Kyan, e-en-” Ze kreeg de woorden van de laatste herinnering niet over haar lippen. Het gevoel wat hij had gehad bij het zien van die vrouw lag als een slijmerige laag over haar huid. De obsessieve liefde deed haar walgen.
Het hoefde ook niet, het was genoeg om Jonathans woede aan te jagen. Hij schoot vooruit, zijn hand graaiend naar de stof bij haar halslijn. Voordat ze ook maar iets kon doen werd ze ruw omhooggetrokken.
Zijn neus raakte de hare en ze keek bijna scheel door zijn ogen die te dichtbij waren om ze allebei goed te kunnen zien. Rose’ hart bonkte snel achter haar ribbenkast, klaar voor actie, maar de rest van haar lichaam werkte niet mee. Haar ledematen werden nutteloze aanhangsels, zonder ook maar enige kracht om zichzelf uit Jonathans greep los te rukken.
“Je liegt! Kyan is niet dood, hij ontsnapte!” Bij elk woord schudde hij haar door elkaar en voelde ze zijn speeksel op haar huid belanden.
“Zeg het! Zeg dat je liegt!”
Rose kneep haar ogen stijf dicht. Een jammerkreetje glipte ongewild tussen haar opeengeklemde lippen door.
Plotseling was Jonathan weg. Ze viel als een trillend hoopje mens op het dikke tapijt. Tranen liepen geluidloos over haar wangen, tranen die ze haatte, maar geen kracht meer had om ze tegen te houden. Ineengekrompen wachtte ze op de volgende aanval die ongetwijfeld zou komen. IJskoude handen op haar buik, die zich een weg zochten naar haar borsten…
Rose wist niet hoeveel tijd er voorbij was gegaan voordat ze eindelijk haar ogen durfde te openen. Jonathan staarde haar aan, zijn ogen wijd opengesperd. Ontzetting was erin te lezen, met daaronder een spoor van pijn. Eindelijk was er een scheurtje in zijn masker gekomen en kon ze zien wat hij voelde. Te laat. Haar walging en haat voor hem hadden zich dieper in haar gegroefd.
Onomkeerbaar.
Rose wendde zich van hem af en trok zichzelf langzaam overeind aan de zachte kussens van de bank. Een beweging uit haar ooghoeken trok haar onmiddellijke aandacht, maar toen ze naar Jonathan keek, stond hij nog even stil.
Zonder iets te zeggen strompelde ze naar de trap toe. Zodra ze zichzelf een paar treden op had gedwongen, begonnen de tranen weer te stromen. Ze paste erop om hem niks te laten zien, ze gunde hem niet het genoegen om haar te zien huilen. Pas bij de relatieve veiligheid van haar eigen kamer liet ze zich gaan.



Aangepast na Mooonie's feedback
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Bij het vorige stuk moest ik even nadenken voordat ik het snapte. Ik vond dat hij/zij gebeuren een beetje vaag, maar uiteindelijk had ik het wel door. Ik denk niet dat je het aan moet passen, omdat in het nieuwste stuk dat je geplaatst duidelijk wordt hoe het zit. Ik vind het juist wel leuk dat het niet meteen duidelijk is :)

Eén foutje in het nieuwste stuk:
“Het spijt me, mijn meesteres, ik wilde uw motieven niet in twijfel moeten trekken. Krijgt hij dezelfde behandeling als iedereen?”
Zie het onderstreepte deel ;) Volgens mij heb je een mix gemaakt van twee zinnen:
'ik wilde uw motieven niet in twijfel trekken' en 'ik had u motieven niet in twijfel moeten trekken.'
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Ah, mooi^^ Eigenlijk zouden de stukken anders opgedeeld moeten worden, zodat het idd duidelijker is, maar dat lukte niet helemaal :P gelukkig dat het nu helemaal duidelijk is! En bedankt voor het foutje, ik heb het meteen eruit gehaald^^
En toen waren mijn voorgeschreven stukjes op :( Ach, dat wordt gewoon diehard doorschrijven haha xD
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------




Hoofdstuk 8

Weg, weg, ze moest hier weg. Rose gooide alle kleren van de planken af en graaide er lukraak spullen uit. Ze bond ze bij elkaar met een laken en rende meteen de deur uit. Als ze hier nog langer zou blijven, zou ze gek worden, net zoals hij overduidelijk was.
Het geluid van brekend servies hield haar tegen. Ze bleef verstijfd op de gang staan, haar blik gericht op de man beneden. Hij schoof in één keer alle ontbijtspullen van de tafel af, die helder rinkelend op de grond kapot sprongen. Grommend gooide hij zijn hoofd in zijn nek en liet de inhoud van een nieuwe fles drank in zijn keel glijden. De rode wijn was binnen een mum van tijd verdwenen. Hij smeet de fles tegen de muur aan en liep wankel naar de kelder toe. De stoel die in de weg stond kreeg een harde schop.
Trillend kroop Rose naar achteren. Haar hart bonkte als een razende in haar keel. Kijk niet naar boven, kijk niet naar boven, hoopte ze in stilte. Het laatste wat ze van hem zag was hij dat hij in de kelder verdween.
Ze sloop terug naar haar kamer en deed de deur weer dicht. Snel schoof ze de stoel ervoor en –na even nadenken- ook de tafel en het houten krukje en zoveel spullen als ze maar kon vinden. Nog voelde ze zich niet veilig.
Trillend kroop ze terug in bed en sloeg de deken om zich heen. De haardpook lag naast haar, binnen handbereik.
Bij elke keer dat ze iets hoorde sneuvelen, kromp ze ineen. Ze wilde zich niet eens voorstellen hoe het er beneden uitzag. De tranen bleven over haar wangen glijden. Ze kon zich niet herinneren dat ze ooit zoveel had gehuild.
Rose wist niet hoeveel tijd er verstreken was voor het eindelijk rustig werd beneden. Ze hoopte dat het kwam omdat hij een hartaanval had gehad, of met zijn nek in een lange scherf was gevallen. Voor even wist ze zichzelf te vermaken met verschillende manieren waarop ze hem zou laten sterven. Of martelen, dat was ook goed.
Het fantaseren ging over naar gedachteloos staren naar de muur, waar ze pas uit ontwaakte door gestommel op de trap. Ze schoot overeind en greep de haardpook vast. Haar maag kromp ineen. Dit was niet goed, dit was helemaal niet goed.
“Rose! Ik ben iets vergeten!” lalde Jonathan half onverstaanbaar
Zijn stem had eindelijk emotie in zich, maar ze wenste grondig dat hij weer koud en harteloos klonk. Dit lallen joeg haar angst aan.
“Ga weg, Jonathan, ik wil alleen zijn,” riep ze terug.
Hij klapte met zijn volle gewicht tegen de deur aan. Gegrinnik werd al snel gevolgd door zijn vuisten die op het hout bonkten. “Laat me naar binnen, ik ben iets vergeten!”
Achterdochtig sloop ze dichterbij. “Wat ben je dan vergeten?”
“Je te bedanken. Je hebt me gered! En jezelf!” Het bleef even stil, voor hij grinnikte en weer tegen de deur aan viel.
Waar had ze hem van gered? “Eh, graag gedaan? Kan je nu weg gaan, alsjeblieft?”
“Nee, Rose,” hij hield de s-klank extra lang aan, “ik moet je fatsoenlijk bedanken. Mijn moeder heeft me altijd geleerd dat ik vrouwen hoffelijk moet behandelen.”
“Je moeder zou gestoord zijn als ze dit hoffelijk noemt,” flapte Rose eruit. Meteen sloeg ze geschrokken haar handen voor haar mond.
“Wat zei je over mijn moeder?” snauwde hij.
Ze schudde angstig haar hoofd. “Niks, het spijt me, zo bedoelde ik het niet. Ik-”
De deur ontplofte.
Gillend sloeg ze haar armen voor haar gezicht. Splinters boorden zich in haar huid en een groter stuk hout schampte langs haar zij. Gestommel bereikte haar oren. Ze haalde haar armen voor haar ogen weg en zag Jonathan naar binnen komen. Hij keek versuft om zich heen en struikelde bijna over de resten van de stoel.
Ze dacht niet na, maar haalde uit. De haardpook kwam met een bevredigende klap op zijn hoofd terecht. De verbazing op zijn gezicht was bijna komisch om te zien. Hij tastte naar zijn hoofd en staarde naar het bloed dat zijn vingers bevlekte.
“Au?”
Schreeuwend liet ze de pook nog een keer op zijn hoofd klappen en nog een keer. Hij zakte in elkaar en bleef bewegingloos liggen. Bloed stroomde tussen zijn haren vandaan en maakte een plasje op de grond dat zich steeds verder uitbreidde. Hijgend keek ze naar hem. Het drong langzaam tot haar versufte brein door dat nu haar kans was om te ontsnappen!
Zonder nog naar hem om te kijken, stormde Rose de kamer uit, de overloop over en de trap af. Ze griste het bundeltje kleren en eten dat ze gisteren bij elkaar had gezocht van de grond af en rende naar de deur toe. Ze kon de vrijheid al bijna proeven!
Hoe dichter ze bij de deur kwam, hoe trager haar passen kwamen. Het was alsof ze door een muur van onzichtbare lijm bewoog, elke stap voelde kleverig aan. Een vreemde angst drong zich diep in haar lijf in en gilde dat ze naar achteren moest. De paniek die door haar heen stroomde was echter nog te heftig.
Ze worstelde zich een weg door de muur heen, tot ze bijna de deur aan kon raken. De angst vrat aan haar hoofd en prikte onder haar huid. Ze móest eraan toegeven, het was te veel. Ze stopte en probeerde naar achteren te kruipen, maar het lukte niet. Het was alsof een onzichtbare spin haar net zo onzichtbare web om Rose heen had gesponnen, ze was ingesnoerd. Hulpeloos bleef ze staan.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

:O ik liep echt zoveel meer achter dan ik dacht, wel een hele maand :O *shock

Ik vind het heel erg spannend :) Al vond ik die wisseling van herinneringen wat onbegrijpelijk. Ik had de uitleg in een van de comments nodig om het te snappen. Al, werd het wel duidelijk toen Jonathan er naar vroeg, dus in dat opzicht zou ik niet veranderen ;)

Ga zo door! En ik ga proberen het fatsoenlijk bij te houden :angel
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Dan hou ik het in het verhaal gewoon zo, mooi dat het in het tweede stukje duidelijk wordt^^ en bedankt voor je reactie!
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Hoofdstuk 9

Urenlang stond Rose al in deze houding. Al haar spieren eisten dat ze zich bewoog, maar het enige wat ze nog kon, was haar hoofd van links naar rechts draaien. Hoe vaker ze dat deed, hoe moeizamer dat ging.
Een waakbescherming. Hoe had ze dat over haar hoofd kunnen zien? Daarom was Jonathan niet bang geweest dat ze zou ontsnappen, ze kon het simpelweg niet. De kolkende mist voor de ramen, deze strik bij de deur, allemaal onderdeel van een heel scala aan betoveringen. Het ging haar kennis te boven.
Ze zuchtte diep en probeerde met haar hand haar rug aan te raken. Daar zat al een hele tijd een jeukende plek die ze maar niet weg kon krabben. Hoe lang zou het nog duren dat Jonathan wakker zou worden?
Ze had hem niet vermoord, anders zou de waakbetovering voor een groot deel weggevallen zijn. De eerste paar minuten had ze dat wel gedacht en het had haar angst aangejaagd. Ondanks haar moordzuchtige fantasieën wilde ze niet degene zijn die zijn dood op haar geweten had. Ze wilde zich niet verlagen tot zijn niveau.
Vanuit haar ooghoek zag ze een beweging. Moeizaam draaide ze haar hoofd om en voelde de strik zich vaster om haar lichaam klemmen. Jonathan verscheen in het trappengat. Eindelijk. Hij zag er zo mogelijk nog slechter uit dan eerst en wreef constant over zijn hoofd.
Het duurde even voordat hij haar zag. Verbaasd bleef hij staan, met zijn hand tegen zijn slaap gedrukt. Ze wilde zich niet voorstellen hoe dom het eruit zag, haar lichaam, verstijfd door niets anders dan lucht.
Jonathan rende de rest van de trap af. Ze keek angstig toe hoe hij steeds dichterbij kwam. Hoe zou hij reageren? Dat was de vraag die al de hele tijd dat ze hier vastzat door haar hoofd spookte. Woede stond bovenaan het lijstje.
Zonder enige moeite stapte hij dichter naar haar toe en bleef voor haar staan. Rose keek hem recht in zijn ogen om te zien wat hij dacht, maar de verticale pupil herinnerde haar weer eraan dat hij niet zoals zij was. Menselijk. Haar blik gleed vanzelf naar boven, naar zijn haren die vol geronnen bloed zaten. Een knoop vormde zich in haar maag. Het was zelfverdediging geweest, maar zou hij ook zo denken?
Jonathan stak zijn hand uit en tekende figuren in de lucht. Ze gloeiden licht op en begonnen om haar heen te cirkelen. Achterdochtig volgde Rose ze met haar blik. Na één gesproken woord schoten ze op haar af. Ze dook ineen en voelde de warmte van magie zich in haar lichaam boren. Meteen was de verstijving weg. Krachteloos viel ze op de grond.
Jonathan stapte over haar heen, ze was nu alleen nog maar een obstakel in zijn pad. Hij opende de deur en onthulde voor even de pracht van de wereld buiten. Ze zag een smalle strook grasveld vol met paddenstoelen, met op een paar meter afstand bomen met een oranjerood bladerdak. Een frisse wind blies naar binnen, toen sloot de deur zich weer. Maar ze merkte meteen het verschil en de vergissing die hij begaan had. De kolkende mist door de ramen was weg; zonlicht viel door de ramen naar binnen en ze kon de omgeving blijven zien. Hij had de betovering niet weer opnieuw op haar aangebracht.
Die wetenschap liet nieuwe energie in haar ontwaken. Ze krabbelde overeind en rekte en strekte haar verkrampte spieren. Haar benen voelden nog stijf aan, maar ze zou ze kunnen aansporen tot rennen. Eindelijk kon ze hier weg!
Rose wankelde naar de messenlade toe en pakte het grootste mes eruit dat ze kon vinden. Zo, nu kon ze zich verdedigen, of het nu tegen Jonathan was, of een wild dier dat haar zou aanvallen.
Bij elke stap voelden haar spieren beter aan. Het zou moeten lukken.
Ze keek nog even door het raam of ze Jonathan kon zien. Hij stond met zijn rug naar de deur toe bij een kleine put en gooide net een emmer water over zijn hoofd heen. Perfect. Nu zou hij haar niet opmerken.
Rose pakte het bundeltje eten van de grond en deed een stap dichter naar de deur toe. Iets in haar verstrakte en verwachtte eigenlijk dat de betovering weer op zou laaien, maar er gebeurde niets. Ze kon zo naar buiten glippen.
Zo zachtjes als ze kon, sloop ze achteruit, haar blik de hele tijd op hem gericht. Hij hing nietsvermoedend de emmer aan de haak van de takel en liet hem weer in de waterput zakken. Eindelijk had ze het geluk aan haar zijde! Het mocht ook wel een keer tijd worden.
Ze moest de opwelling onderdrukken om te gaan rennen toen ze de hoek om ging. Wynings hadden gevoelige oren, Jonathan zou haar misschien kunnen horen. De glimlach liet ze echter niet van haar gezicht slaan.
Het koude briesje voelde fantastisch aan op haar huid, net zoals de stralen van de herfstzon. Ze kon zich niet voorstellen dat er pas twee dagen voorbij waren gegaan, het voelde alsof ze al jaren opgesloten had gezeten.
Het enige probleem dat ze nu nog had, was dat ze niet wist waar ze was. Maar zolang ze het westen aanhield, zou ze altijd wel bij beschaving van de Lys terecht komen. En als ze onverhoopt Tywell zou tegenkomen, kon ze zich altijd verschuilen.
Zodra ze een voet in het bos zette, begon ze te rennen. Alle opgekropte energie en woede gooide ze erin. Het bos was lichtbegroeid, vol dennen en sparren die haar niet in haar pad belemmerden. Af en toe moest ze een steile rotshelling beklimmen, maar dat was geen probleem. In Nadir had ze het leuk gevonden om te wandelen en de omgeving daar leek veel op dit bos.
Na een tijdje zwakte haar tempo af tot zo snel mogelijk wandelen. Ze moest proberen zoveel mogelijk afstand tussen haar en Jonathan te krijgen. Af en toe stopte ze om met haar verzwakte magie een deel van haar sporen te wissen. Hoewel het haar een veilig gevoel gaf, wist ze diep vanbinnen dat hij genoeg andere manieren had om haar te vinden.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Hm, ik vertrouw het niet. Er duikt vast zo meteen een gevaarlijk monster op dat haar terug sleurt. Die Jonathan was de hele tijd zo goed bezig met haar bij zich houden, dit klinkt bijna te makkelijk. Haha, of ik word gewoon te achterdochtig.

Ga zo door! Ik ben benieuwd waar ze uit komt en of Jonathan haar wellicht achterna komt :P
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Ik vertrouw het ook niet helemaal, ik heb het gevoel dat Jonathan wel wist dat ze uiteindelijk toch zou onstnappen. Hij is denk ik niet zo dom om die betovering gewoon te verbreken en haar gewoon te laten gaan. Misschien wacht er iets op haar daar buiten.

Maar het geeft wel een kick dat ze nu eindelijk buiten is, ook al is ze binnen straks weer terug.

Maar schrijff verder @.@
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Hm...ik geloof nooit dat Jonathan zo dom is om haar een ontsnappingsmogelijkheid te geven. Hij mag dan wel wat harde klappen op zijn hoofd hebben gehad, maar zijn verstand is hij vast niet kwijt. Ben benieuwd wat het addertje onder het gras is :)
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Haha, wat schatten jullie Jonathan hoog in :P leuk om al die eensgezinde reacties te lezen haha xD
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Het koelde snel af. Rose zat klappertandend voor een klein vuurtje en wenste dat ze nog een deken had meegenomen. Degene die ze strak om haar lichaam had geslagen, was veel te dun. Haar voorkant werd geroosterd terwijl haar achterkant steeds meer leek te bevriezen.
Gelukkig wist ze hoe ze vuur moest maken, anders had ze in een boom moeten klimmen om de wilde dieren op afstand te houden. De zilversparren om haar heen zagen er daarvoor niet stevig genoeg uit.
Op een paar meter afstand hoorde ze de struikjes ritselen. Huiverend gooide ze nog een tak op het vuur, dat haar vonkend bedankte.
Duyrk had haar geleerd hoe ze een vuur moest maken tijdens de keren dat ze samen in de bossen waren wezen kamperen. Toen waren ze nog klein geweest, een jaar of zes, en hadden haar moeder en die van hem nog geen ruzie gehad. Zijn moeder had de hare beschuldigd van diefstal, waarop haar moeder natuurlijk had ontkend. Het was een drama geweest en heel het dorp had ervan genoten. Uiteindelijk bleek Lauryn de armband te hebben meegenomen omdat ze die zo mooi vond. In die tijd was een ekster haar lievelingsdier en hield ze ervan om, net zoals hij, glimmende dingen te verzamelen. Haar moeder had het sieraad teruggegeven, maar de relatie tussen hun twee was altijd koel gebleven. En dat was overgesprongen op Duyrk.
Rose glimlachte bij de herinnering aan hoe trots Duyrk was geweest toen hij haar had laten zien wat zijn vader hem geleerd had. Met een takje net zolang draaien totdat het begon te roken. Het kostte veel werk, vuurstenen waren makkelijker, maar die had ze nu niet bij de hand.
Een steek schoot door haar hart. De herinnering was bitterzoet. Ze kneep haar ogen dicht door de tranen die plotseling opwelden. Met een diepe zucht dook ze dieper de deken in.
Duyrk. Nu was hij dood, lag hij verloren in de bossen van Nadir. Ze kon zich niet voorstellen dat Jonathan hem begraven had en dat deed pijn. Duyrks lichaam was vast al opgevreten door alle wezens daar. Ze zou niet eens afscheid van hem kunnen nemen, als ze ooit nog thuis kwam.
Ze schudde haar hoofd. Hoe had ze zó dom kunnen zijn dat ze het niet doorhad? Nu pas zag ze hoe slinks Jonathan opgehaalde herinneringen had ontweken. Hij liet ze haar altijd vertellen en had er dan dromerig bij geglimlacht. Ze kon zichzelf wel voor haar hoofd slaan dat ze daarin getrapt was.
Ze moest wel toegeven dat Jonathan het meesterlijk had gespeeld. Hij had zelfs Duyrks kleine trekjes overgenomen, zoals zijn slungelige houding en looppas. En daarom wilde hij opeens niet meer met Sillonn mee, dat paste niet in zijn planning. In haar blijdschap dat hij bleef, had ze er niet aan gedacht hoe vreemd het opeens was, Duyrk had zich er echt verheugd om naar de buitenwereld te gaan en nieuwe dingen te ontdekken.
Een herinnering welde in Rose op van haar en Duyrk samen. Tijdens een van de weekvieringen waren ze naar buiten geslopen en hadden ze in een donker steegje staan zoenen, giechelend als het verliefde stelletje dat ze waren. Haar maag verkrampte. Ze kneep haar ogen stijf dicht en probeerde het beeld weg te duwen. Dat was met Jonathan geweest.
Resoluut liet ze haar gedachten naar iets anders dwalen. Het mysterie van de zwartharige vrouw en Jonathan. De laatste herinnering die ze vanuit hem had doorgekregen liet nog steeds rillingen over haar rug lopen. De opwinding om te doden had walgelijk aangevoeld. Ze wist nu meer over hem, maar of ze daar blij mee moest zijn? Het had alleen maar bevestigd dat hij een bloeddorstige moordenaar was. De andere herinneringen zeiden meer over hem en wierpen tegelijkertijd een groter raadsel op.
Terugdenken aan het tweede beeld dat ze had gezien joeg haar nog meer angst aan dan de derde herinnering. Het verdriet was echt geweest, Kyans dood had diep op hem ingehakt. Daarom was het ook zo vreemd dat Jonathan haar had beschuldigd dat ze loog. Had hij het soms verdrongen?
Ze schudde haar hoofd. Nee, zo moest ze niet denken. Wat er ook was gebeurd in zijn verleden, het gaf hem geen recht om de mensen van wie zij hield te vermoorden. Het maakte hem alleen nog meer schuldig, hij wist uit eerste hand hoe het was om een geliefde op die manier te verliezen.
Ze legde nog een paar takken op het vuur en liet zich daarna op haar provisorische bed zakken. De paar kleren die ze had meegenomen, had ze uitgespreid op een bedje van mos, om zo zacht mogelijk te liggen. Hopelijk zou het vocht niet door de stof heen trekken.
Starend naar de eindeloze hemel waar ze onderlag, liet ze haar gedachten de vrije loop. Het geritsel in het struikgewas was ver genoeg om er zich geen zorgen over te maken. Ondanks alle droevige herinneringen voelde ze zich zo gelukkig als ze maar zijn kon. Eindelijk was ze uit Jonathans handen ontsnapt.

Een schaduw gleed door de bosjes, zo zachtjes dat de das die op een paar meter afstand in de grond naar regenwormen aan het zoeken was, niet gestoord werd. Het was een combinatie van magie en vaardigheid.
De schaduw bleef even staan en bewoog zijn hoofd van links naar rechts. Een gemompeld woord en een vlek op de grond lichtte op, zwakjes pulserend in het donker. De man vervolgde zijn pad, iets westelijker dit keer.
Hij sloop verder totdat hij bij een open plek kwam die zachtjes werd verlicht door gloeiende resten van een kampvuur. Een opgekrulde gestalte lag ernaast, rillend onder de dunne deken. Ze werd onderzocht door een everzwijn dat nieuwsgierig aan de indringer in zijn territorium snuffelde. Zoiets vreemds had hij nog nooit geroken.
“Ksst.”
De man kwam uit de schaduwen tevoorschijn en deed dreigend een stap naar het everzwijn toe. Het schoot bij die plotselinge beweging meteen weg.
De man hurkte bij het gloeiende kampvuur neer en schudde zijn hoofd. “Ik had niet verwacht dat je wist hoe je een kampvuur moet maken. Je blijft me verrassen.”
Hij gooide het kleine stapeltje hout dat naast het kampvuur lag op de gloeiende resten. Het vuur doofde bijna meteen uit door het plotselinge gewicht. Na een gefluisterd woord dat klonk als het knapperen van brandende takken, wakkerden de vlammen weer op. Het vuur verlichtte een zeldzame glimlach. De man draaide zich om naar de slapende vrouw, die opgehouden was met rillen.
“Je was al weg voordat ik de betovering weer op je kon zetten. Stom van me, ik had beter op moeten letten. Maar misschien is het beter zo, dan heb je het idee dat je alles in eigen handen hebt. Je gaat tot nu toe de goede kant op, we zullen zien wat er gebeurt als je verkeerd loopt.”
De man liet zijn hand over haar haren glijden, die roodachtig oplichtten in het flakkerende licht. “Hopelijk verloopt de rest volgens plan.”


-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

En nu is natuurlijk de vraag, wat vinden jullie van de manier waarop Rose is ontsnapt? Te makkelijk en te toevallig of kan het?
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Jenna
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 694
Lid geworden op: 15 jan 2012 19:34
Locatie: Utrecht

Ahh ik wist het wel!! Dit is gewoon weer een van de kwaadaardige plannen van Jonathan. Hij laat haar gewoon vrij, laat haar denken dat ze vrij is van Jonathan. Maar in die tussentijd loopt ze rechtstreeks in zijn val, slim hoor. Zo bespaar je een hoop moeite en gezeur.

Trouwens ff over je laatste vraag ik vond haar manier van onstnappen best wel goed. Ik weet niey of het je bedoeling was maar je zorgt ervoor dat de lezer argwaan krijgt. Je voelt gewoon dat er iets mis is. Daarom wil je ook door blijven lezen. Tenminste dat was bij mij zo weet niet hoe het met de andere zit.

Had ff een vraagje waar moet Jonathan Rose eigenlijk naartoe brengen of komt dat nog??
Een vriend is iemand die het lied van je hart kent, en het opnieuw kan zingen als jij het vergeten bent....
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Dus we hadden het allemaal mis, haha. Ze was echt even ontsnapt :) Jonathans nieuwe plan bevalt me wel, hij is wel slim...
Nu ik het zo lees vind ik haar manier van ontsnappen wel kunnen. Het is niet zo raar dat Jonathan het overzicht even kwijt was en niet meteen de betovering opnieuw in gang gezet had. Ik had het alleen niet van hem verwacht, haha.
Abel
Potlood
Potlood
Berichten: 63
Lid geworden op: 14 mar 2012 18:49

Hee, ik hou echt heel erg van dit soort verhalen. Het verradelijke is dat je soms per ongeluk dingen van andere verhalen over neemt, maar dat heb ik bij jou helemaal niet gemerkt.
Ik vind jouw schrijfstijl erg fijn, waardoor het niet erg is dat sommige stukken wat lang zijn. Tot nu toe heb ik geen fouten gezien, maar ik moet eerlijk toegeven dat ik er ook niet zo erg op heb gelet :$.
De verhaallijn vind ik erg leuk. Het is onvoorspelbaar, waardoor je telkens door wilt blijven lezen. Jonathan is echt mijn favoriete personage. Je hebt hem echt heel erg goed beschreven. Rose is ook leuk, maar ik vind haar nog net iets te perfect of goed of zo... Ja, ik weet niet precies waarom.
Ik ben in ieder geval heel erg benieuwd hoe het verder gaat, dus schrijf snel verder :D.
Groetjes Abel
Ik geloof in monsters onder mijn bed.
ROMEH
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 1383
Lid geworden op: 10 jun 2011 10:41

Oké, ik ben bezig om dit verhaal te lezen en ik vind het echt heel erg leuk. Ik hou sowieso van fantasy en de manier waarop je schrijft is zo leuk en mooi. Ik voel me net Rose. :$
“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Wannabe
Balpen
Balpen
Berichten: 122
Lid geworden op: 04 mei 2012 14:58

Ik heb net alles gelezen, ik moest het gewoon nadat ik het eerste stukje had gelezen. xd Het is erg meeslepend en heel spannend. Het is mooi hoe je langzaam iets van J. te weten komt, superleuk!
Quoth the Raven, ''Nevermore''
ROMEH
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 1383
Lid geworden op: 10 jun 2011 10:41

Wauw, ik zou je bijna smeken om een boek te schrijven. Je schrijft zo realistisch en tegelijkertijd zo onvoorspelbaar. De spanning blijft er in en ik wil zeker weten hoe dit afloopt. Omygod, het maakt me niet uit hoe slecht Jonathan is. Hij is en blijft mijn lievelings personage. Ik hou wel van dat sadistische en doortrapte. Alleen heb ik een vraag. Hoe spreek je Duyrk uit? Want ik lees nu telkens snel over de naam heen, omdat ik niet weet hoe je het uitspreekt.
En inderdaad, als je geen uitleg had gegeven bij de herinneringen had ik niet begrepen dat Rose vanuit zijn ogen keek. Misschien dat je er een zin bij kan plaatsen als 'voor een moment beleefde ik gebeurtenissen uit Jonathans leven' ofzo iets dergelijks. Dat maakt het dan jets duidelijker denk ik.
Ik hoop dat je snel verder gaat met schrijven! @.@
“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Wannabe
Balpen
Balpen
Berichten: 122
Lid geworden op: 04 mei 2012 14:58

Ik had het trouwens wel door dat het R. Was in J.'s lichaam, doordat ze in het begin ook een schok kreeg en zo c:
Quoth the Raven, ''Nevermore''
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Wat leuk, al die reacties! Soort mentale trap onder mn kont om hier weer eens verder aan te schrijven :P het stukje is niet zo groot, want m'n tijd is jammer genoeg beperkt. School.... --'
@ Jenna: Haha, dank je voor je leuke reactie :D en waar Jonathan haar naartoe brengt komt nog, als het lukt in het volgende stukje, anders daarop. Maar denk ik wel anders dan je verwacht^^
@ Mooonie: Ha, mooi, dan hou ik het erin! Scheelt ook weer iets anders bedenken xD
@ Abel: Wauw, echt bedankt voor je reactie! Mooi dat er nog niet echt iets van een ander verhaal in voorkomt, is inderdaad een grote valkuil. En als het wel gebeurd, zeg het, dan zal ik het meteen veranderen^^ originaliteit staat hoog in mn vaandel :P
En Rose is inderdaad nu je het zegt een beetje standaard, te 'hoog', zeg maar :P ik zal haar wat meer slechte eigenschappen meegeven^^ het probleem is alleen dat de stukken met Jonathan angststukken zijn en dan volg je meer the big crowd in plaats van dat je eigen karakter er heel erg doorheen komt. Maar als het goed is komt dat nog wel
@ Wannabe: Haha, dat afkorten van namen klinkt opeens heel crimineel xD en fijn dat je het meteen begreep! Dat is iets waar de meningen over verdeeld zijn :P
@ Romy: Oh, je reactie maakt me echt happy! Slechte personages kunnen zeker leuk zijn^^ en Duyrk... eh, eigenlijk geen idee, oeps... In mijn hoofd spreek ik het uit als Durk, dus met n stomme Y haha xD Hm, miss dat ik die ooit een make-over ga geven :P
En het probleem met die herinnering is dat ze echt in Jonathans herinneringen zit. Ze kan niks besturen en denken, alleen ondergaan. In de vorige versie had ik het dat ze het vanuit zichzelf zag, maar dat is niet echt logisch. Herinneringen zie je vanuit jezelf, niet vanuit een spectator rol. Hm... irritant stukje --' dat wordt verder brainstormen erover xD
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Hoofdstuk 10

Het ging veel te makkelijk.
De hertensporen die Rose tegenkwam, waren breed, zo breed dat ze ze bijna paden kon noemen. Ze namen een kronkelende route, maar bleven toch grotendeels naar het westen gaan en hadden niet de willekeurigheid van de hertensporen die ze in Nadir had gezien. Het was bijna alsof het bos haar ergens naartoe wilde leiden. Of was er iets anders in het spel?
Een ritseling trok door de struikjes. Verschrikt bleef Rose stilstaan, haar mes strak in haar hand geklemd.
“Wie is daar?”
Het klapperen van vleugels was te horen, vergezeld door een spottend gelach. Vloekend stak ze het mes weer achter haar gordel. Het was maar een stomme specht. Haar hoofd schuddend om haar domheid liep ze weer verder.
Een steile helling rees aan haar linkerhand omhoog, aan de andere kant liep het recht naar beneden. Het uitzicht was betoverend, maar tegelijkertijd ook deprimerend. In de verte waren alleen maar de toppen van bomen te zien, verdeeld door een zilveren, glinsterende lijn. Geen enkel teken van beschaving. Hopelijk woonden er mensen dicht bij de rivier.
In plaats van dat ze rustiger werd door de afstand die tussen haar en Jonathan kwam, werd ze steeds zenuwachtiger. Ze kon gewoonweg niet geloven dat hij haar nog niet ingehaald had. Hopelijk was ze dicht bij de bewoonde wereld, dan had ze iets van bescherming tegen hem. Hoewel… De mensen van Nadir had hij ook zonder wroeging vermoord.
Rose zette de gedachten resoluut uit haar hoofd. Nu had ze er genoeg van! Het hertenspoor mocht dan wel naar het westen lopen, maar ze zou zich niet meer laten leiden door de helpende hand. Wie wist van wie die hand was.
Met ferme passen stapte ze de helling op en duwde de varens uit elkaar. Alle woede en verdriet stopte ze hierin. Planten werden verpletterd onder haar stampende voeten. Bij elke stap voelde ze haar bloed door haar aderen pompen. Hijgend wierp ze een blik achterom. Het hertenspoor lag al ver onder haar, zichtbaar door het spoor van vernieling dat zij veroorzaakt had.
Het zweet stroomde over haar voorhoofd en ze kreeg het steeds warmer. Toch stopte ze niet. Ze kon de bovenkant van de helling al bijna zien.
Ze dook onder een brede, laaghangende tak door en hees zichzelf met moeite op de hoge rotsen die de top aangaven. Ineengedoken keek ze om zich heen, om te verstijven in die beweging. Haar ogen rolden bijna uit hun kassen. Ze stond op een paar voet afstand van een woud van spinnen.
De beestjes hadden hun web als een witte zee over de struiken gelegd die de helling begroeiden. Duizenden lichamen krioelden over elkaar heen. Ze waren allemaal zo groot als haar gebalde vuist.
De haren op Rose’ lichaam stonden recht overeind. Ze had geen hekel aan spinnen, maar in Nadir waren ze nooit zo groot geweest. Ze kon elk walgelijk detail zien, de harige poten, de trillende achterlijven, de veel te grote kaken. Gelukkig hadden de spinnen niet zoveel aandacht voor haar als zij voor hen. Ze gingen gewoon door met hun bezigheden.
Dat werd weer afdalen. De helpende hand had gewonnen.
Rose zuchtte diep en wilde zich omdraaien, maar een onregelmatigheid in het uitzicht ving haar aandacht. Waren dat… torens? Met moeite verweefde ze een klein beetje magie in haar blik en tuurde ingespannen naar het punt. Ja, het waren inderdaad torens! Ze werden met elkaar verbonden door een hoge muur die om een stad kronkelde. De bewoonde wereld! Ze was bijna gered!
Met hernieuwde energie daalde ze de helling af tot aan het hertenspoor. Het zou nog hoogstens een week moeten zijn voor ze er was. Als ze heel zuinig deed met haar eten, zou ze het kunnen redden.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Plaats reactie

Terug naar “De Boekenplank”