Begin dit school jaar kregen we de opdracht bij Nederlands om een kort verhaal te schrijven. Het moest wel een strijd weer geven,verder geen regels.
Nu wil ik weer gaan schrijven,dit keer een groter verhaal maar hoor dan nog wel graag wat tips.En als ik het helemaal top doe,ook goed maar dat kan ik me niet voorstellen



PS: ik weet wel dat ik op mn grammatica moet letten,dat heb ik al van mn docent gehoord
Op het randje..
Vroeger ,als kinderen waren we bang voor deze plek. Vanwege alle mensen die sprongen van de verroeste oude reling van de brug ,om vervolgens te zien hoe de mist hun opslokte. Het laatste wat je van hen hoorde was een plons. Sommige gilde wel of vroegen om vergeefse hulp maar altijd hoorde je als laatste een plons,na gejaagd door een helse stilte. Een helse stilte ja,die van de dood.
En nu, nu sta ik hier zelf. Mijn handen geklampt aan die zelfde roestige reling waar zo velen mij zijn voor gegaan. Onder mijn voeten zie ik hoe de mist naar mij loert,als een roofvogel op zijn prooi. Een snelle dood van de roofvogel. Die van de mist. Een snelle dood wacht op mij als ik me laat vallen,zoals hij mij liet vallen.
Hij zei dat hij van me hield, en ik hield ook van hem. Iedereen zei nog zo:’Pas maar op met hem!’of’ Haha je denkt dat je de enigste bent?’. Ik hoor nog hoe ik hem toen verdedigde tegenover mijn vriendinnen. En uiteindelijk sta je alleen,alleen op die brug. Die brug die zelf al is opgeslokt door de mist en al roodbruin aan het rotten is.
Door mijn haar voel ik hoe de wind mijn haar zachtjes streelt. De wind die zo vrij is om overal te wezen zoals hij is,dan wel hard en gemeen, en anders wel lief en teder die een meisje haar haren streelt. Hij streelde mijn haren net zo teder,toen hij mij zoende. Ik voelde me bij hem speciaal en veilig.
Wij tweeën en niemand anders. Of toch wel? Ik snap nog niet wat haar zo anders maakt. Maar ergens toch wel. Zij is veel mooier,populairder en perfect. Maar ik was toch alles voor hem?nee joh, wat moet hij met z’on mormel als hij haar krijgen kan. Maar hij hield toch van me? Ach je was toch alleen maar onzeker en daarom makkelijk.
Als ik spring stopt dat mijn problemen. Gewoon in een sprong ben ik probleem vrij. En daarna wordt alles beter,rustiger. Langzaam trek ik mijn vingers terug in mijn handpalm. Ik voel hoe ik langzaam naar voren buig..
Ik schrok ontzettend van de hoogte! Mijn hart dreunt zwaar tegen mijn borst aan, en kruipt omhoog naar mijn keel. Dat al die mensen toch gesprongen zijn. Nou ja,ik snap het wel. Wat heb ik hier nog te doen? Niemand die echt om me geeft,alleen omdat ik maar makkelijk ben. Mijn vriendinnen geven ook niks om me. Kan me die dagen nog herinneren dat ze er altijd voor me zouden zijn. We konden overal over praten,zolang het maar hun problemen waren. En wanneer ik wou vertellen hoe verliefd ik op hem was en hoe blij ik met hem was, waren ze verdwenen. Als ratten van een zinkend schip gerent. Ik voelde me heel alleen,alsof ik midden op de hei stond. Ik kon wel schreeuwen maar niemand die me zou horen. En alsof er geluisterd zou worden. Er was maar een iemand die voor me klaar stond, en dat was hij.
Ik voel me nu gewoon zo machteloos. Niemand moet mij meer, mijn vriendje niet,mijn vriendinnen niet, mijn ouders… mijn ouders. Iedere keer vroegen ze me of het wel ging,of ik praten wilde. Maar dat was altijd op z’n moment dat ik te moe of te chagrijnig was om te praten. Eigenlijk had ik daar nooit oren naar. Het zijn mijn ouders,waar kunnen zij mij nou mee helpen? Aan een nieuw vriendje? Nee maar meisje geen hand maar een land vol. Maar ik hield van hem! Waarom snappen ze dat niet! Dat snappen we wel maar je wordt vanzelf weer gelukkig. Zonder vriendinnen?zonder vriendje?
Maar ze bedoelde het goed. Ze wilde me opvrolijken,me het gevoel geven dat ze er voor me waren. Zij hebben me niet in de steek gelaten,niet boven een ander verkozen. Zonder aarzelen of het mijn eigen schuld niet was hebben ze me proberen te helpen. En dan bedank ik hun door ze te laten vallen,net zo hard als mijn vriendje me liet vallen. Hoe mijn vriendinnen mij lieten vallen. En hoe ik mezelf wil laten vallen. Dat zou mij net zo erg als mijn vriendje en vriendinnen maken. Zo wil ik niet zijn. De persoon die mijn ouders in de steek laat,die zijn ouders laat vallen.
Ik pakte de reling nog steviger vast. Ik ga niet meer springen,ik ga me niet laten opslokken door de mist. Zij lieten mij vallen,maar moet ik dan ook mensen laten vallen? Ze zijn het niet waard om voor te springen,te sterven. Voorzichtig draai ik mijn polsen zodat ik weer terug over de reling kan klimmen als ik ineens voetstappen hoor. Een man probeert met zijn hand gestrekt de mijne vast te pakken. Ik schrok enorm van de man, en uit reflex zette ik een stap naar achter. Ik voelde hoe mijn voet langzaam over de betonnen reling van de brug gleed.
Ik gilde of schreeuwde niet om hulp. Het laatste dat je hoorde was een plons. Velen gingen voor mij en velen zullen nog volgen, om uiteindelijk te verdwijnen in de mist.