Agnes: thanks!
Sarina: ook bedankt!
Pudding: merci!
Nynke: ghehe, dat zijn ze inderdaad

.
Juul: je bent een schat, dat weet je. Ik heb het nog wel met je over dit verhaal (bij de Hema, waarschijnlijk?)
_______
Met een ruk trokken Amelia en David hun hoofden op. Amelia zag een jongen, waarschijnlijk Pierre Bouvier, van een railing vallen waar hij vanaf probeerde te skaten. Ze zag ook nog een paar andere jongens, die vlug hun skateboards oppakten en zich uit de voeten maakten zodra de directeur woedend op de jongen afbeende.
‘Hoe vaak nog, Pierre?! Hoe vaak nog?!’ schreeuwde de directeur tegen Pierre, die haastig overeind krabbelde.
‘Sorry, meneer,’ zei Pierre, die niet echt overtuigend klonk.
‘Je zou niet alleen in de les moeten zitten -’
‘Eigenlijk niet, meneer. Ziet u…’ Hij viste een verfomfaaid papiertje uit zijn broekzak en wees ernaar. ‘Dit is mijn vrije uur. Dus ik hoef niet in de les te zitten.’
‘Vrij uur of niet, je mag niet skateboarden op het schoolterrein! Hoe vaak moet ik dat nou nog zeggen?’ maakte de directeur zijn tirade af.
‘Bovendien kan ik dat véél beter!’ zei David luid, die naast Amelia stond.
‘Oh, echt?’ Pierre trok een wenkbrauw op en hij liet zijn blik over David glijden. Hij bleef even hangen bij het Bad Religion shirt. ‘Laat dan eens zien wat je kunt,
newbie!’
‘Er wordt hier helemaal niets laten zien!’ greep de directeur kwaad in. ‘Pierre, vrijdag nablijven. Meneer Desrosiers en mevrouw Mosley, volg mij.’
Amelia zag Pierre zijn schouders ophalen toen zij en David verder gingen met hun rondleiding. Ze keek nog vlug even over haar schouder naar hem terwijl de directeur iets uitlegde over scheikunde. Tot haar verbazing keek hij haar recht aan. Toen hij zag dat ze keek, gaf hij haar een knipoog voordat hij met zijn skateboard onder zijn arm geklemd om de hoek van het gebouw verdween. Blozend sloeg Amelia haar ogen neer en snelde achter David aan het schoolgebouw in.
‘Mevrouw Mosley, luistert u wel?’ De stem van de directeur drong vaag tot Amelia door, totdat David haar snel een por in haar zij gaf.
‘Eh, wat? Oh, ja, natuurlijk luister ik,’ antwoordde ze haastig en ze voelde hoe ze opnieuw rood werd. David keek haar vragend aan, maar Amelia zei niets.
Hij was knap geweest. Ontzettend knap. En dan de manier waarop hij naar haar had geknipoogd… Waarom deed hij dat?
Ergens in de verte klonk de eentonige stem van de directeur nog steeds door, totdat ze plotseling met een stapeltje papieren in een lege gang stond.
‘Waar zit je toch met je gedachten?’ David ging voor haar staan en begon nu bezorgd te kijken.
‘Wat? Oh, nergens.’ Amelia wendde haar blik af en veranderd vlug van onderwerp. ‘Hé, zou één van onze kluisjes hier zijn?’
‘Dat zei die vent net, ja,’ antwoordde David, maar hij ging er verder niet op in en zocht naar zijn nummer en dat van Amelia. ‘Hé, die van ons zitten naast elkaar!’
Enthousiast sleurde hij haar mee naar hun kluisjes. Net nadat ze een aantal van hun boeken hadden opgeborgen, klonk er een snerpende bel door het gebouw. De seconde daarop vlogen er overal deuren open en stroomde de gang vol met uitgelaten leerlingen.
‘Waar moet ik heen?’ vroeg Amelia paniekerig. David, die duidelijk beter op had gelet dan zij, griste één van de papieren uit haar hand en wierp er een vluchtige blik op.
‘Scheikunde, lokaal vijfentwintig. Jammer, dan hebben we dus niet samen les.’
‘Maar waar is dat dan?’ Amelia zocht haastig naast zich, maar David was al in de drukke menigte opgegaan. Ze kon hem nog een vaag ‘tot straks!’ horen roepen voordat ze hem echt uit het oog verloor.
Angstig keek Amelia of ze ergens een bordje zag met lokaalnummers, maar die zag ze niet. Daarom besloot ze op goed geluk maar een richting te kiezen en tot haar grote verbazing bleek dat ook nog eens de goede keuze te zijn. Nog voor de tweede bel had ze lokaal vijfentwintig gevonden. Even aarzelde ze, maar de deur stond open en nog lang niet iedereen was er, dus stapte ze vlug naar binnen. Ze wilde plaatsnemen aan één van de tafeltjes vooraan, maar een ander meisje plofte daar neer zonder haar ook maar een blik waardig te gunnen. Een beetje wanhopig zocht Amelia naar een andere plaats, maar toen wenkte een onbekende jongen aan de andere kant van het lokaal haar.
‘Er zijn vaste plaatsen,’ verklaarde hij nadat ze twijfelend naar hem toe was gelopen, ‘en als jij Amelia Mosley bent, dan ben jij degene die naast mij zit.’
‘Noem me maar Milly.’ Het was eruit voordat ze het in de gaten had. De jongen keek haar even geamuseerd aan en klopte toen uitnodigend op de stoel naast hem, net zoals David had gedaan. Terwijl ze haar tas op de grond gooide en ging zitten, nam ze de jongen stiekem in zich op. Hij had een lang en vooral spits gezicht, was het eerste haar opviel. Zijn oogjes waren klein en bruin en zijn haar was met behulp van veel gel in een soort hanenkam gevormd.
‘Ik ben Chuck.’ De jongen draaide zijn stoel zodat hij haar goed kon bekijken. Amelia werd daar een beetje onzeker van en haalde daarom blozend haar scheikundeboeken uit haar tas, terwijl ze een loshangende pluk haar achter haar oor streek.
‘Milly dus,’ antwoordde ze een beetje verlegen.
‘Weet ik. Pierre vertelde over je.’ Chuck grijnsde breed toen hij de verwarring op Amelia’s gezicht zag. ‘Ik had het vorige uur ook geen les. Of nou ja, ik had wel les, maar…’
‘Maar je was er niet,’ vulde Amelia hem aan. Chuck keek even betrapt, maar grinnikte toen.
‘Je hebt me vlug door.’
Amelia haalde haar schouders op en glimlachte een beetje opgelaten, terwijl ze haar blik door de klas liet glijden. Vrijwel iedereen was er nu en ze zag hoe sommige mensen elkaar ook wat onwennig aankeken. Anderen kletsten er vol op los en hier en daar klonk luid gelach.
‘Jongelui!’
Amelia keek op toen een jonge man voor de klas was gaan staan en hen nu tot stilte probeerde te manen. Het duurde even, maar uiteindelijk werd het redelijk stil in het lokaal, afgezien van wat geschuifel van voeten en tassen en het geritsel van boeken.
De leraar begon een welkomstpraatje en op het eerste gezicht leek dat best succesvol. Helaas voor hem deed hij net iets té veel zijn best om overeen te komen met de leerlingen, want hij gebruikte woorden als ‘cool’ en ‘vet gaaf’. Dat zorgde sowieso al voor een melige sfeer onder de leerlingen, ook al had de leraar niet in de gaten waar dat door kwam.
‘Hoe lang woon je hier al?’ fluisterde Chuck toen de leraar zich had omgedraaid om iets op het bord te schrijven.
‘Anderhalve week,’ antwoordde Amelia, die een leeg schrift uit haar tas haalde om de aantekening over te nemen.
‘Waarom ben je hier komen wonen?’ Chuck leek meer geïnteresseerd in haar leven dan in scheikunde. Hij had zijn schrift nog niet eens open.
‘Nieuw werk van mijn vader.’ Verder ging Amelia er niet op in, want ze had geen zin om erover te praten.
‘Dan zul je je vrienden wel missen.’
Met een ruk trok Amelia haar hoofd op en keek hem geschrokken aan. Chuck had dat niet in de gaten en was eindelijk op zoek gegaan naar een pen, waarna hij zich over zijn schrift boog.
‘Nee,’ antwoordde Amelia na een tijdje. ‘Die mis ik niet.’
Chuck keek op en trok een wenkbrauw op, maar zei niets en richtte zich daarom maar weer op de aantekening, waardoor er een stilte tussen de twee leerlingen viel.