"Ga weg!" Schreeuwde ik tegen mijn bedienden en schoof woest alles van tafel. Mijn bedienden gingen er snel vandoor. Boos ging ik weer op mijn stoel zitten. Mijn lange scherpe nagels kraste over de donkere ebbenhouten tafel. Ravage op de grond. Ravage in mijn hoofd. Al weken zoek ik haar. Helena, waar zit je? Waar ben je?
Woest stond ik op en liep weg. Mijn zwarte leren jas sleepte en zwiepte mee met mijn bewegingen. Woest gooide ik alle deuren open en liep naar de toren van mijn kasteel. Ik opende het raam en klom er uit. De wind zuchtte zachtjes door mijn haar. Opeens begon ik te schreeuwen. Eerst keihard zodat iedereen het kon horen. Daarna veranderde het in een klagend gehuil. Net als dat van een wolf. Ik keek uit hijgend over mijn landgoed. Dat suffe dorp daar. Het enige wat mijn hele uitzicht verpestte. Oneindig lang zat ik op het dak. De nacht is nog jong. Maar zonder haar, is het rot!
Ik kneep mijn ogen fijn. Grijnzend keek ik hoe een vleermuis kwam aanvliegen. De vleermuis landde naast mij neer. "Nog nieuws, Villenco? Iets van haar gevonden?" De vleermuis veranderde in een kleine jongen met strak achterover gekamd zwart haar en bloedrode ogen. "Sorry meester, nog niets. Maar vergeef mij heer. Ik werd afgeleid, een jonge vrouw trok mijn aandacht." De jongen keek beschamend naar beneden. Grijnzend keek ik naar hem. "Hoe smaakte ze?" Vroeg ik.
"Ow heer ze was zo warm! Haar bloed." Even zuchtte de kleine jongen. "Helaas zo weinig. Mensen bloed is zo zalig. Vooral het vrouwen bloed, licht en teder." "Vooral de maagdelijke he?" Villenco knikte. Ik zuchtte. "Sinds Helena verdwenen is, kan niemand mijn dorst lessen. Zij bezit een deel van mijn krachten." Ik sloeg mijn jas over mijn benen heen. "Heer, wanneer heeft u voor het laatst gedronken?"
"3,4 maanden geleden? Ik weet het niet eens meer Villenco. Het enige waar ik nu nog aan kan denken is Helena. Waar ze is en waarom ze weg is." Met stevige kracht plantte ik mijn nagels in het dak en schreeuwde met alle kracht die in mijn lichaam zat: "HELENA!" Ik hoorde het tot in het dorp na galmen. Helena! Helena! Helena! Steeds zachter tot het weer wegstierf. "Ik ga." Zei Villenco en sprong van de toren. Hij verdween een ogenblik en even later vloog hij als een vleermuis weer weg. Ik sprong ook van het dak en landde netjes op mijn voeten terecht. Door deze duistere stille nacht besloot ik weer te zoeken naar haar.
hopelijk vinden jullie het wat..

