
In dit verhaal komt een eetstoornis voor, maar niet beschreven. Het komt alleen zo nu en dan ter sprake, maar het zal absoluut geen trigger zijn of zo.

Proloog
Hoe weet je wie je vrienden zijn? En hoe weet je wie zich voordoet als een vriend, maar je eigenlijk tegen werkt?
Hoe weet je of iemand te vertrouwen is, als hij of zij je vertrouwen al meerdere keren heeft geschonden?
Ik hoorde iets kraken en keek op. De deur van de kamer waarin ik me bevond ging langzaam open en een fel licht scheen de kamer binnen. Langzaam begon alles vorm te krijgen en kwam het me bekend voor. De jongen in de deuropening was dan ook niemand anders dan mijn vriend, die me waarschijnlijk uit de kroeg had geplukt en mee had genomen naar huis.
"Hey," fluisterde een stem. "Wakker?" Ik glimlachte en rekte me op mijn gemak uit. Mijn handen tastten naar het knopje van het nachtlampje naast zijn bed. Toen dat lichtje aan was, deed Lennart de deur weer dicht. Ik zuchtte eens diep en keek toe hoe Lennart zich ontdeed van zijn kleren en achter mij in bed kroop. Hij trok me eens lekker tegen zich aan en drukte kusjes op mijn schouder en rug. Een tijdje bleven we zo liggen. Het voelde goed om weer bij hem te zijn. Ik had hem al een week niet meer gezien en de laatste keer dat we elkaar zagen gingen we met ruzie uit elkaar. Ik had het idee dat er over praten of excuses aanbieden niet nodig was.
"Hoe is het?" fluisterde zijn stem toen in mijn oor. Ik glimlachte opnieuw en draaide me naar hem om.
"Goed," fluisterde ik terug. Hij keek me aan, diep in mijn ogen en ik wist dat hij me niet geloofde. "Wat is er gebeurd?"
"Ik kwam binnen en je stond op de tafel te dansen."
"Dat gebeurd wel vaker," lachte ik.
"Ja, maar niet met je shirt om de nek van een man van boven de 30." Ik trok mijn wenkbrauwen op en was even stil. Daarna schoot ik in de lach. Echt wel weer wat voor mij. In een gekke bui ben ik tot veel in staat, maar in een gekke bui met alcohol op ken ik geen remmen meer. "Hij vond het ook wel leuk inderdaad. Ik iets minder. Ik heb je van die tafel gesleept, in de auto gedumpt en ben naar huis gereden. Je viel bijna meteen in slaap toen ik je optilde nadat je was gevallen." Ik zuchtte diep. Ik wist dat Lennart het niet leuk vond als ik veel dronk en als ik flauw viel. Ik vond het zelf ook altijd niet echt een pretje. Maar op één of andere manier kon ik mezelf gewoon nooit inhouden. Daar moest ik toch maar eens aan gaan werken. Ik drukte een kus op Lennarts voorhoofd en draaide mijn rug weer naar hem toe. Ik ging nog wat dichter bij hem liggen en hij trok me opnieuw wat dichter naar zich toe. Het duurde niet heel lang voor ik weer in slaap viel en de wereld en alles om me heen vergat.