Blind (voorlopige titel)

Strijk hier neer om te zwijmelen in het maanlicht over de Liefde en Romantiek.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Afbeelding
Ja ja, daar ben ik weer. Ik heb het verhaal nog niet uitgeschreven, dus het kan nog even duren voor ik echt ga beginnen. Dit is een soort teaser (let op: geen inleiding, zomaar een fragment):

"Als je kon zien," zei haar stem, "en je kon reizen, waar zou je dan heen gaan?"
Ik zuchtte diep. Als ik kon zien. Als ik toch eens kon zien, dan hoefde ik niet ver te gaan om te zien wat ik wilde zien. Haar gezicht, haar ogen, haar lach. Maar ik wist dat dat niet het antwoord was waar zij op doelde. Daarom vroeg ik haar:
"Waar zou jij naartoe willen?"
"Amerika! De Grand Canyon wil ik zien. Oh, maar Azië lijkt me ook tof. De Taj Mahal is echt prachtig. En ik wil de Chinese muur zien! Oh, en Australië wil ik ook nog een keer gezien hebben... En wat dacht je van de piramides in Egypte? Eigenlijk wil ik overal wel heen, haha!"
Haar speelse, warme lach vulde heel het park. Ik voelde een hand op mijn schouder.
"Nu ben jij toch écht aan de beurt, hoor. Waar wil jij naar toe?"
Ik zweeg even. "Ik ga wel met jou mee."
Ik wist dat ze glimlachte.


Als iemand in de loop van het verhaal een betere titel kan verzinnen, hoor ik het graag! Wist niet dat een goeie titel verzinnen zo moeilijk kon zijn... :huh
Laatst gewijzigd door Artemiss op 09 mei 2010 13:53, 2 keer totaal gewijzigd.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Zeer mooi! Vooral de dingen die ze zeggen zijn zeer goed gekozen. Ik weet natuurlijk al precies waar je heen wilt en daarom vind ik het nog spannender om te lezen :p
Ik ben echt benieuwd wat je ervan gaat maken :D
Why are you so frightened? Have you no faith?
Blueberry-
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 14
Lid geworden op: 07 apr 2010 17:43
Locatie: Somewhere in Overijssel

Dit stukje is al heel goed. Is de ik-persoon mannelijk? Of lesbisch? Ik heb namelijk het gevoel alsof er iets romantisch tussen de twee speelt. Dat, of ze zijn gewoon hele goede vrienden.;)

De dialoog is ook mooi in elkaar gezet. Ik heb er alle vertrouwen in dat dit nog wel eens een geweldig verhaal gaat worden!

Snel verder?
Mum: That's just the way the cookie crumbles..
Me: But I don't want a crumbled cookie!!
Dad: Cookies!? Where??!
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Ik weet toevallig dat die ik-persoon een jongeman is :p En wie weet... misschien is er wel meer dan vriendschap... xD

Edit: om er dan toch iets zinvols van te maken :p

Het schijnt dus piramides te zijn i.p.v. pyramides.
Laatst gewijzigd door Patrick op 16 apr 2010 11:39, 2 keer totaal gewijzigd.
Why are you so frightened? Have you no faith?
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

pbrouwers schreef: Edit: om er dan toch iets zinvols van te maken :p

Het schijnt dus piramides te zijn i.p.v. pyramides.
:$ Ik schaam me diep. Ik had mezelf beloofd geen spellingsfouten meer te maken! ;) Ik heb het verbeterd. Hier dan eindelijk het eerste stukje:

----------------------------------------------------------------------------------

De regen sloeg tegen de ruiten van het jongerencafé. Roos zat aan een klein tafeltje samen met haar vriendje, Daan. De sfeer was vreemd gespannen. Roos voelde zich niet op haar gemak. Er kwam een, op zijn zachtst gezegd, vervelende mededeling, en Roos had al een vermoeden wat die mededeling zou zijn.
Roos is zeventien jaar. Toch schat iedereen haar ouder. Ze is vrij lang, heeft hoge jukbeenderen, volwassen make-up en vooral grote… ogen, zouden de meeste jongens met een knipoog hebben gezegd.
Daan was dan ook al weer Roos’ zevende ‘serieuze’ vriendje. Zoals gewoonlijk was hij ouder dan zij: hij was tweeëntwintig. Roos zag zijn blik langs haar gezicht naar beneden gaan. Ze zuchtte en pulkte zenuwachtig aan haar schouderbandjes. Daan was lief, maar het bleven toch allemaal jongens. Ze dachten maar aan één ding.
Plots zag ze zijn ogen weer omhoog schieten; ze keken haar recht aan. Hij keek moeilijk, maar hij bleef zwijgen.
Roos zuchtte nogmaals en leunde over het kleine tafeltje. “Wat is er,” vroeg ze indringend.
“Roos,” zei hij ongemakkelijk, “ik weet niet zo goed hoe ik dit moet brengen…”
“Hoe voorzichtiger je het doet, hoe dodelijker het is voor mij,” zei Roos zo kalm als ze kon. “Voor de dag ermee…”
Daan krabde zich op zijn achterhoofd, bolde zijn wangen op en blies de lucht eruit. “Oké,” zei hij toen. “Roosje, ik ben een sukkel geweest. Ik had er nooit aan moeten beginnen. Je kunt mij overal de schuld van geven, ik heb je gebruikt. Je bent nog maar zeventien, je bent veel te jong.”
Roos zei niets. Ze bleef luisteren. Ze wilde dit eigenlijk niet horen maar het leek alsof ze de kracht niet had om op te staan.
“Kijk, je bent heel mooi en je bent heel lief, maar…” Terwijl hij dat zei kneep hij zachtjes in haar schouder. “Het was fout van mij om al zo’n relatie met je te beginnen. We kunnen er denk ik beter mee stoppen.”
Roos knikte met korte bibberige knikjes. “Je maakt het dus uit?”
Daan zuchtte. “Ja, maar… ik moet gewoon iemand van mijn eigen leeftijd zoeken. En jij ook! Dit is niet het einde van de wereld…”
Hij bleef tevergeefs doorpraten. Roos hoorde hem niet meer. Ze zag zijn mond bewegen maar wat hij zei drong niet meer tot haar door. Het was uit. Alweer. Voor de zoveelste keer was iemand weer eens op haar uitgekeken, of had iemand zich bedacht. Toch maar niet. Daar kwamen ze dan nu mee. Plotseling stond ze op, ging recht voor hem staan en keek op hem neer. Daan stopte met praten.
“Dat waren dan weer drie weken,” zei ze vinnig en keek Daan kort aan. Daan deed zijn mond open om iets te zeggen, maar hij kreeg er de kans niet voor. Roos beende met grote passen het café uit, de stromende regen in.

Ze liep zomaar een kant uit. Het kon haar ook niet schelen als ze zou verdwalen. Ze sloeg haar vest om zich heen. Het weer was samen met haar humeur omgeslagen. Een frisse lentebui overspoelde Amsterdam.
Roos stond stil voor een winkelruit. Ze keek naar zichzelf. Onder haar ogen zaten grote wallen van het slaapgebrek, haar mascara was uitgelopen en haar natte haar plakte aan haar mooie gezicht. De druppels sijpelden langs de punten naar beneden. Ze keek naar haar slanke figuur met de grote voorgevel, die nu zeker goed zichtbaar was door haar laag uitgesneden hals. Daar had ze bij het kopen nog speciaal op gelet! Ze schopte haar hoge haklaarzen in een plas, waardoor het water tegen haar blote benen spatte. Ze huiverde. Ze keek nog eens naar haar verwaarloosde voorkomen.
“Ik lijk verdomme wel een heroïnehoer,” mompelde ze met een brok in haar keel.
Zoals gewoonlijk zocht ze Tanja’s kamer op. Zij wist wat het was; zij kon haar troosten. Ze drukte op de ijzeren deurbel, die altijd zo zwaar ging. De deur ging open op een kier en Tanja gluurde naar buiten. Toen ze Roos zag staan, huilend en doorweekt van de regen, besefte ze dat het weer zover was. Ze zwaaide de deur meteen wijd open en trok Roos naar binnen.
“Meidje, welke sukkel heeft je nou weer laten staan, hé? Die Daan, zeker? Ik dacht ’t wel. Eikel.”
Tanja praatte met een zwaar Amsterdams accent. Roos had haar leren kennen via een fout vriendje. Ze was duidelijk iemand uit de achterbuurten, maar ze had een hart van goud. Althans, dat vond Roos. En bovendien hadden ze iets gemeen: ze zagen er allebei goed uit en ze hadden daardoor allebei nare ervaringen met jongens, en in Tanja’s geval mannen gehad. Tanja was alleen nog wat ervarener en nuchterder dan Roos. Tanja zei altijd tegen haar, dat ze zich niet zo speels moest opstellen. “Dat trekt foute mannen aan, geloof me nou maar…” Roos antwoordde dan: “Tan, zo ben ik nou eenmaal…”
Nu kon Roos niet zoveel uitbrengen. Ze kon alleen maar huilen. Tanja nam haar mee naar binnen en droogde haar wat af. Ze kwam naast haar zitten op haar smalle tweezitsbank en trok haar tegen zich aan. Toen Roos wat rustiger was, kwam het verhaal. Dat Daan haar te jong vond. Dat hij het fout vond, waar ze mee bezig waren.
“Hij heeft wel gelijk, maar dat had die sukkel van te voren moeten bedenken!” Ze schudde haar hoofd. “Ik heb hier geen zin meer in, Tan. Het gaat elke keer mis. Deze was krap drie weken. De vorige twee. Die daarvoor net één maand. Die daarvoor… ik weet het niet eens meer…”
Moedeloos veegde ze de tranen uit haar ogen en keek op haar horloge.
“Ik moet naar huis.”
“Ja, ga maar. Dit is ook geen plek om te zitten.” Samen liepen ze naar de deur. De regen was opgehouden. Roos voelde de warme zon op haar huid. De zomer kwam er weer aan. Tijd van vakantievriendjes? Ze zuchtte en schudde haar hoofd. Ze wilde er niet aan denken.
“Hé,” zei Tanja terwijl ze haar bij haar schouders pakte, “hou je haaks, hè? Jij bent gehard, dat gaat weer goed komen.”
Roos knikte, maar ze was er niet zeker van. Ze wist niet of dit harden was, of steeds verder kapot gaan.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Nog maar een stukje:

-------------------------------------------------------------------------------------

Toen ze thuis kwam, zat Susan, haar moeder, al aan tafel. Haar ouders waren gescheiden: Roos woonde bij haar moeder en ging af en toe bij Tom, haar vader op bezoek, die aan de andere kant van de stad woonde.
“Zo, ben je daar eindelijk? Waar heb je gezeten? Ik heb je drie keer geprobeerd te bellen! Je neemt je telefoon nooit op!”
“Sorry.” Roos schoof aan tafel aan en schepte aardappelen op haar bord. Zwijgend begon ze te eten. Susan ratelde door.
“Ja, sorry, sorry, wat koop ik daarvoor? Waar ben je geweest?”
“Bij Daan,” zei Roos zacht. Susan zuchtte.
“Lieverd, ik snap dat je blij met hem bent, maar…” Ze dacht even na en nam een hap.
“Denk je zelf ook niet dat die jongen iets te oud voor je is?”
“Nee,” antwoordde Roos kort. Susan draaide met haar ogen en schudde haar hoofd.
“Je hoeft je geen zorgen te maken, hoor, mam,” voegde Roos er met een sarcastische ondertoon aan toe, “want hij vond dat blijkbaar wel en heeft me al gedumpt.”
“Wat zeg je nou?”
“Je hoorde me wel. Het is uit.”
“Ach, meisje, dat spijt me voor je…”
“Vast.” Roos stond op van tafel en liep naar haar kamer. Ze had geen zin in dit gesprek. Niet nu. Ook al bedoelde haar moeder het goed, ze meende het niet, dat wist ze.
“Hé! Eet gewoon je bord leeg, zeg. Je bent toch geen klein kind meer.”
“Ik heb geen honger.”
“ Doe niet zo raar,” wierp Susan tegen.
“Mam…” zuchtte Roos moedeloos.
“Hoor eens,” zei ze plotseling, “je bent toch niet weer naar die del geweest, of wel?”
“Mam, alsjeblieft,” smeekte Roos.
“Geef antwoord!”
“Nee, ik ben niet naar Tanja geweest,” loog ze. “Dit keer niet. Maar dat zijn jouw zaken niet.”
“Dat bepaal ik wel, of dat mijn zaken zijn. Die meid is gevaarlijk. Ze laat zich in met de verkeerde types. Zo’n achterbuurtfiguur is toch geen goede vriendin voor jou.”
“Ze heeft een naam…” mompelde Roos.
“Wat zei je,” vroeg Susan scherp.
“Laat me gewoon met rust!” Roos sloeg de deur achter zich dicht en rende naar haar kamer. Ze dacht na. Er moest iets veranderen.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Lessie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 409
Lid geworden op: 18 mei 2008 21:10
Locatie: Zuid Holland
Contacteer:

Lekker moeder is dat, zeg! :? Mooi gechreven! Ben benieuwd naar je vervolg en wat er gaat gebeuren met Roos en Tanja. Ga zo door je, schrijft erg vlot! :super
Sometimes is there a day to forgiveness... Sometimes is that day to revenge.
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Zo nu krijg je toch eindelijk een reactie van mij :p

Ik vind het heel mooi geschreven. Ik zit al meteen helemaal in het verhaal, dat is heel goed gedaan! De dialogen zijn goed neergezet en je vertelt ons stap voor stap meer en meer achtergrond info.
Ben wel benieuwd wat Roos nu gaat doen, ik zou het écht niet weten... (sarcastische lach xD)

Jammer genoeg geen spellingsfouten gevonden! Nee, grapje. Goed gedaan! Geen fout te vinden!
Why are you so frightened? Have you no faith?
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

De volgende dag op school was even slopend als altijd, als ze haar hechte vriendinnengroep moest vertellen dat de een of andere eikel het met haar uitgemaakt had. Ze zaten continu om haar heen, aaiden over haar rug en spraken haar bemoedigend toe. Het was goed bedoeld, maar Roos had er hekel aan. Net als je voor jezelf had uitgemaakt dat je nooit meer een jongen hoefde te zien, was er wel weer zo’n blond meelopertje dat moest zeggen: “Weet je, het klinkt misschien lullig en je hebt er nu niks aan, maar je komt vast wel een keer een leuke nieuwe jongen tegen.” Het ergste was dat ze meestal gelijk kregen ook. Er kwam altijd weer een nieuwe. Altijd werd ze weer opnieuw verliefd. En telkens gingen ze na een poosje weer weg. Ze bleven tot ze genoeg van haar hadden.
Tijdens de pauze drongen zoals gewoonlijk alle meisjes om Rick heen, de populaire jongen van de school. Dat kwam omdat hij knap was, brutaal tegen leraren, grappig, ‘aardig’, goed in sport en hij speelde ook nog eens elektrische gitaar. Roos was daar ook voor gevallen, tot haar schaamte. Het duurde wel twee maanden voor hij op haar uitgekeken was, en doordat het zo lang aan bleef, was Roos erg aan hem gehecht geraakt. Des te meer pijn deed het, toen hij plotseling mededeelde dat hij niet meer verliefd op haar was. Hij had ruimte nodig en nieuwe contacten. In tegenstelling tot hem was het prettige van Daan dat Roos hem niet meer elke dag tegen hoefde te komen.
Cynthia, Roos’ beste vriendin op school, en Roos zelf zaten van een afstandje toe te kijken. Cynthia had niet veel ervaring, maar ze had eenvoudigweg geen zin in verkering. Ze had haar vriendinnen en dat vond ze best zo.
Roos keek naar Rick en naar de meisjes die als schapen meelachten om zijn stomme grappen. Met een moeilijk gezicht staarde ze vervolgens naar de grond.
“Gaat het wel?” Cynthia legde een hand op haar schouder.
“Ja hoor, maak je maar geen zorgen. Ik kom er wel overheen, zoals altijd. Het is gewoon wachten op de volgende!” Ze haalde haar schouders op met een geforceerde glimlach en deed haar best om luchtig te klinken. Ze slikte een brok in haar keel weg.
“Weet je, je hoeft niet altijd zo op zoek te zijn. Je kunt ook gewoon een tijdje single blijven,” adviseerde Cynthia haar. Roos keek haar vriendin aan en knikte. “Goed idee.”
Cynthia was niet mooi, maar ook niet lelijk. Ze was vrij klein, een beetje een muizig figuur. Ze had kort donkerblond haar, tot net over haar oren. Het was een beetje piekerig aan de onderkant en ze vergat het nogal eens te wassen dus het zag er vaak een beetje vet uit. Ze was makkelijk bij het kiezen van haar kleding; zo droeg ze bijvoorbeeld altijd spijkerbroeken. Roos mocht Cynthia omdat ze zichzelf was en omdat Roos wist dat zij ooit een lief vriendje zou vinden die bij haar zou blijven. Ze wist dit omdat dat vriendje bij haar zou blijven om háár, niet om haar uiterlijk. Jongens zagen bij haarzelf maar één ding.
Haar gedachten werden bevestigd door het groepje jongens dat voorbij liep richting Rick, die allemaal naar haar floten. Ze keek hen met een vreemde, vermoeide blik na.
Na het laatste lesuur liep Roos met grote passen naar haar fiets en racete naar huis. Er moest iets veranderen. Nu.

Op haar gezicht was weinig emotie te lezen. Roos stond voor de spiegel en keek een hele lange tijd naar zichzelf.
Eerst naar haar ogen. Teveel oogpotlood. Teveel mascara. Te opvallend. Toen naar haar wangen. Ze had spul van haar moeder geleend om de puistjes weg te werken. Maar Cynthia had ook puistjes. Er hadden zoveel mensen puistjes. Puistjes horen bij de puberteit, dus hoorden ze ook bij haar. Ze keek naar haar mond. Het had, zoals vaker, een licht rode lippenstiftkleur. Eigenlijk is dat tegennatuurlijk, alleen jongens vinden het mooi, en die hebben geen smaak. Na dit besloten te hebben, deed ze de warme kraan open en spoelde alles van haar gezicht.
Ze bekeek het opnieuw. Nu droop het water langs haar wangen en druppelde vanaf haar kin terug in de wasbak. Als je al die troep eraf waste, bleef er weinig van over, vond Roos. Maar dit was tenminste wel hoe zij was.
Ze liep terug naar haar kamer en ging weer voor de grote spiegel staan. Ze was nog niet tevreden. Ze keek naar haar figuur. Daar kon ze weinig aan veranderen, vreesde ze. Dat hoorde nou eenmaal bij haar. Ze keek naar haar tuniek met de smalle taille en naar de laag uitgesneden hals. Ze kneep haar ogen tot spleetjes en schudde haar hoofd. Geen goede tuniek. Ze trok hem over haar hoofd. Ze beet op haar lip toen ze naar haar bh keek. Als in een reflex deed ze haar armen ervoor, alsof ze zich schaamde. Vlug deed ze haar armen weer naar beneden: ze stond alleen in de kamer. Het was een bh met softcups: daarvan is de stof wat dikker, zo lijken ze groter. Ze draaide met haar ogen. Wat dacht ze toen ze die kocht? Waren ze nog niet groot genoeg? Ze verving de bh door een dunnere en gooide de andere weg. Ze keek nogmaals in de spiegel. Ja, iets beter.
Ze keek naar haar broek. Een heupbroek. Ze trok hem uit en gooide hem achter in de kast. Om hem nou meteen weg te gooien was ook zonde van het geld. Ze pakte een makkelijke lichtblauwe spijkerbroek uit de kast en trok hem aan. Deze had de sluiting om haar middel, zodat haar dijen minder opvielen. Ze trok een T-shirtje aan met een ruimzittend vest.
Ze draaide zich weer naar haar spiegel. Ze knikte. Veel beter.
Daarna zuchtte ze en zakte neer op haar bureaustoel. Dit had geen zin. Ze was mooi. Ze was mooi en ze kon er niks aan doen. Jongens waren alleen maar in haar geïnteresseerd omdat ze er wel leuk uitzag. Leuk om het een keertje mee te doen, meer niet. Oh ja, ook leuk om over op te scheppen bij je vrienden. Er rolde een traan over haar wang. Meteen veegde ze hem weg. Nu niet janken!
Ze keek weer in de spiegel. Mensen moesten anders naar haar kijken. Ze moesten haar niet zien als ‘dat mooie meisje uit de vijfde klas’ maar als Roos. Ze was meer dan een mooi meisje. Ze kon meer zijn dan alleen maar mooi. Ze had het helemaal niet nodig om mooi te zijn. Ze had de grens ‘het is leuk om mooi te zijn’ allang gepasseerd. Toch?
Vertwijfeld ging haar hand naar de speld in haar haar. De speld viel op de grond en haar mooie, volle, kastanjebruine lokken vielen langs haar poppengezicht en over haar tere schouders. Haar slanke hand streek over de lichte slag die in haar haar zat. Het was zo dik en vol, dat ze het gemakkelijk in plukken kon scheiden. Ze keek er lange tijd naar. Ze herinnerde zich hoe Rick door haar lokken gewoeld had. “Roos, wat is jouw haar eigenlijk mooi,” had hij gezegd. Hetzelfde gold voor Daan, die dikwijls liefkozend over haar hoofd aaide. Zo ook Mike, Dave, Bart en Tijm. En natuurlijk Jeroen, de allereerste, die haar daar altijd zoende.
Roos’ mond was vertrokken tot een schuine streep. Met een trillende hand pakte ze de schaar. Ze pakte een pluk haar beet, en zette de schaar er in, vlak boven haar ogen. Knip. De eerste pluk haar viel voor haar blote voeten. Ze pakte de volgende pluk. Knip. Knip. Knip. Knip.
Er waren nog precies zeven grote plukken over. Ze ademde diep in, sloot haar ogen even en ademde toen weer uit. Ze zette de schaar in de volgende pluk. ‘Knip’ deed de schaar met een metalig geluid; de lange pluk viel op de grond.
“Dat was Jeroen,” fluisterde Roos. De volgende pluk. Knip. “Dat was dan Mike.” De volgende vier plukken volgde op dezelfde manier, waarbij ze haar exen Dave, Bart, Tijm en Daan een soort van van zich losknipte, samen met de herinneringen. Op ongeveer dezelfde hoogte als de andere plukken knipte ze tenslotte de laatste, dikste pluk af.
“Dat was Rick,” beaamde Roos tenslotte. Ze smeet de pluk op de grond en werd vervolgens weer doodkalm. Rustig knipte ze haar nieuwe kapsel een beetje bij, zodat ze niet voor gek zou lopen. Dat hoefde nou ook weer niet. Ze keek vuil weg toen ze merkte dat ze nog steeds niet bepaald lelijk was.

Ze schrok op uit haar gedachte toen ze een gil van dichtbij hoorde. Geschrokken keek ze in de richting van het geluid. Susan stond met haar handen voor haar mond op de trap.
“Wat heb je nou toch gedaan?” Ze stormde naar boven en greep Roos bij haar schouders. Roos verzette zich niet.
“Ben je niet wijs?! Je had zulk mooi haar! Waarom heb je het in godsnaam afgeknipt, verdomme?!” Ze klonk een tikkeltje te hysterisch, vond Roos.
“Mam, relax, het is maar haar.”
“Wáárom heb je het afgeknipt,” vroeg Susan langzaam.
“Ik wilde eens wat anders,” antwoordde Roos kalm.
Haar moeder zuchtte diep. Ze raapte al het haar van de grond en gooide het in de prullenbak. Ze ging met een bezorgde blik voor haar dochter staan en keek haar recht aan. Ze aaide haar over haar nieuwe korte kop.
“Dan had je dat toch gewoon kunnen vragen, lieve schat? Ik vind het prima, maar laat het dan door een kapper doen! Laat me eens kijken…”
“Nee, je hoeft niet te kijken,” zei Roos geïrriteerd en duwde Susans handen weg. “Ik heb ze even lang afgeknipt.”
“Wat is er met jou aan de hand?”
“Niks!”
“Roos!”
“Niks, mam! Er is niks met me aan de hand, ik heb gewoon mijn haar wat korter geknipt want daar had ik zin in. En ik had geen zin om naar de kapper te gaan. Is het zo erg?”
Haar moeder staarde haar alleen maar aan.
“Ik ga naar Cynthia,” besloot Roos toen maar en liep de trap af.
Laatst gewijzigd door Artemiss op 06 mei 2010 15:47, 2 keer totaal gewijzigd.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Hee,

Ik heb je hele verhaal in een kwartier gelezen. Ik kon maar niet ophouden met lezen. Ik vind het echt heel erg goed geschreven. Ik wil deze post nuttig maken, maar er valt niets meer te zeggen dan: Waaauuw! Mijn mond valt echt open. Ik wil meer lezen, meer, meer.
Volgens mij is dit helemaal niet zinnig, maar ik kan op dit moment niets zinnigs uitbrengen. Dit is gewoon professioneel! ^^

Xoxo.
Flubby
Laatst gewijzigd door marly op 02 mei 2010 20:08, 1 keer totaal gewijzigd.
Reden: Je zou kunnen aangeven wat je zo mooi vind aan het verhaal. Wat maakte dat je niet kon stoppen met lezen? Wat is er precies zo goed geschreven aan het verhaal? Succes.
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Dankjewel! Van dat soort complimenten word ik heel vrolijk. :D Spoedig meer, dat beloof ik!
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Lessie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 409
Lid geworden op: 18 mei 2008 21:10
Locatie: Zuid Holland
Contacteer:

Wat een stomme moeder. 'Wat heb je in godsnaam met je haar gedaan?' Ja, het is toch haar eigen beslissing wat ze met haar eigen haar doet? Het is haar haar niet die van Susan.

Mooi geschreven :) Al die gedachten, enzo. Heel mooi verwoord! Alles wat in een verhaal hoort heb je goed verwerkt! :super
Sometimes is there a day to forgiveness... Sometimes is that day to revenge.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Klein stukje:

Cynthia was wel een beetje geschrokken van Roos’ nieuwe kapsel en kleren, zo’n radicale verandering had ze nou weer niet bedoeld toen ze zei dat er niks mis was met single zijn.
De volgende dag op school schrok de rest van het clubje ook nogal.
“Wat heb je met je háár gedaan?!”
“Ah Roos, ik vond dat lange haar juist zo mooi…”
Roos haalde haar schouders op. Het kon haar weinig schelen.
“Aan de andere kant is het ook wel makkelijk,” merkte een der meelopers op. “En ik heb trouwens ook wel eens een model gezien met kort haar. Het is best cool.”
De andere meelopertjes knikten instemmend. Roos rolde met haar ogen. Het was goedgekeurd, hoor. Ze liepen gezamenlijk naar het klaslokaal. De brede wenkbrauwen van meneer Spelt gingen héél ver omhoog toen hij Roos zag.
“Nee maar, het haar is eraf?”
Roos zuchtte. Als er één leraar was die goed was in naar de bekende weg vragen was het meneer Spelt van aardrijkskunde.
“Nee hoor, meneer, dat lijkt maar zo,” verzuchtte Roos sarcastisch. Spelt lachte maar een beetje.
Roos glimlachte en nam plaats achter haar vaste bank naast Cynthia. De glimlach verdween abrupt toen ze gefluit hoorde. Haar hele lichaam verstarde en ze keek nadrukkelijk niet achterom. Tim, Ricks beste vriend, legde met een ondeugende grijns een hand op haar schouder, en zei:
“Wauw Roos, ziet er goed uit, lekker kort!” Je kunt aan de toon horen of iets een gemeend, vriendelijk bedoeld compliment is, of als er een andere bedoeling achter ligt.
Hij wilde al door haar haar wrijven, maar Roos sloeg zijn hand met een felle tik van zich af.
“Blijf van me af, Tim.”
“Rustig maar,” zei Tim een tikkeltje overrompeld. Verontschuldigend hield hij zijn handen op en ging zitten. Cynthia schudde haar smalle hoofd. Het kleine meisje keek met een bezorgde
frons naar haar vriendin.

Edit: Goed, nog een stukje:

Diep in gedachten verzonken dwaalde Roos alleen door de stad na schooltijd. Ze had geen zin om haar huiswerk te maken. Ze zou het wel weer inhalen.
Die zak van een Tim. Hij moest met zijn tengels van haar afblijven! Had Rick hem soms ingefluisterd dat ze weer single was? Nu ze weer beschikbaar was, kon de volgende in de rij het een keer proberen. Natuurlijk.
Ze schudde woest haar hoofd. Nooit meer jongens. Nooit meer. Ze had haar portie ‘kalverliefde’ nu wel gehad. Misschien zou ze later ooit nog iemand vinden die bij haar past, maar niet nu. Geen vriendjes meer. Over en uit.
Plotseling botste ze tegen iemand op. Ze had helemaal niet meer opgelet waar ze liep. Ze viel achterover en ving zichzelf op met haar ellebogen.
“Au!”
“Oeps,” zei een vriendelijk klinkende jongensstem, “gaat het?”
“Ja hoor, bedankt. Sorry, ik had je… u helemaal niet gezien…”
“Nee, dat ken ik,” zei de stem lachend. “Geeft niks, hoor.”
Roos keek op en hield haar hand op tegen de zon. Een glimlachende jongen met pikzwart piekerig haar stak zijn hand in haar richting. Een beetje scheef in haar richting, maar dat gaf niet. Ze pakte zijn hand en hij trok haar overeind.
“Niet gewond?”
“Nee hoor, alleen wat blauwe plekken, denk ik…”
Ze kon hem, nu ze weer stond, pas goed zien. Hij droeg een zonnebril en hij had een hond bij zich, die keurig netjes naast hem bleef wachten. En hij had kuiltjes als hij glimlachte! Dat vond ze bij jongens altijd leuk staan. Ze schrok toen ze zichzelf op die gedachte betrapte. Ze zou er niet meer naar moeten kijken…
“Mooi, dan ga ik weer verder,” zei hij. Roos knikte nog een beetje beduusd. “Dag!”
“Dag,” zei ze.
“Kom, Dandy!”
Ze glimlachte. Dandy, leuke naam voor een hond. Ze draaide zich om en keek hem na. Pas toen viel het aparte tuigje haar op dat Dandy om had. Langzaam drong de gedachte tot haar door. Die jongen was blind!
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Langzaam liep ze door. Haar gedachten draaiden op volle toeren. Die jongen was blind. Hij heeft haar helemaal niet gezien! Haar korte haar niet en dat ze ondanks dat nog best mooi was evenmin.
Ook al had ze hem maar twee minuten gesproken, iets in hem trok haar aan. Ze vond hem leuk. Ze was niet verliefd. Absoluut niet. Ze wist van zichzelf dat ze niet zo snel meer verliefd kon worden. Toch kreeg ze die leuke blinde jongen niet meer uit haar hoofd. Hij leek haar best aardig, en het belangrijkste was: hij kon haar niet zien! Hoe zou een jongen met haar omgaan, als hij haar niet kon zien? Ze baalde ervan dat ze hem niet langer had gesproken. Dat ze geen gesprek begonnen was. Aan de andere kant, dat zou ook wel een beetje apart geweest zijn. Je botst tegen iemand op, en je stelt je meteen voor. Beetje opdringerig, misschien. Ze grinnikte in zichzelf. Dat had ze lang niet meer gedaan. Hoe vrolijk kun je worden van een botsing?
Ze liep zomaar haar neus achterna en kwam uit in het Vondelpark. Ze keek om zich heen. Het was lente. Eind lente, weliswaar, het werd al wat warmer. Overal zag ze stelletjes. Op de fiets, eventueel bij elkaar op een fiets, en veel op de grasveldjes.
Roos schaamde zich niet meer om alleen te lopen. Sterker nog, het beviel haar prima. Waarom kon ze niet gewoon vrienden worden met jongens? Was dat mogelijk?
Haar gezicht straalde toen ze de blinde jongen met zijn hond op een bankje zag zitten. Hij zag er eenzaam uit. Zelfverzekerder dan ooit liep Roos naar het bankje toe en ging naast hem zitten.
“Deze plaats is toch wel vrij, hè,” vroeg ze toen ze ging zitten.
“Oh, ja hoor,” zei de jongen verbaasd.
“Mooi.”

Ik herkende die stem. Dat was datzelfde meisje als daarnet…

Ze bleef zitten en sloeg hem gade. Hij zag een beetje bleekjes. Hij had een groene broek met ontelbaar veel zakken en een gestreept T-shirt. Roos trok zelf ook haar vest maar uit, het was best warm. Meestal keken jongens dan meteen om, als ze iets uittrok. Nu natuurlijk niet, dat wist ze. Toch was het vreemd.
Ze zwegen allebei. Hij bleef recht voor zich uit ‘staren’, maar ja, hij zag natuurlijk niks. Daardoor begon Roos zich af te vragen waarom hij hier eigenlijk zat.
“Sorry dat ik het vraag, maar, je… u bent blind, ja toch?”
“Ja, ik ben blind,” antwoordde hij vriendelijk. “En u mag jij zeggen, ik ben maar zeventien.”
Ze lachte. “Dan mag jij ook jij zeggen, ik ben ook zeventien.” Hij glimlachte naar haar.
“Maar als je blind bent, waarom zit je hier dan? Ik bedoel, je ziet er toch niks van?”
Hij zweeg even. Ze slikte. Misschien een tikje te spontaan?

Je zou het als onbeleefd op kunnen vatten, maar ze was de eerste in jaren die me überhaupt aansprak. Het was ook geen rare vraag.

“Ik luister,” verklaarde de blinde jongen tenslotte.
“Je luistert?”
“Hoor je de vogels niet?”
Roos luisterde.
“Ja, een merel. Hij zit dáár, in die boom.” Ze wees, maar direct daarna sloeg ze haar hand voor haar mond. Stom. Dit ging nog wennen worden. “Sorry, dat kan jij natuurlijk…”
“…niet zien, nee,” maakte hij haar zin af en lachte. “Het geeft niet, hoor, ik ben er wel aan gewend.”
Ze zwegen even. Roos keek nog eens naar hem. Hij was anders. Niet alleen omdat hij blind was. Hij kwam oprecht sympathiek over.
“Ik heet Roos,” zei ze.

Roos. Dat is een bloem, een roos. Een mooie bloem. Hoe zou ze eruitzien?

“Paul,” zei hij en stak zijn hand uit. Ze schudde hem.
“Aangenaam,” zei ze vrolijk. Weer zwegen ze een poosje. Hij was niet zo spontaan. Ze vond dat ook niet onlogisch voor een blinde jongen. Daar word je vast verlegen van.
“Dus…” begon ze voorzichtig, “kom je hier vaak?”
Paul haalde zijn schouders op. “Och, zo nu en dan. Als het mooi weer is en ik heb geen zin om thuis te zitten, dan ga ik in het Vondelpark zitten of er doorheen lopen.”
“En dan luister je alleen maar?”
“Ja. Naar de vogels, of naar gesprekken van mensen.”
Roos knikte. Op zich geen verkeerde bezigheid, vond ze. Ze leunde achterover op het bankje en sloot haar ogen.
“Hm, dat ga ik ook maar eens proberen.”
Paul schoot in de lach. “Ga jij nou ook met je ogen dicht zitten?”
“Hm-hm.”
Paul schudde zijn hoofd. “Jij kan toch gewoon zien?”
“Ja, maar dat deed ik toch altijd al. Ssst, ik ben aan het luisteren.”

Ze was anders, op een leuke manier. Ik wist dat ik moest oppassen, voor ik het wist zou ze weg zijn en dan had ik me toch aan haar gehecht. Misschien zou ik haar na vandaag wel nooit meer tegenkomen...
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Lessie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 409
Lid geworden op: 18 mei 2008 21:10
Locatie: Zuid Holland
Contacteer:

Leuk dat je hem er nu ook een beetje betrekt als 'hoofdpersoon' in het verhaal! Je hebt dit mooi geschreven, ik kan me prima inleven in Roos. Alsof ik zelf Roos ben xD Goed gedaan! :super Ga zo door! :)
Sometimes is there a day to forgiveness... Sometimes is that day to revenge.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Toen Roos thuis kwam zat ze met haar gedachten nog bij Paul. Zwijgend ging ze bij haar moeder aan tafel zitten.
Was hij leuk? Ja, hij was heel leuk. Was ze verliefd? Nee, ze was absoluut niet verliefd. Het had heel goed gekund, maar ze was niet verliefd. Waarom wilde ze dan zo graag naar hem toe vanmiddag? Ze wist het antwoord niet precies. Het was een soort… nieuwsgierigheid. Interesse in een blind persoon. Daar had ze nog nooit contact mee gehad. En misschien was het ook wel gewoon zo dat ze behoefte had aan vriendschap met een jongen. Dat het niet meteen verkering hoefde te zijn, of een date, maar gewoon rustig zitten op een bankje in het Vondelpark en kletsen.
“Waar zit je toch met je gedachten, meisje? Je boontjes worden koud.” Susans stem deed haar opschrikken uit haar gedachten.
“Oh, sorry,” zei ze en nam snel een hap bonen.
“Waar denk je aan?”
Dat is een van de vervelendste vragen die men kan stellen. Ofwel omdat het diegene niet aangaat, of omdat het niet goed uit te leggen valt waar je aan denkt. Gedachten zijn soms moeilijk uit te leggen. Het kan ook een vervelende vraag zijn omdat mensen niet echt geïnteresseerd lijken te zijn in waar je aan denkt, omdat ze, als je ‘nergens aan’ antwoordt, ook niet verder doorvragen.
“Oh, nergens aan. Zomaar,” antwoordde Roos.
“Oh.” Zie je?
“Gaat het wel goed met je?” Susan klonk oprecht bezorgd, daarom besloot Roos haar gerust te stellen.
“Ja hoor, heel goed zelfs, momenteel. Hoezo?”
“Ik weet niet, je bent de laatste tijd zo… zo somber. En dan knip je opeens je haar af.”
“Daar had ik gewoon zin in. Ik vind het wel leuk staan, kort haar. Tim zei het vandaag ook al, op school.”
“Oh, gaat het daarom momenteel zo goed met je?” Susan knipoogde.
“Nee,” zei Roos meteen. Dat idee moest snel de kop in worden gedrukt. “Ik voel me goed omdat ik heb besloten de komende tijd niet meer met jongens om te gaan. Althans, niet meer op die manier. Alleen nog maar vriendschappelijk.”
Susan knikte. “Dat begrijp ik wel.”
Het was weer een poosje stil. Je hoorde alleen het geluid van het bestek. Ze aten hun borden leeg. Roos wilde al gaan afruimen toen haar moeder haar tegenhield.
“Kunnen wij ook weer op een vriendschappelijke manier met elkaar om proberen te gaan? Ik word zo moe van dat geruzie tussen ons.”
Roos knikte. “Ja, een wapenstilstand zou mij ook niet verkeerd uitkomen.”
Susan zuchtte. Roos grijnsde en legde een hand op haar moeders schouder. “Tuurlijk, mam. ‘No hard feelings!’”
Ze liep naar de keuken. “Trouwens, mam, vind je het goed als ik van het weekend bij pap ga logeren?”
De gewone gesprekken gingen weer verder.
“Eh, ja hoor. Dan moet je hem even bellen.”
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Zo, weer even bijgelezen! Je bouwt je verhaal zeker goed op! Ik vind ook vooral het stukje met de haren afknippen zeer goed geschreven!

Ik was aan het lezen en toen las ik die tweede ontmoeting tussen Paul en Roos. En ik dacht: dat komt me zo bekend voor! Nu weet ik het weer :p dat is dat stukje dat je me al had laten lezen xD

Maar goed gedaan! Ga maar verder :D
Why are you so frightened? Have you no faith?
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Ik heb ook weer even bijgelezen. Het verhaal is erg leuk opgebouwd. Vooral dat stukje over die ontmoeting is wel heel erg leuk. Even geen ruzie, niet moeilijk doen, maar gewoon gezelligheid, daarvan krijg je altijd wel een blij gevoel.

Ik vind dat je alles ook tot in de puntjes omschrijft, dat vind ik echt knap. ^^

Schrijf je snel verder? [a]
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Ik waardeer jullie enthousiasme! Enige vorm van kritiek is ook nog steeds welkom.
Flubby schreef: Ik vind dat je alles ook tot in de puntjes omschrijft, dat vind ik echt knap. ^^
Bedankt voor het compliment, maar waar doel je dan precies op? Want ik had zelf het idee dat ik dit tussen de vele dialogen door een beetje aan het vergeten was. :angel

Een klein stukje erbij:

“Roos! Goed je te zien, meis!” Roos stapte uit haar moeders auto en rende op haar vader af. Hij gaf haar een stevige knuffel.
“Hé, genoeg van je prinsessenhaar? Staat leuk!” Kort wreef hij even over Roos’ korte bruine kop. Nu protesteerde Roos niet, haar vader mocht dat.
Even later zaten ze met wat te drinken op de versleten leren bank in de woonkamer. Roos’ vader Tom was sinds zijn jeugd in de hippieperiode blijven hangen. De kleine woonkamer stond vol met lege bierflesjes van vorige avonden, er hing continu een sigarettenlucht en er hingen posters aan de muur van de Beatles, de Eagles, David Bowie en Frank Zappa: ‘Kill ugly Radio’.
Voor Susan was zijn slordigheid en onverschilligheid uiteindelijk de reden geweest om hem uit huis te zetten. Tom had het gevoel dat hij niks meer goed bij haar kon doen, dus besloot hij zelf weg te gaan voordat hij eruit gezet zou worden.
Roos was liever bij haar vader. Toegegeven, het was altijd een rotzooi, maar dat had wel iets gezelligs. Bij haar vader mocht ook meer. Ze praatte ook liever met hem dan met haar moeder. Ze had het gevoel dat Tom en zij meer op één golflengte zaten.
“Dus, hoe gaat het de laatste tijd met je,” vroeg Tom terwijl hij een grote slok bier nam.
“Gezien de omstandigheden vrij goed,” antwoordde Roos naar waarheid.
“Ben je weer alleen?”
Roos knikte. Ze nam ook een slok van haar spa. Ze mocht wel drinken van haar vader, maar ze wist dat ze dan al snel te veel zou drinken en ze had er geen zin in dat haar ouders nu nog ruzie zouden krijgen.
“Maar weet je wat het is, ik vind het helemaal niet zo erg. Sterker nog, ik vind het wel lekker om niet voortdurend aan iemand te hoeven denken of rekening te hoeven houden met iemand. En ik hoef ook niet altijd maar op zoek te zijn.”
Tom knikte. “Ja, dat kan ik heel goed begrijpen. Trouwens, je hebt ook helemaal geen haast. Meisjes zoals jij vinden altijd wel iemand.”
“Ja…” zei Roos aarzelend. Ze betwijfelde het. Ze had er al zoveel gevonden en met hen ging het allemaal mis.
“Kan ik niet gewoon vrienden zijn met een jongen, voor de verandering?”
“Hmm…” Haar vader stak een sigaret op. Dat betekende dat hij na moest denken.
“Dat betwijfel ik, hoor, Roos.”
Ze keek hem vragend aan.
“Kijk, op latere leeftijd komt dat wel eens voor, als beide partijen al voorzien zijn. Maar op jouw leeftijd? Dan zijn ze toch echt allemaal aan het experimenteren. Als je elkaar dan een poosje kent, je kunt het goed met elkaar vinden en je bent ook nog eens single, dan wordt het op den duur wel wat.”
Roos dacht na.
“Weet je dat zeker?”
“Vrij zeker, hoezo?”
“En als een van beide ‘partijen’,” Roos moest lachen om het woord, “daar nou eens geen zin in heeft? Ik bedoel, als iemand alleen maar vriendschap zou willen?”
Tom trok een bedenkelijk gezicht. Hij wachtte een poosje, haalde toen zijn schouders op en zei onverschillig: “Ik denk niet dat zoiets regelmatig voorkomt, maar het is een goede vraag. Ik weet niet of de relatie dan stukloopt, of dat het inderdaad gewoon vriendschap blijft.”
Roos plofte met een zucht op de bank. Haar vader keek haar glimlachend aan, stond op en ging op zijn hurken voor haar zitten.
“Meisje, ik weet niet om wie het gaat en dat gaat me ook geen ene donder aan, maar een partner vinden zit in de aard van het beestje. Er is toch geen enkele reden om niet meer dan vriendschap te willen als je het goed met een alleenstaande jongen kan vinden en hij ook met jou?”
Roos trok haar mond tot een grimas. Ze ging hem maar niet uitleggen dat daar wel een reden voor was, als je genoeg had meegemaakt.
Haar vader ging weer staan, spreidde zijn armen en zei met een brede grijns: “‘All you need is love’, niet waar?” Roos schoot in de lach.
“Natuurlijk, pap. Spelletje doen?”
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Ik vind dit nieuwe stuk erg leuk. Ik herken die vaders reacties en dergelijke wel. De vader die jij hier beschrijft heeft wel iets weg van die vader uit die televisieserie over die tweeling die in de Tipton wonen, volgens mij The suite life of Zack and Cody. Daar heeft hij wel iets weg van. Die vader van Roos is echt cool!

Wat ik bedoel is de situatie die je omschrijft. Je beschrijft precies wat er gebeurd en wat er vooraf aan is gegaan.

Schrijf je snel verder? [a]
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Het weekend vloog voorbij en voor ze het wist was daar de maandag weer, waarop ze weer naar school moest. Ze probeerde contact met jongens zoveel mogelijk te vermijden. Cynthia hielp haar daar zo goed mogelijk bij. Tijdens de lessen raffelde ze het huiswerk af dat ze voor die lessen had moeten maken.
Die middag na school was het weer zulk mooi weer, dat ze besloot het Vondelpark in te gaan. Ze hoopte dat Paul er weer zou zitten. Ze had een zenuwachtig gevoel in haar buik, toen ze door de stad liep. Zou hij er weer zitten? Ze wist niet meer van hem dan zijn leeftijd en zijn voornaam.
In het park begon ze opeens te rennen. Ze wist niet waarom. Ze naderde de plek waar het bankje stond. In de verte herkende ze zijn piekerige zwarte haar. Ze begon te huppelen.
Hijgend kwam ze bij het bankje aan en plofte ze naast hem neer.
“Dag, Paul! Ik hoopte al… (hijg) dat je er zou zitten… (hijg)” Meteen erna schoot ze in de lach om haar eigen stomme gedrag.

Ik veerde op bij het horen van haar stem. Ze was er weer!

“Hoi, Roos!” Paul klonk opgetogen.
“Blij me te zien,” vroeg ze. Hij grijnsde. Ze beet op haar lip.
“Sorry, ik bedoel…”
Paul knikte. “Ik weet wat je bedoelt. Ja, heel blij.”
Hij bleef altijd maar vooruit staren. Roos voelde zich er een beetje ongemakkelijk door. Ze begon hem maar uit te horen.
“Zeg eens, waar woon je ergens?”
“Vlakbij, in de Prins Hendriklaan,” antwoordde Paul beduusd, “op nummer 14. Hoezo?”
“Zomaar. Heb je broers en zussen?”
“Nee, alleen twee ouders.”
“Oh, ik ook,” zei ze enthousiast. “Nou ja, de mijne zijn dan gescheiden, maar goed…”
“Oh, sorry, dat is rot…”
“Ach, alles went. Wat doe je nog meer in je vrije tijd, behalve op een bankje in het park zitten?”

Nieuwsgierig was ze wel.

“Ik speel wel eens piano… Waarom wil je dat eigenlijk weten?”
Verbaasd en geamuseerd keek Roos om. Zo’n vraag had ze nog niet van hem gekregen.
“Vind je me nieuwsgierig,” vroeg ze quasibeledigd.
“Nee, nee,” zei Paul meteen. “Dat bedoelde ik niet, ik vroeg me gewoon af…”
Roos begon te lachen. “Ja joh, het is goed.”

En een beetje gemeen.

“Het is alleen dat ik jou ook wel eens een vraag zou willen stellen.”
“Hmm,” zei Roos. “Laten we het anders doen.” Ze stond op, ging pal voor Paul staan en trok hem omhoog. Wankelend zocht hij evenwicht. Dandy begon te blaffen.
“Rustig, Dandy,” zei Paul vlug. “Oké, wat nu?”
“We gaan een stukje wandelen,” legde Roos uit, “op het grasveldje hierachter. Iedere keer als je mij pakt, mag je me een vraag stellen.” Ze gaf hem een klopje op zijn schouder en liep giechelend het veld op.
“Kom op, slome!”
“Dit is niet eerlijk,” protesteerde Paul. Hij kon een glimlach niet onderdrukken.
“Je hebt toch een hond?”

Correctie: best wel gemeen.

Paul liep met Dandy over het veld, op zoek naar Roos. Paul luisterde scherp of hij haar soms hoorde giechelen, maar ze hield zich goed stil.
Ze sloop op haar tenen achter hem langs, tikte snel op zijn schouder en maakte dat ze weg kwam. Paul lachte en schudde zijn hoofd.
Het ging nog een poosje zo door. Roos liep telkens achter hem langs, tikte hem aan of fluisterde ‘psst’ in zijn oor, en was weer weg. Paul begon met Dandy steeds harder te lopen. Roos lachte zich rot. Op haar tenen sloop ze achter hem, tikte hem op zijn schouder en maakte zich uit de voeten. Giechelend bleef ze een eindje verderop staan.
“Ik hoor je wel,” zei Paul dreigend.
“Maar je ziet me niet,” lachte ze.
Dandy raakte een beetje in de war van de vreemde situatie. Plotseling draaide de labrador zich om en begon te blaffen.

Ik voelde een stevige ruk aan de lijn. Ik hoorde haar schrikken. Hebbes.

Plotseling draaide Paul zich om en strekte zijn armen naar voren uit. Roos was er niet op bedacht en kon niet wegkomen. Paul voelde haar arm en trok haar naar zich toe. Hij greep haar met zijn beide armen stevig om haar middel.
“Nee,” riep Roos lachend. “Hou los! Ik bedoel…”
“Ja, wat bedoel je nou? Loslaten of vasthouden?”
Roos lachte alleen maar. “Eerlijk is eerlijk,” zei ze toen. “Je mag een vraag stellen.”
“Bof ik even,” grinnikte Paul. “Wat doe jij in je vrije tijd, behalve mij pesten?”

Weer die lach. Heksachtig. En toch lief.

“Andere jongens pesten,” lachte Roos. “Alhoewel, dat valt tegenwoordig ook wel weer mee. Maar ja, ik hou van uitgaan, in ieder geval.”
“Oké,” zei Paul.
“Ja, dat was één vraag. Ik ben weer weg.”
Ze maakte zich vlug los uit zijn armen en rende weg. Paul zuchtte.

Hadden we niet nog even zo kunnen blijven staan?

“Ik ga weer naar huis, denk ik, Roos.”
“Ah, toe nou… Het werd net leuk.”
Nadat ze dat gezegd had, bedacht ze dat ze wel erg kinderachtig bezig was. En ze bedacht hoeveel plezier ze daar in had. Voor het eerst dat ze eens iets anders deed met een jongen dan flirten, zoenen of je-weet-wel. Ze liep naar Paul toe.
“Moet je echt weg?”
Paul knikte. “Doei.”
“Doei…”
Paul liep met Dandy weg. Even bleef ze twijfelachtig staan. Toen rende ze achter hem aan.
“Oh, Paul, wacht! Mag ik je mobiele nummer?”

--------------------------------------------------------

Met dank aan pbrouwers voor het mooie plaatje bovenaan! ;)
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Aw, Roos is gemeen! Ik vind het zielig voor Paul dat hij haar de hele tijd moet pakken voordat hij een vraag mag stellen. Ik heb ooit een boek gelezen, waarbij dat zo was, maar dat was met een vampier, dus dat is nog oneerlijker :P

Ik vind dat het verhaal erg vlot leest, en dat het een leuke wending heeft ^^
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

De volgende morgen op school voelde Roos zich ontzettend goed. Ze had zich lang niet meer zo goed gevoeld. Zo voelde ze zich alleen maar als… als… Ze schudde haar hoofd. Nee, dat was nu niet zo.
Ze had weer zin in school. Ze kon weer lachen. Ze durfde weer de ouderwetse grote bek tegen leraren op te zetten. De jongens zagen dit als teken dat ze weer beschikbaar was.
Samen met Cynthia en een paar anderen liep Roos gierend van het lachen de aula in. Meneer Verveer had nu een regenboog stropdas om met schaapjes erop. Het moest niet veel gekker worden.
Tim liep grijnzend op Roos af.
“De dames hebben het naar hun zin?”
“Zeker,” antwoordde Roos. “Meneer ook?”
Tim knikte geamuseerd. “Zeg hoor ‘s, heb je aanstaande vrijdag wat te doen?”
Meteen stond Roos’ gezicht op onweer. Ze had absoluut geen zin in dit gesprek. Zij hadden dus echt het idee dat ze achter in de rij aan konden sluiten.
“Ik vrees van niet,” zei Roos terwijl ze zich van hem afdraaide.
“Zou je dan misschien met mij…” begon Tim iets voorzichtiger.
“Nee, dank je,” antwoordde ze snel. “Ik weet niet of je meegeteld hebt, maar je zou de achtste zijn. Ik heb er even genoeg van.”
Roos liep met haar gevolg langs een stomverbaasde Tim heen, met opgeheven hoofd. Een beetje verdwaasd liepen de meisjes achter haar aan.
“Waarom deed je dat,” fluisterde een van haar vriendinnen.
“Nou, omdat ik genoeg heb van vriendjes, dat heb ik toch gezegd.” Nonchalant knoopte ze haar vest om haar heupen en leunde tegen een muur. De meisjes kwamen als vanzelf in een kring om haar heen staan.
“Hoe kun je nu genoeg hebben van vriendjes,” vroeg een blond meisje, dat er oprecht niets van begreep. Roos keek haar even aan. Ze schudde haar hoofd, legde haar handen in haar zij en zei, als een echte diva: “Lieve schat, wees blij dat je het antwoord op die vraag niet weet.”
Roos vond populair zijn niet onaangenaam. Ze genoot er als ze in een goede bui was, zoals nu, met volle teugen van. Maar toch vond ze het niet zo leuk als in het park zitten met Paul. Dat was anders. En ze was best toe aan een andere soort vriendschap.

----------------------------------------------------------------------------------

Een week later slenterde Roos wat over straat. Paul had al een poosje niet meer in het park gezeten en ze vond het ook niet zo dringend dat ze hem meteen ging bellen. Te opdringerig, vond ze. Zo belangrijk was hij niet en dat moest hij ook niet denken.
Plotseling zag ze Tanja lopen. Ze zag er, zoals altijd, dellerig uit. Hoge hakken, panty, veel te kort rokje en een jack erboven. Zwaar opgemaakt.
Ze liep heel snel, ze had duidelijk haast. Roos begon te rennen om haar in te kunnen halen, maar Tanja zag haar niet eens. Waar moest ze zo snel naartoe? Roos werd nieuwsgierig.
Ze schrok toen ze merkte waar ze naartoe liepen. De Wallen. Wat moest Tanja op de Wallen? Ze was toch geen…? Roos schudde haar hoofd.
Plotseling dook Tanja een zijstraatje in. Roos sprintte achter haar aan: straks was ze haar kwijt! Tanja draaide zich een kwartslag. Snel verstopte Roos zich achter de muur van het gebouw waar Tanja voor stond.
Ze zag Tanja aanbellen. De deur ging open en er kwam een eng uitziende man naar buiten. Hij had overal tatoeages, was moddervet en er hing een dikke kwab vet over zijn te laag zittende broek heen waardoor er een stuk blote buik te zien was onder zijn te korte hemd. Walgelijk, vond Roos.
Een arm die dikker was dan Roos’ beide benen werd om Tanja’s schouders geslagen en ze liet zich gewillig mee naar binnen voeren. Ze lachte er zelfs bij. Het was alleen geen gemeende glimlach, het was een tandpastaglimlach die Roos tot nog toe alleen was tegengekomen in reclames. Niet in het echte leven.
De deur viel dicht en langzaam kwam Roos tevoorschijn. Meteen zette ze het op een lopen. Weg van die plek.
Haar hart bonsde in haar keel. Tanja was een hoer. Dat kon niet anders. Maar dat is niks voor Tanja. Ze laat zich niet zo door mannen gebruiken, ze heeft een hekel aan ze. Misschien ook wel daarom, bedacht Roos. Ze werd vast gedwongen! Wie weet is ze al jaren slachtoffer van een loverboy? Naarmate ze zich verder van de Wallen verwijderde, begon ze zich steeds meer zorgen te maken.
Wat moest ze doen? Moest ze überhaupt iets doen, of moest ze zich hier verre van houden? Nee, ze moest iets doen. Tanja was haar vriendin. Als vriendinnen help je elkaar, wat er ook aan de hand is. Ze zou haar morgen meteen opzoeken en vragen wat er scheelde.
Laatst gewijzigd door Artemiss op 13 mei 2010 16:47, 1 keer totaal gewijzigd.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Hee,

Leuk dat er weer een nieuw stuk is. Ik vind het heel erg spannend, dat gebeuren met Tanja. Volgens mij is ze helemaal niet te vertrouwen. Ik zou zelf nooit met zo'n iemand om gaan, maar Roos dus wel. Ik hoop dat alles goed komt met Roos, dat zij er niet verstrikt in raakt als Tanja alles hoort wat Roos gezien heeft!

Ik heb nog één piepkleine opmerking...
Wie weet is ze al jaren slachtoffer van een loverboy?
Volgens mij moest deze zin eindigen met een punt, want het is niet echt een vraag die ze aan zichzelf stelt.
Ook begin je eerst in de verleden tijd en dan weer tegenwoordige tijd en dan ga je weer over in de verleden tijd. Is dat de bedoeling? :idea:

Liefs.
Melinda
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Eigenlijk is het wel een vraag die ze aan zichzelf stelt. Heel duidelijk te zien aan de 'wie weet' aan het begin.
Dat gehussel met die tijden heb ik even verbeterd, bedankt voor het opmerken!
Hier is stukje nummero twaalf (alweer!):

Roos drukte op de deurbel. Het duurde even, maar uiteindelijk deed Tanja open. Ze zag er nu niet overdreven dellerig meer uit. Het leek er op alsof er niks gebeurd was.
“Hé Roos! Kom erin,” zei ze opgewekt.
“Hoi,” zei Roos en stapte naar binnen.
“Hé! De schaar erin gezet?”
Roos knikte. “Had ik zin in.”
“Staat stoer,” lachte Tanja.
Ze volgde haar naar binnen en plofte neer op de leren bank. Ze volgde Tanja met haar ogen terwijl ze naar de keuken liep.
“Wil je iets drinken?”
“Ja, doe maar cola.”
Even later zaten ze met glazen cola tegenover elkaar in de woonkamer. Roos wist niet goed hoe ze het ter sprake moest brengen. Ze moest hoe dan ook bekennen dat ze haar gevolgd was. Eigenlijk wilde ze niet eens weten wat er met haar vriendin aan de hand was. Ze wilde het niet geloven. Maar als Tanja in de problemen zat, wilde ze haar helpen.
Tanja doorbrak echter als eerste de stilte.
“Hoe is ’t nou met je, Roos?”
Roos keek haar aan. Ze begon zich steeds meer af te vragen of ze het soms gedroomd had.
“Vrij goed, gezien de omstandigheden. Ik probeer nu vrienden te zijn met jongens.”
Tanja lachte schamper. “Dat gaat lastig. De meeste jongens zijn niet echt geïnteresseerd in vriendschap met meisjes.”
Roos zweeg even. Ze slikte en vroeg: “Hoe weet je dat nou?”
“Vertrouw me, schat, ik heb ervaring.”
“Hoe?”
Tanja ging verzitten. Ongemakkelijk haalde ze een pluk haar uit haar gezicht.
“Hoe bedoel je ‘hoe’?”
“Nou gewoon wat ik zeg.”
“Tja, ik heb ook de nodige…” Ze kuchte. “…‘vriendjes’ gehad.”
Roos deed haar armen over elkaar. Ze had het niet gedroomd.
“Ik heb je gezien, Tan.”
“Wat gezien?”
“Gisteren. Bij die enge vent, op de wallen. Wat moest je met hem?”
Tanja schrok. “Niks,” zei ze haastig terwijl ze de lege glazen wegruimde. Roos stond op en liep snel achter haar aan.
“Kom op, vertel,” drong ze aan.
“’t Is m’n nieuwe vriend,” loog ze. “Als je ‘t dan zo nodig mot weten.”
“Zo’n engerd?! Schei toch uit, Tan,” zei Roos kribbig. “Waarom op de Wallen? Je bent toch geen hoer?”
Kwaad zette Tanja de glazen met een flinke knal op het aanrecht.
“Dat gaat je geen donder an!”
Roos’ ogen werden groot. “Tan, dat méén je niet… Jij toch niet…”
Tanja begon de glazen af te spoelen. “Het gaat je niet an, zei ik toch.”
“Ik ben je vriendin. Het gaat me wel aan,” zei ze.
Haar vriendin zuchtte. “Doe nou niet, Roos.”
Maar Roos bleef demonstratief midden in de keuken staan met haar armen over elkaar. De twee keken elkaar een poosje aan. Ze zag Tanja een paar keer slikken. Het leek alsof ze ieder moment in huilen uit kon barsten, maar ze hield zich groot. Dat had ze altijd gedaan. Zoals ze daar stond. Altijd het opgeheven voorhoofd, altijd de wijste, de meest ervaren. Altijd degene die Roos troostte. En dan ondertussen zelf behoorlijke problemen hebben.
“Goed dan,” zei ze tenslotte. Ze haalde diep adem. “Ik ben al jaren een hoer. Zolang als ik je ken. Maar ik ken het handelen, dus maak je nou maar geen zorgen, oké? Ik red me wel.”
Roos’ ogen werden groot. Langzaam zette ze wat stappen achteruit.
“Trouwens,” voegde Tanja er schamper aan toe. “’t verdient best goed.”
Roos trok haar mond tot een streep. Ze slikte een brok in haar keel weg.
“Alsof het iets is om trots op te zijn,” siste ze. “Je bent gek.”
Ze trok met een zwaai de achterdeur open en rende uit onmacht het huis uit.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Flubby
Balpen
Balpen
Berichten: 134
Lid geworden op: 30 apr 2010 11:17

Ik had wel verwacht dat Tanja een hoer zou zijn. Nu krijgt de moeder van Roos toch nog gelijk met al dat gezeur dat Tanja geen echte vriendin is, etc.

Het begint nu steeds spannender, intrigerender. Dit verhaal blijft mijn aandacht trekken door alles wat er zich afspeeld!

Schrijf je snel verder? [a]

Xoxo.
Melinda
Still got tonight
~Matthew Morrison~
Vivian
Potlood
Potlood
Berichten: 42
Lid geworden op: 12 mei 2010 09:58
Locatie: Groningen

Wauw!
Wat is dit een boeiend verhaal, zeg!
Ik heb het in een ruk uitgelezen.
Je beschrijft alles heel mooi. De blikken, de gevoelens, de gedachten. Dat leest makkelijk.
Ik heb verder geen puntjes van kritiek, het zit gewoon ijzersterk in elkaar.
Je valt niet in herhaling en je oog voor detail is werkelijk bewonderenswaardig.
Schrijf maar snel verder, ik kan niet wachten tot het volgende stukje!
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Bedankt voor alle mooie complimenten. Alsjeblieft, lekker lang stuk ;) :

Ze wist niet zo goed waar ze naartoe moest. Ze wilde niet naar huis; ze had geen zin om haar moeder nu al onder ogen te komen. Als die hoorde dat ze wéér bij Tanja geweest was…
Toen kreeg ze een ingeving. Ze pakte haar mobiel en belde Paul. Hij ging over.
“Met Paul,” klonk het aan de andere kant van de lijn.
“Ja, met mij. Kan ik even langskomen?”
“Natuurlijk! Ik ben thuis…”
“Goed, zie ik je zo.”

Wat had Paul ook weer gezegd? Prins Hendriklaan 14. Via het Vondelpark liep ze naar de goede straat. Haar ogen werden groot toen ze stopte voor nummer 14. Langzaam draaide ze zich om naar het hek. Dat was weer eens wat anders dan haar moeders armzalige flatje.
Ze duwde tegen het hek dat zwaar open ging en stapte op het grind. Sinds ze klein was had ze het altijd een leuk geluid gevonden om over grind te lopen. Het pad werd omringd door keurig in banen gemaaid gras, zodat de ene baan iets lichter was dan de ander. Hier en daar stond een rozenstruik of een conifeer. De tuin werd omringd door een heg. Roos keek naar rechts en zag dat er een engelenbeeldje tegen de heg aan stond. Een jong engeltje met een harp in zijn hand. In de verte hoorde ze water stromen, dus ze moesten ook nog een fontein hebben. Ze lachte even in zichzelf toen ze bedacht dat dit de voortuin pas was.
Als een waar paleis toornde het huis boven de tuin uit. Het had rode dakpannen, nagenoeg witte stenen en grote ramen met rode gordijnen erachter. Het was alsof ze in een sprookje was gestapt, behalve dan dat dit geen echt paleis was.
Ze liep de traptreden op, richting de dubbele deur. Ze keek naar het bloemperkje onder de ramen, en zag dat een rododendron tegen de muur groeide. Aan de andere kant een klimop. Het gaf een beetje meer de indruk dat het huis oud was, maar toch chic. Niet dat Roos zich snel schaamde, maar voordat ze op de bel drukte, keek ze toch nog even of ze er een beetje uitzag. Ze trok haar T-shirt recht en deed haar vest maar dicht. Uit een oude gewoonte wilde ze haar haar fatsoeneren, maar ze realiseerde zich dat het tegenwoordig kort was. Ze wreef er even doorheen en zuchtte. Ze ademde diep in en uit en drukte op de bel.
Stiekem had ze nog verwacht dat er een schoonmaakster open zou doen of een butler, maar er deed een vrouw open die ze herkende als Pauls moeder. Dezelfde neus.
“Hallo,” zei de vrouw. “Wat kan ik voor je doen?”
“Ehm, dag mevrouw,” zei Roos aarzelend. “Ik kom voor Paul…”
“Voor Paul?” Even leek de vrouw erg verbaasd te zijn. Onwennig streek ze met haar hand door haar overduidelijk geblondeerde kapsel, maar deed toen de deur verder open.
“Natuurlijk, kom binnen,” zei ze vriendelijk.
“Dank u,” zei Roos beleefd en veegde netjes haar voeten op de mat. Zij en haar moeder hadden het dan wel niet zo breed, ze was wel opgevoed.
“Maar wie ben jij dan, als ik vragen mag,” vroeg Pauls moeder.
“Oh sorry,” zei Roos. “Roos Groeneveld.” Ze stak haar hand uit. Pauls moeder schudde die hartelijk.
“Mireille Pietersen, aangenaam. Ik ben Pauls moeder,” voegde ze er nog overbodig aan toe.
“Ja, dat had ik al begrepen,” antwoordde Roos dan ook.
“Paul is op zijn kamer. Als je naar boven gaat, is het de tweede deur rechts.”
“Dank u wel.”
Roos draaide zich om en keek om zich heen. Wat een huis. Mireille liep de woonkamer in door een andere dubbele deur. Er was één trap aan iedere kant van die deuren, beiden met een rode loper erop. En overal stond antiek. Althans, meubels die antiek leken. Roos durfde zowat niets aan te raken. Ze liep over de laminaatvloer naar de rechtse trap. Zachtjes wreef ze met haar hand over de glimmende, donkere, houten knop van de trapleuning. Ze keek naar de muren. Er hingen stillevens en modernere schilderijen. Langzaam liep ze omhoog. Op de overloop keek ze rond. Er hingen zelfs elektrische fakkels aan de muur.
Ze glimlachte. Even dacht ze terug aan een regenachtige middag, een aantal jaar geleden. Ze had met haar moeder naar de Sound of Music zitten kijken. Even waande ze zich in een rol van gouvernante, en dacht terug aan de scène uit de film. Ze was op zoek naar een prachtige balzaal waar ze stiekem heen kon gaan en dan betrapt worden door een knappe kapitein Von Trapp. Ze giechelde. Zo’n balzaal hadden ze hier natuurlijk niet. Niets is perfect.
Plotseling hoorde ze een piano spelen. Ze draaide zich om. Ze liep verder de gang door en vond de tweede deur rechts. Het klonk verdrietig, maar heel mooi.
Voorzichtig duwde ze de deurklink naar beneden en probeerde zo min mogelijk geluid te maken. Achter de deur zat een redelijk grote kamer voor een slaapkamer. Ze zag eerst ramen, toen ze opzij keek een groot bed. Ze liep een hoek om en zag Paul zitten. Hij speelde piano. Volledig op gevoel. Voorzichtig kwam ze dichterbij en ging op een stoel naast hem zitten. Hij had nog niks door en speelde gewoon verder.
De muziek die hij speelde had iets slepends. Iets machteloos. Paul staarde alsmaar recht vooruit terwijl droevige klanken uit zijn piano kwamen. Roos luisterde ademloos. Hij kende het helemaal uit zijn hoofd. Het was alsof het lied het betreurde dat hij blind was. Een soort klaagzang, en toch troostend.
Paul sloeg de laatste toetsen aan en liet zijn handen toen op zijn knieën rusten. Roos bleef even stil.
“Wauw, Paul, wat mooi,” bracht ze tenslotte uit.
Paul schrok.
“Roos! Ben je er al? Hoe lang zit je hier al?”
“Lang genoeg om mee te luisteren,” grinnikte ze. “Het was echt heel mooi.”
“Dank je,” zei Paul verlegen.

Zij was de eerste van mijn leeftijd die me ooit had horen spelen. Ze vond het mooi. Ik dacht dat… dat het suf was.

Wat Roos meteen opviel was dat hij ook nu nog gewoon zijn zonnebril droeg. Binnenshuis, dat vond ze apart. Misschien had hij hem weer opgezet omdat hij wist dat ze eraan kwam. Toch werd ze nieuwsgierig naar wat er achter de zonnebril zat, maar ze durfde hem niet te vragen hem af te zetten.
“Man, wat heb jij een kast van een huis, zeg! Ongelofelijk. Mijn slaapkamer is wel een stukje kleiner,” lachte Roos. “Mag ik op je bed ploffen? Je hebt zo’n mooi groot bed…”
Paul schoot in de lach. “Ja hoor, mij best,” zei hij terwijl hij zijn schouders ophaalde.
“Jee,” riep Roos vrolijk en liep naar het bed toe. Ze spreidde haar armen en liet zich languit achterover vallen. Hij had wel een beetje een saaie kleur dekbed, bedacht ze. Grijsblauw. Maar ja, hij ziet het toch niet.
Paul kwam naast haar op het bed zitten.
“Dat gaat makkelijk,” zei Roos. “De weg vinden van de piano naar je bed, bedoel ik.”
“Oh,” zei Paul onverschillig. “Dat weet ik uit m’n hoofd, inmiddels.” Hij leunde tegen zijn hoofdkussen. Roos leunde tegen zijn knieën.

Ik voelde haar rug tegen mijn benen. Ik hoopte dat ze mijn rode kop niet zou zien. Ik voelde dat ik die had.
Kon ik haar maar zien…


“Ik ben een beetje down,” zei ze toen en zuchtte.
“Hoezo?”
“Gisteren zag ik een goede vriendin van me, Tanja, naar de Wallen gaan. Vandaag ben ik naar haar toegegaan en nu blijkt dat ze een hoer is.”
“Wow,” zei Paul.
“Ja, wow. Dat dacht ik ook. Maar het is helemaal niks voor haar…” Ze zweeg even en slikte een brok in haar keel weg.
“Ik wil haar helpen, maar ik durf niet zo goed… En zij zou me ook nooit laten helpen…”
Ze voelde een hand door haar korte haar gaan. Verbaasd keek ze om. Zo snel als de hand gekomen was, was hij weer weg. Paul zag rood.

Daar had ik spijt van. Ik probeerde haar te troosten, maar waarschijnlijk was ze daar helemaal niet van gediend.
Haar haar was trouwens kort, voelde ik.


“Sorry,” zei hij zacht.
“Geeft niet,” zei Roos zacht terug. Even schoot een vreemde gedachte door haar hoofd, maar ze wierp hem meteen weer weg. Niet Paul, hij kon haar niet eens zien.
“Misschien,” ging Paul verder en kuchte even. “Misschien kun je haar wel niet helpen. Hoe oud is ze?”
“Ja, over de twintig.”
“Tja, dan mag ze dat ‘beroep’ uitoefenen. Als ze het zelf wil, kun jij er ook weinig aan doen. Ze houdt jou er verder toch wel buiten?”
“Ja,” antwoordde Roos. “Ik wil gewoon dat we vriendinnen kunnen blijven.”
“Dat kan toch. Je moet het accepteren.”
Ze knikte langzaam. Toen zei ze: “Ik weet het niet, Paul. Het heeft een wrange nasmaak. Ik kan niet geloven dat ze zoiets vrijwillig doet.”
Paul haalde zijn schouders op en zweeg.
“Bedankt voor het aanhoren,” zei Roos.
“Geen probleem,” antwoordde hij met een glimlach.

Op dat moment ging de deur open en kwam Mireille binnen. Ze had een dienblad vast met glazen drinken.
“Ik dacht dat jullie misschien wel wat te drinken zouden lusten?”
Verrast keek Roos de vrouw aan. Goh, zoiets zou haar moeder nou nooit doen.
“Of stoor ik,” vroeg ze met een knipoog.
Ze gaf hen de glazen en de koek die ze erbij had gedaan en liep de slaapkamer weer uit. Bij de deur bleef ze even staan. Ze zag hoe ze kletsten, hoe Roos Paul plaagde.
“Hier, koek,” zei Roos lacherig en hield hem een koek voor. Paul probeerde de koek aan te pakken, maar Roos trok hem weer weg. Paul zuchtte maar kon een lach niet onderdrukken.
“Hap maar,” zei ze toen en hield de koek voor zijn mond.
“Je hoeft me echt niet te voeren,” verzuchtte hij. Slinks greep hij de koek uit haar hand.
Mireille glimlachte. Ze had Paul al lang niet meer op die manier plezier zien hebben. Met een goed gevoel liet ze de twee alleen.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
krisjuh
Potlood
Potlood
Berichten: 77
Lid geworden op: 14 jun 2009 10:41

Hoi Artemiss, ik ben je verhaal al eeen tijdje aan het volgen en heb nog nooit gereageerd.
Ik vind het verhaal heel goed geschreven, ook een leuk onderwerp trouwens, blind.
Ik vind het ook apart dat Paul de ik- persoon is maar niet per se de hoofdrolspeler in het verhaal is.
Er gebeurt namelijk meer met Roos. Ook zie ik geen fouten.
Toen ik het laatste stukje gelezen had wilde ik meer, dus snel verder!!
Find happiness in the simplest things.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Bedankt voor je reactie!

Het werd zaterdag. Die avond gaf Cynthia een feestje voor haar verjaardag. De hele vriendinnenclub was uitgenodigd, maar ook Rick en zijn gevolg. Cynthia was een erg sociaal en sympathiek meisje en wilde niemand buitensluiten. Ze belde Roos om te vragen of ze ook kwam.
Roos lag op haar bed. Ze dacht over haar aparte vriendschap met Paul. Hij was de eerste jongen die ze mocht zonder hem op die manier leuk te vinden. Het voelde heel vreemd. Alsof ze hem gebruikte. Maar dat deed ze niet, toch? Ze waren gewoon vrienden, wat was daar mis mee?
Toen ging haar telefoon. Cynthia. Shit. Die was natuurlijk morgen jarig! Hoe kon ze dat vergeten? Onder vriendinnen is het een doodzonde om elkaars verjaardag te vergeten.
“Hoi, met Roos,” zei ze alsof haar neus bloedde.
“Hé, met Cynthia. Kom je morgen ook naar m’n tuinfeestje? Vanaf zeven uur is de hele zooi uitgenodigd om pizza te komen eten,” zei haar vriendin en ze lachte. “En ik heb later natuurlijk ook taart!”
Roos zuchtte onhoorbaar. Ze had hier helemaal geen zin in. Alle jongens, inclusief Rick, alle meisjes die als schapen om haar heen drentelen. Bah. Maar ja, niet komen kon ze ook niet maken. Dus zei ze quasiopgewekt:
“Natuurlijk kom ik! Nog speciale wensen?”
“Nee, niet speciaal… Verras me maar.”
Verras me maar. Altijd zo vervelend als mensen dat zeiden. Moest ze ook de stad nog in om iets te kopen waarvan ze niet zeker wist of Cynthia het wel wilde hebben en of ze het niet al had.

De volgende avond kwam ze aan met een zo vrolijk mogelijk gezicht. Ze had zelfs weer haar best gedaan om er een beetje florissant uit te zien. Hele lichte make-up. Ze wilde het eigenlijk niet, maar voor haar beste vriendin maakte ze een uitzondering.
Toen ze in de overvolle tuin stapte, kwam Cynthia meteen op haar af.
“Hoi, leuk dat je er bent!” Een dikke knuffel volgde.
“Gefeliciteerd, meid,” zei Roos warm. “Ik heb even gezocht, maar ik geloof dat je deze nog niet had.” Ze overhandigde de jarige een klein cadeautje.
“Sorry, ik ben niet erg origineel…”
“Dat geeft toch niks,” zei Cynthia meteen en maakte het cadeautje open. Er kwam een klein doosje tevoorschijn, met twee hele kleine oorbellen erin. Er zat een klein blauw strassteentje in. Cynthia hield niet van grote oorbellen. “Bij sommige vrouwen zou je bijna denken dat hun oren eraf vallen,” zei ze dan altijd.
“Oh, wauw! Wat mooi, Roos, dankjewel!” Er volgde nog een knuffel. “Wacht even, ik ga ze denk ik meteen in doen. Het past hier wel bij.”
Glimlachend keek Roos haar vriendin na. Ze liep naar de campingtafel waar pizza’s en salades uitgestald stonden. Het was heerlijk weer, wat dat betreft had Cynthia geluk gehad met haar verjaardag. Ze pakte een stuk pizza en ging op een rieten stoel zitten. Het duurde niet lang of er kwamen wat groepjes meisjes bij haar in de buurt zitten.
“Ha die Roos, hoe gaat ‘t?”
“Wat voor pizza heb jij? Ik denk dat ik die ook maar neem… Kan niet zo goed kiezen…”
“Is dat vest nieuw? Waar heb je het gekocht?”
Roos antwoordde kortaf, knikte vriendelijk en probeerde ondertussen haar pizza weg te werken. Echt vervelend werd het pas toen Rick en Tim naast haar kwamen zitten.
“Hé Roos,” begon Tim. “Mag ik je nu wel een complimentje maken, of krijg ik dan weer een tik op m’n tengels?” Hij grinnikte stompzinnig.
“Wie weet,” zei Roos kil. “Ik zou maar oppassen als ik jou was.”
“Kom op jongens,” zei Rick. “Laten we voor de jarige even de goede vrede bewaren, oké?”
Roos wierp Rick een dodelijke blik toe. De goede vrede bewaren. En dat uit zijn mond. Die eeuwig kalme rotzak. Die relaxte gozer die bij iedereen in de smaak viel. Vol afgunst stond ze op en draaide hem haar rug toe. Ze beheerste zich.
In de paar uur die volgden ging het goed. Roos maakte hier en daar een praatje en ze hielp Cynthia in de keuken. Iedereen leek zich prima te amuseren, vooral toen een aantal sympathieke buurjongens de stereo-installatie van thuis gingen halen.
De meeste mensen waren nog taart aan het eten toen Rick opeens weer naast Roos kwam staan. Hij leunde dicht naar haar toe. Ze voelde zich niet bepaald op haar gemak, aangezien ze klem stond tussen de campingtafel, Rick en de schutting.
“Hé Roos,” zei hij zacht. “Nou moet je me niet gaan slaan, zoals bij Tim, want ik meen het serieus: dat korte haar staat je echt super.” Zachtjes plukte hij aan haar bruine lokken.
Roos kuchte en zenuwachtig zette ze haar taartbordje neer. Ze draaide zich naar hem toe.
“Rick, kappen. Ik heb hier geen zin in,” zei ze op scherpe toon. Ze rook de geur van alcohol toen hij ademde en ze begreep waar het lef vandaan kwam.
“Je hebt teveel gedronken,” zei ze.
“Een beetje aangeschoten,” grinnikte Rick. “Dat hoort op feestjes.”
Ze probeerde weg te lopen, maar hij hield zijn arm om haar middel. Roos schrok.
“Laat me los, Rick, ik meen het!”
“Ah Roos, doe nou niet zo flauw. Ik hou toch nog steeds van je.”
Roos draaide met haar ogen. Dit meende hij niet.
“Ik had je toen nooit moeten laten gaan…”
“Laten gaan? Je dumpte me. En weet je wat? Het kan me niks schelen. Het is geweest.”
Opnieuw probeerde ze weg te lopen, maar dit keer drukte hij haar met kracht terug naar de muur. Nu begon Roos toch bang te worden.
“Dat zeg je nu, dat het je niets kan schelen. Toen piepte je anders, hoor. Kom op, diep van binnen…”
Haar borstkas ging wild op en neer. Ze deed haar best om niet de foute illusies te wekken, maar ze kon er niks aan doen. Een lichte paniek kwam bij haar opzetten. Ze keek hem in zijn ogen, ze keek naar zijn stekeltjes. De moedervlek op zijn wang. De verveelde blik. Ze wist alles nog. Eerst vond ze hem leuk, nu had ze een hekel aan hem. Ze walgde ervan.
Hij bracht zijn hoofd dichter naar het hare.
“Rick, niet doen,” zei ze dwingend. Hij trok zich er echter niets van aan. Ze zette uit alle macht haar handen tegen zijn borst en duwde hem weg. Even liet hij haar los. Met een schuin hoofd keek hij haar aan. Er lag een geïrriteerde uitdrukking op zijn gezicht. Verwend rotjoch. Altijd alles gekregen wat hij wilde, en nu het een keer niet zo ging zoals hij wilde, was de wereld te klein.
Inmiddels waren andere gasten om hen heen gaan staan. Ze hadden de duw gezien. Cynthia stond angstig in het midden.
Roos keek haar even aan. Ze mimede een ‘sorry’. Op dat moment legde Rick zijn armen om haar middel en zoende haar in haar nek. Een aantal jongens en meisjes begonnen ‘whooo’ te roepen. Roos sloot haar ogen. Dit was zo vernederend.
Cynthia was de enige die zag dat ze het helemaal niet leuk vond. Roos maakte zich los uit zijn omhelzing en probeerde niet te huilen.
“Ik wil dit niet, oké? Blijf van me af.”
Hij luisterde totaal niet. Hij legde zijn handen in haar nek en wilde haar weer naar zich toe trekken.
“Rick, ze wil niet! Niet doen!” Cynthia’s hoge stem klonk plots geschrokken door de rumoerige jongeren heen. “Niet op mijn feestje, en zeker niet bij mijn vriendin.” Het kleine meisje keek bijzonder vuil uit haar ogen en haar gebalde vuisten trilden. Ze was nog nooit echt boos geweest.
Rick keek lichtelijk verstoord Cynthia’s kant op, maar trok Roos vervolgens snel naar zich toe.
Een fractie van een seconde later voelde Roos zijn lippen op de hare. Ze onderdrukte een kotsneiging en een vlaag van verontwaardiging en woede overviel haar. Opnieuw duwde ze hem ruw weg. Vanaf dat moment leek alles in slow motion te gaan. Ze hief haar hand boven haar hoofd en voor ze goed en wel wist wat ze deed haalde ze uit. Haar vlakke hand raakte de wang van haar ex-vriend. Pets. Ze hoorde de klap zelf een tel later pas, sloeg haar hand voor haar mond en deed een stap achteruit.
Ze zag Rick wankelen. Zijn ogen stonden wazig toen hij haar aankeek. Die lapzwans had al veel te veel gedronken en die klap was de druppel die de emmer deed overlopen. Met een grote smak viel hij voor haar voeten op de grond. Eigen schuld, vond Roos.
Een paar meisjes achter haar begonnen te gillen, jongens begonnen te joelen. Tim keek Roos woedend aan en tikte met zijn vinger tegen zijn voorhoofd.
“Ben je gek of zo?!”
Samen met een paar anderen trok hij Rick weer omhoog. Haar vriendinnen dromden om haar heen en begonnen wild te kakelen. Verontwaardigd en vol onbegrip. Cynthia begon te huilen. Een zucht van spijt ontsnapte bij Roos. Ze vond het zo zielig voor haar. Zij had er helemaal niets mee te maken.
In alle commotie werd het ook Roos even te veel. Ze had genoeg van al die domme geiten om haar heen: ze had rust nodig. Ze baande zich een weg door de tuin naar de achterdeur en rende de poort in. Tranen stroomden over haar wangen. Een paar meisjes renden een stuk achter haar aan, dus versnelde ze haar pas.
“Roos, wacht,” riep Cynthia maar Roos hoorde het al niet meer.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Vivian
Potlood
Potlood
Berichten: 42
Lid geworden op: 12 mei 2010 09:58
Locatie: Groningen

Alweer zo'n goed stuk!
Schrijf snel verder, ik ben benieuwd.
En ... zeg alsjeblieft dat Paul en Roos uiteindelijk iets krijgen (A)
Ze zijn perfect samen!! :D
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Kritiek op het volgende stuk is ook erg welkom, hoor!

Automatisch leidden haar voeten Roos naar Tanja’s huis. Het was te laat om nu nog bij Paul aan te kloppen, Cynthia was ze als vriendin vast kwijt en wie blijft er dan over? Tanja. Ook al was ze dan een hoer, ze bleef haar vriendin.
Ze wist niet waarom, maar ze ging achterom. Voorzichtig duwde ze de krakende tuindeur open en liep de tuin in. Voor zover het een tuin te noemen was. Het was niets vergeleken bij de paleistuin van Paul. De tegels die er lagen waren amper te zien door al het onkruid. Voorzichtig stapte Roos langs de brandnetels met haar blote benen en baande zich een weg naar de achterdeur. Hij stond gewoon open.
Eenmaal in de koude keuken bedacht ze dat Tanja misschien niet thuis was. Ze zou vast bij een van haar klanten zitten. Roos gruwelde bij het idee.
“Tan?” Ze liep de woonkamer binnen. Het viel haar op dat alles smerig was. Overal lag een duimdikke laag stof op, in de keuken stonden stapels vuile vaat en overal lagen kleren op de grond. Ze keek de kamer rond en draaide zich om.
Van schrik zette ze een paar grote stappen achteruit en viel bijna achterover over de tafel. Vlug zette ze haar handen op de rand, zodat ze bleef staan. Haar hart klopte in haar keel en haar ademhaling versnelde bij de aanblik van haar vriendin.
Tanja zat op de smerige koude vloer, leunend tegen de muur met opgetrokken knieën. Met een hand voor haar mond kwam Roos langzaam dichterbij.
“Tan…” fluisterde ze ontzet. “Wat is er met je aan de hand?”
Tanja antwoordde echter niet. Ze keek haar alleen met een lege blik aan toen ze sprak. Ze had enorme wallen, haar ogen waren rooddoorlopen, en ze straalden een vreemde afwezigheid uit. Alsof ze niet doorhad dat het Roos was, alsof ze zelf niet hier was.
Ze keek naar wat Tanja in haar handen had. Het was een papiertje met daarop een wittig poeder. Roos schrok opnieuw. De vreselijke gedachte schoot plotseling door haar hoofd. Heroïne.
“Jezus… Tan, dit meen je niet!” Roos’ stem klonk hees.
Tanja opende toen haar mond en zei zachtjes: “Ga weg.”
“Wát zeg je?”
“Ga weg!” Ze schreeuwde nu.
“Vergeet het maar, sloeber,” zei Roos geprikkeld. “Ik laat je hier niet achter. Kom op, sta op.” Ze probeerde haar vriendin van de vloer te tillen. Ze was zo te zien ook al tijden niet in bad geweest.
Roos sloeg de heroïne uit haar hand om te voorkomen dat ze zelf iets binnen zou krijgen. Tanja werd razend. Ze sloeg Roos van zich af en graaide het poeder bij elkaar. Tanja was ook nogal vermagerd. Een stuk blote buik was zichtbaar en Roos kon haar ribben zo tellen. Opnieuw probeerde ze haar omhoog te trekken.
“Rot op, ja! En blijf met je tengels van m’n spullen. Ik heb jouw hulp niet nodig.”
“We zijn toch vriendinnen? Die helpen elkaar,” probeerde Roos nog.
“Ook goed,” zei Tanja vinnig. Haar adem stonk. “Dan heb ik jouw vriendschap niet meer nodig. Hoepel op!”
Gekwetst liet Roos haar toen los. Ze stond op en keek naar haar. Diep bedroefd schudde ze haar hoofd.
“Best,” zei ze met een gebroken stem. Ze slikte de brok in haar keel weg: ze wilde nu absoluut niet janken. “Dan crepeer jij hier toch lekker.”
Radeloos en in de war slenterde ze die avond naar huis.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
krisjuh
Potlood
Potlood
Berichten: 77
Lid geworden op: 14 jun 2009 10:41

Heej, ik ben weer bijgelezen, leuk dat het niet alleen over Paul en haar gaat.
Het laatste stukje met Tanja is zo kort dat ik het eigenlijk een beetje "overbodig" vind;)
verder heel leuk.
Find happiness in the simplest things.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Kun je iets specifieker zijn? Welk laatste stukje bedoel je?
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
krisjuh
Potlood
Potlood
Berichten: 77
Lid geworden op: 14 jun 2009 10:41

Sorry,
ze gaat naar binnen, Tanja wil niet dat ze helpt en dan gaat ze weer naar buiten.
Dat bedoel ik ;)
Find happiness in the simplest things.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Nou ja, ik vond het wel zaak dat ik vertelde dat ze aan de drugs was... Wat dat betreft is het niet overbodig, toch?
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Vivian
Potlood
Potlood
Berichten: 42
Lid geworden op: 12 mei 2010 09:58
Locatie: Groningen

(ik bemoei me er ook even mee ^^)
Nee, dan is het niet overbodig, maar het stuk is wel een beetje kort naar mijn mening.
Je had misschien beter een witregel kunnen gebruiken om vervolgens verder te gaan met het verhaal.
Maar goed, het is niet anders ^^
Het is een heftig verhaal, ik kan niet wachten tot het volgende stuk!
krisjuh
Potlood
Potlood
Berichten: 77
Lid geworden op: 14 jun 2009 10:41

Nee, nee als je het zo bekijkt niet, ik wacht trouwens nog op een nieuw stukje:P
Laatst gewijzigd door Patrick op 21 mei 2010 20:52, 2 keer totaal gewijzigd.
Reden: Willen jullie a.u.b. niet slowchatten, je kunt via PM altijd meer uitleg geven/vragen aan de schrijver/ster. Alvast bedankt :D
Find happiness in the simplest things.
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Het heeft weer even geduurd, maar hier is toch weer een stukje. :)

De weken gingen voorbij. Roos had besloten maar niet te veel na te denken. Ze ontweek Cynthia zoveel mogelijk. Ze ging gewoon naar school, deed de dingen die ze moest doen en ontmoette Paul af en toe in het park of ging bij hem langs.
Ze kwam zijn kamer binnen en zag hem zitten. Ze sloop naar hem toe en legde haar handen voor zijn ogen.

Overbodige handeling.

“Wie ben ik,” vroeg ze lachend.

Overbodige vraag.

“Dag Roos,” zei Paul met een zucht. “Doe die handen maar weer weg, ik zie toch niks.”
Ze haalde haar handen weg en Paul zette vlug zijn zonnebril op. Roos plofte op zijn bed neer en zei: “Heb je even? Ik moet je een deprimerend verhaal vertellen.”
Roos vertelde over Tanja.
“Heroïne,” fluisterde Paul verbaasd. “Serieus?”
Roos knikte terwijl ze tegen zijn hoofdkussen leunde. “Yup.”
“Misschien is het toch beter als je niet meer met haar omgaat… Straks kom jij ook in dat wereldje terecht…”
“Oh, maak je maar geen zorgen, ik pas wel op…”
Ze zwegen allebei een poosje. Daarna zei Roos opeens: “Ik vraag me af wat ik verkeerd heb gedaan, dat ze zo boos op me was…”
“Oh… ik zou jezelf niet de schuld geven, als ik jou was,” stelde Paul haar gerust. “Ik denk eerder dat ze je wilde beschermen.”
Roos beet op haar lip. Toch voelde ze zich schuldig. Ze zou willen dat ze er iets aan kon doen. Ze wist dat dat nergens op sloeg, daarom zei ze niets.
Plotseling stond Paul op en kwam naast haar zitten. Zijn hand gleed over het dekbed en raakte toen haar middel. Voorzichtig voelend zocht hij zijn weg naar haar wang. Zachtjes streelde hij het met de knokkels van zijn vingers. Roos’ borstkas ging wild op en neer en ze bleef als bevroren zitten.

Een vreemde soort moed overspoelde me. Ik hakte in mijn hoofd een knoop door en deed impulsief wat er in me opkwam.

“Trouwens,” zei Paul en hij glimlachte. “Ik denk niet dat iemand ooit boos op jou kan worden, maakt niet uit wat je doet. Om de een of andere reden vergeef ik het je altijd.”
Roos keek naar hem met een opgetrokken wenkbrauw. Ze wilde niet voelen wat ze nu voelde. Ze kneep haar ogen even stijf dicht en opende ze daarna weer. Ze zag zichzelf in de weerspiegeling van zijn zonnebril. Ze ademde in en uit en vermande zich weer toen hij zijn hand terugtrok.
“Ik denk, lieve jongen, dat jij dat alleen maar doet,” zei ze toen weer op een normale toon.
Speels wreef ze met haar hand door zijn zwarte haar en stond op.
“Ik ga weer eens.”

Lieve jongen. Dat zei ze. Voor de grap of niet, ze meende het. Hoe kon ik haar bereiken?

De volgende dag liepen ze samen door het park. Er ging onderhand geen dag meer voorbij dat ze elkaar niet hadden gezien.
“Als je kon zien,” zei Roos, “en je kon reizen, waar zou je dan heen gaan?”
Paul zuchtte diep.

Als ik kon zien. Als ik toch eens kon zien, dan hoefde ik niet ver te gaan om te zien wat ik wilde zien. Haar gezicht, haar ogen, haar lach. Maar ik wist dat dat niet het antwoord was waar zij op doelde.

Toen vroeg hij: “Waar zou jij naartoe willen?”
“Amerika! De Grand Canyon wil ik zien. Oh, maar Azië lijkt me ook tof. De Taj Mahal is echt prachtig. En ik wil de Chinese muur zien! Oh, en Australië wil ik ook nog een keer gezien hebben... En wat dacht je van de piramides in Egypte? Eigenlijk wil ik overal wel heen, haha!”

Haar speelse, warme lach vulde heel het park. Ik voelde een hand op mijn schouder.

“Nu ben jij toch écht aan de beurt, hoor. Waar wil jij naar toe?”
Paul zweeg even. “Ik ga wel met jou mee,” zei hij toen warm.
Roos glimlachte. Hij was heel lief. Toch durfde ze niet dichter bij hem te komen dan ze nu was. Voordat hij weer naar huis ging met zijn hond, kneep hij zachtjes in haar hand.
“Tot morgen.”
“Tot morgen,” zei Roos twijfelachtig. Ze schudde haar hoofd. Wat was dit?

Tanja leek wel van de aardbodem verdwenen. Roos had zich nog een keer in haar huis gewaagd, maar daar was ze niet. Op de Wallen zag ze Tanja ook nergens meer, die griezelige vriend van haar evenmin. Roos begon zich ernstig zorgen te maken. Waar hing ze uit? Ze had een angstig voorgevoel dat dit verkeerd ging aflopen.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Vivian
Potlood
Potlood
Berichten: 42
Lid geworden op: 12 mei 2010 09:58
Locatie: Groningen

Schrijf je binnenkort weer verder? (A)
Ik wil nog steeds heel graag weten hoe het verder gaat! =D
Romana
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 9
Lid geworden op: 30 mei 2010 16:28

Zo zo...Ik heb net even alles gelezen. En ik vind het aller eerst inderdaad, zoals iedereen hier al 10x heeft gezegd, echt goed geschreven. Daarnaast is het ook een heel boeiend verhaal. Vooral de gedachten van Paul die er af en toe doorheen staan, zijn erg leuk. En wat iedereen in het begin over die moeder zei :roll: Zo is mijn moeder ook. Over dat sorry.... mijn moeder schiet me echt af als ik dat nog een keer zeg haha :mrgreen:
En mijn vader is precies zo (al komt hij uit Suriname en is hij niet echt hippieachtig)
Leuk leuk leuk!
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Ik zal volgende week weer een stukje bijposten, beloofd. Het is alleen zo dat ik een paar stukjes vooruit wil schrijven en ik ben op dit moment bij een lastig stukje.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Ouders. Af en toe kun je ze wel wat doen. Vooral vaders.
We zaten te eten en plotseling begon hij over ‘mijn nieuwe vriendin’.
“Paul, moet je eens luisteren,” begon hij koel en afstandelijk. “Die nieuwe vriendin van je, weet je dat nou wel zeker?”
“Ze heet Roos. Hoe bedoelt u, weet ik dat zeker,” vroeg ik. Hij koos meteen voor de aanval. Ik voelde aan de tafel dat hij iets voorover leunde. Ik wist dat hij zijn blik op mij gericht had.
“Ze kleed zich ordinair, dat korte haar is ongehoord en ze gedraagt zich uitermate dellerig.”
“Nou, nou, Harold,” begon mijn moeder. “het kind is anders keurig opgevoed.”
Ik schonk haar een dankbare glimlach. “Ja, en bovendien: dat van die ordinaire kleding en dat korte haar was mij natuurlijk nog niet opgevallen…” voegde ik eraan toe.
“Nee, uiteraard niet,” zei mijn vader. “maar dan weet je het nu.”
“Ik geef er dus ook niet om,” zei ik nog, om mijn punt duidelijk te maken.
“Nee, maar ik wel,” antwoordde mijn vader kortaf. De opmerking ‘nou en’ lag op mijn lippen maar ik was zo wijs haar in te slikken.
“En wat mij het meeste stoort, is dat ze je belachelijk maakt. Ze spot met je handicap. Ik heb haar je heus wel zien pesten.”
Ik kon het niet helpen te grinniken bij de herinnering hoe ze me de vorige dag in het park een heel rondje om de vijver heeft weten te loodsen. Ik moest haar zoeken en ik ging op het geluid af. Dandy wist ook niet zo goed wat hij moest doen en ik heb er in totaal een halfuur over gedaan. Roos kwam niet meer bij van het lachen.
“Pap, dat is geen pesten. Dat is plagen en ik vind het niet erg.”
“Het feit dat je dat zegt bewijst hoeveel invloed ze op je heeft,” zei mijn vader schamper.
Ik zuchtte.
“Ik meen het. Ze toont totaal geen respect. Ze maakt je compleet belachelijk met je beperkte gezichtsvermogen.”
“Wat,” riep ik verontwaardigd. Boos plaatste ik mijn bestek op mijn bord en begon te tellen op mijn hand:
“Punt één: ik heb geen beperkt gezichtsvermogen, ik ben gewoon blind, oké? Heb er vrede mee. Punt twee, tegenover wie maakt ze me belachelijk? We zijn altijd alleen.”
“Tegenover mij,” zei mijn vader plotseling kwaad. “Ik zie het.”
“Oh ja, dat is waar. Alles draait om u.”
“Nou moet je oppassen, jongetje…”Ik hoorde het bekende zenuwachtige getik van de vingers op de tafel. Dat betekende meestal inderdaad dat ik op moest passen. Ik ging echter onverstoorbaar door.
“Ik was nog niet klaar.”
“Paul, niet doen,” waarschuwde mijn moeder. “Maak het nou niet erger…”
“Punt drie,” zei ik koppig, “misschien heb ik een keer genoeg van al dat respect! Zij behandelt me tenminste als een normaal iemand. Ze plaagt me zoals ze bij iedereen zou doen, ze praat met me zoals ze met iedereen zou praten.”
Ik wilde nog veel meer zeggen, maar mijn vader snoerde me de mond.
“Je kunt je niet met zo’n achterbuurtfiguur vertonen. Ik wil haar hier niet meer zien, punt uit!”
Achterbuurtfiguur. Dat deed de deur dicht. Als Roos dat gehoord had zou ze diep beledigd geweest zijn en terecht. Ik stond zonder verder iets te zeggen op en liep woedend naar mijn kamer.
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Eindelijk weer tijd om te reageren. Ik had het vorige week al bijgelezen, maar niet echt tijd gevonden om te reageren :p

Ik vind vooral het laatste stukje, de gedachtes van Paul, mooi. De dialogen die je neerzet zijn levensecht en erg goed neergeschreven.
Ik vind het echt een heel leuk verhaal om te lezen. Geen enkele spellingsfout gevonden, maar dat zijn we wel van jou gewend.

Ga maar verder :D
Why are you so frightened? Have you no faith?
Gebruikersavatar
Artemiss
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 890
Lid geworden op: 01 jul 2008 14:29
Locatie: Ergens in de Randstad

Het heeft weer even geduurd, maar hier is een vervolg(je):

----------------------------------------------------------

Roos stond voor de haar inmiddels bekende dubbele deuren. Een poosje nadat ze aangebeld ging de deur open.
“Hoi Paul, ik ben het,” groette ze haar vriend.
Normaal gesproken zou Paul haar nu lachend binnenlaten, blij dat ze er was. Een van de redenen waarom ze zich bij hem zo prettig voelde.
Maar dit keer deed hij dat niet. Bijtend op zijn lip bleef hij in de deuropening staan. Hij schuifelde ongemakkelijk met zijn voeten. Hij wilde iets zeggen, maar het scheen hem niet goed te lukken.
“Wat is er,” vroeg Roos. Ze zag meteen dat er iets mis was. Paul zweeg. Het leek uren te duren voordat hij eindelijk zijn mond opendeed.
“Ik…” begon hij aarzelend. Zijn stem klonk vreemd schor. “Ik mag niet meer met je omgaan.”
Verbaasd trok Roos haar wenkbrauwen op. Paul wilde de deur alweer dicht doen, maar Roos stak haar voet tussen de deur.
“Ho even, open die deur.” Bijna automatisch liet Paul de deurkruk los. Hij was gewend om altijd mee te gaan in alles wat ze zei en deed.
“Van wie mag jij niet meer met me omgaan?”
“Van mijn vader,” antwoordde hij nors.
Roos wist niet wat ze hoorde. Ze had die vader nooit gezien! Wie dacht hij wel dat hij was? Waar bemoeide hij zich mee? Ze wist niet eens wat voor redenen hij ervoor had, maar ze voelde zich nu al beledigd.
“En daar geef je willoos aan toe,” zei ze verontwaardigd. De oude vertrouwde lach kwam weer terug op het gezicht van Paul.
“Jij bent onverbeterlijk,” zei hij en schudde zijn hoofd. “Ik ben niet het type om tegen mijn vader in te gaan…”
“Ik zei ook niet dat je dat moest doen…”
“Heb je dan ideeën?”
“We kunnen toch gewoon in het park afspreken? Weet je vader veel, daar kwam je eerder ook weleens.”
Paul grijnsde. “Oké, afgesproken. We bellen. Maar nu moet ik die deur dichtdoen voordat mijn vader argwaan krijgt. Doei,” fluisterde hij.
Roos zwaaide en liep vlug de tuin uit. Ze vroeg zich af wat zijn vader voor probleem met haar had. Ze had hem zelfs nog nooit ontmoet. Hoe kon hij nou een mening over haar hebben?

(Ik twijfel of ik deze wending in het verhaal nu niet heel erg met een sisser laat aflopen. Commentaar, graag. ;) )
Alles draait om jou en mij en wij, we draaien overal omheen...

-Herman van Veen
Plaats reactie

Terug naar “Het Romantische Prieel”