Haha dank je wel! Gauw weer een nieuw stukje, een beetje lang dit keer
________________________________________________________________________________
Zoals verwacht vond Gio het geen probleem als Roos langs zou komen. Om acht uur zou ze de volgende dag voor de deur staan. Ik keek er de hele dag naar uit, maar eerlijk gezegd was ik ook best zenuwachtig. Het was nergens voor nodig, want Gio was lief en Roos was lief, dus veel kon er niet fout gaan, maar toch was ik nerveus. Het sloeg nergens op en ik wist ook niet precies waar het vandaan kwam. Volgens mij merkte Gio het ook aan me. Gelukkig was hij juist heel rustig en het feit dat hij zich niet druk leek te maken, kalmeerde mij ook weer een beetje.
Om stipt acht uur stond Roos voor de deur. Samen met het geluid van de bel was er een stoot van zenuwen door mijn lichaam getrokken, en toen ik de deur voor haar opendeed zag ik dat Roos hetzelfde voelde als ik. We gaven elkaar een knuffel en ik nam haar mee naar de kamer. Gio gaf haar een hand en stelde zich voor, Roos deed hetzelfde met een beleefde glimlach op haar gezicht. Ze was een beetje gespannen, ik merkte dat ook zij niet zo goed wist hoe ze met Gio om moest gaan. Ze had het niet zo erg als Mel, maar ik merkte het wel aan haar, ook al wist het ze het goed te verbergen.
Gio vroeg of Roos trek had in koffie en een stukje taart en ze stemde toe. Een beetje onwennig kwam ze naast me op de bank zitten. Ze keek af en toe wat om zich heen en zo nu en dan naar Gio. Soms zag ik heel even iets dubbels in haar ogen als ze dat deed. Ik had het idee dat wel begreep hoe de hele situatie in elkaar zat en dat ze ook wel openstond voor Gio, maar ik zag wel dat ze zoiets had van ‘zo, dus jij bent de 34-jarige die dingen met mijn kleine zusje uitspookt’. Ergens vond ik dat jammer, dat ze die argwaan tegenover Gio bleef koesteren ondanks mijn vertrouwen in hem, maar het stelde me gerust dat ik wist dat ze dat nooit hardop tegen Gio zou zeggen. Daar was ze veel te beleefd voor.
Roos’ houding tegenover Gio leek wel wat beter te worden naarmate de avond vorderde. Gio was de perfecte gastheer en was aardig tegen haar, oprecht geïnteresseerd in wat haar bezighield en praatte met haar en mij op die manier waar ik zo van hield. We praatten over serieuze dingen, zoals baby’s en Cees die gisteren bij pa en ma voor de deur had gestaan, en over gewone dingen zoals films en werk en school. Ik zag dat zijn kalmte hetzelfde effect had op Roos als op mij. Het feit dat Gio rustig was en waarschijnlijk normaler was dan ze had gedacht, maakte dat zij ook zich ook meer ontspande en zich meer op haar gemak begon te voelen. Toch had ik het idee dat ze een heel klein beetje afstand bewaarde. De sfeer was goed en ik geloof dat Roos het ook oprecht gezellig vond, maar toch merkte ik iets aan haar, al kon ik niet precies plaatsen wat het was. Pas toen Roos wegging en ik later alleen met haar beneden op Peter stond te wachten, bleek wat ik aan haar zag.
Roos en ik stonden aan de rand van Gio’s wijk naar Peters blauwe Mercedes uit te kijken. Ik was met haar mee naar beneden gelopen om mijn Puch in de ondergrondse garage te zetten en nu stonden we samen langs de weg. Tussendoor rookte ik een sigaret, tot groot ongenoegen van Roos. Het was koud buiten en we waren diep weggedoken in onze jassen.
‘Bedankt dat je alles wilde komen brengen, Roos,’ zei ik tegen haar terwijl de rook van mijn sigaret door de koude wind langs ons heen geblazen werd . Roos glimlachte, sloeg haar arm om me heen en trok me even tegen zich aan.
‘Het was een kleine moeite,’ zei ze. ‘Ik hoop dat je alles hebt wat je nodig had.’ Ik nam een trek van mijn sigaret en knikte.
‘Ja, ik denk het wel. Het is fijn je even gezien te hebben te hebben.’
‘Ja, dat vindt ik ook.’ Ze was even stil en rammelde met de sleutels in haar zak. Ik zag dat ze nog iets wilde zeggen en ik hield mijn hoofd een beetje schuin.
‘Wat is er?’ vroeg ik. Roos stak haar handen in haar zakken en dook wat dieper weg in haar jas.
‘Niets,’ zei ze. ‘Het is alleen… ik weet niet, het is raar om mijn kleine zusje zo te zien. Weg bij pa en ma, wonend bij iemand met een eigen huis.’ Ik keek naar de grond en tikte met mijn voet tegen een steentje op de stoep.
‘Tja, ik had ook niet gedacht dat het zo zou lopen,’ zei ik. Roos streek haar haren weg toen ze voor haar gezicht waaiden.
‘Ja, dat weet ik, maar het is gewoon even wennen. Het is zo snel gegaan, ineens. Ik had gewoon niet verwacht dat je nu al… nou ja.’ Ze maakte haar zin niet af en maakte in plaats daarvan een halfslachtig gebaar met haar hand. Ik knikte ten teken dat ik het begreep. Er viel weer een stilte en even keken we allebei een andere kant op. Er reden auto’s langs en soms hoorde ik vlagen kerstmuziek langskomen als ze passeerden.
‘Hij is aardiger dan ik dacht,’ zei Roos na een tijdje. Ik keek op en glimlachte.
‘Ik weet het. Hij is fantastisch, Roos. Echt. Hij heeft zo veel voor me gedaan.’ Roos aarzelde, maar knikte toen langzaam. Ik zag opnieuw iets in haar ogen en bestudeerde haar. Ze leek onzeker, of ze ergens over twijfelde.
‘Wat?’ zei ik weer. Ze streek haar haar weer uit haar gezicht en keek even naar de grond.
‘Nou, het is… ik weet niet zo goed hoe ik dit moet zeggen…’ Ze leek even te aarzelen, maar slaakte toen een zucht. ‘Kijk, Star, hij is heel aardig. Als jij zegt dat het een goede vent is, geloof ik dat graag, en ik heb niets gezien wat op het tegendeel wijst. Maar onthoud wel dat hij een dertigplusser is en blijft die naar bed gaat met iemand die half zo oud is als hij.’ Ik keek haar aan, mijn ogen gleden heen en weer over die van haar.
‘Wat wil je daarmee zeggen?’ vroeg ik. Het klonk niet erg vriendelijk en Roos maakte een geruststellend gebaar.
‘Rustig, Star, ik bedoel het niet lullig. Ik ben pa niet, dus wordt niet boos op me omdat je denkt dat ik je dwars wil zitten, want dat is echt niet mijn bedoeling. Maar ik wil alleen dat je het weet, of ik wil het in ieder geval gezegd hebben. Hij is 35 -’ ‘34.’ ‘-34 en zijn vriendin is achttien. Het is vast een hele aardige gozer, maar ergens is dat… niet normaal.’ Ik keek haar aan en klemde mijn kiezen op elkaar.
‘Grappig,’ zei ik, proberend rustig te blijven. ‘-dat je zegt dat je niet zoals pa bent. Je doet me veel aan hem denken als je zo praat.’ Roos’ gezicht vertrok, een beetje hulpeloos.
‘Kom op Star, ik-’ begon ze, maar ik deed mijn ogen dicht en schudde mijn hoofd.
‘Nee, Roos, stil. Je klinkt echt als pa. Weet je wat het stomme is, aan mensen als jij, mensen die zo denken? Ik heb met hem precies dezelfde relatie als ik met al mijn andere vriendjes heb gehad. Een betere, nog. Hij is lief voor me, behandelt me als zijn gelijke, slaat me niet en ziet me niet alleen staan als hij zin heeft in seks. We doen normale dingen samen, geven om elkaar, we kunnen overal over praten. Als hij tien jaar jonger was geweest, had iedereen hem geprezen omdat hij zo’n fantastische vriend was, had iedereen ons een geweldig stel gevonden. En nu? Alleen omdat hij ouder is dan ik, is het verkeerd. Terwijl ik met hem dezelfde relatie, nee, een betere relatie heb dan met Bobby en niemand heeft er ooit commentaar op gehad dat Bobby mijn vriendje was. En alleen door die leeftijd is het nu anders, is het verkeerd.’ Ik was boos, teleurgesteld in haar. Ik had gehoopt dat zij, mijn zus, me zou steunen, dat zij in ieder geval achter me zou staan of op zijn minst probeerde te doen alsof. Het deed zeer dat ze dat niet deed, dat ook mijn eigen zus de relatie die zoveel voor me betekende afkeurde. Aan Roos’ gezicht te zien zag ze dat aan me en haar blik werd een beetje wanhopig, schuldbewust, haast.
‘Zo bedoel ik het niet, Star,’ zei ze. Ik schopte het steentje voor mijn voeten weg.
‘Dat bedoel je wel. Je bedoelt dat er bij hem een steekje loszit omdat hij met mij gaat en dat ik dom ben dat ik erin trap.’
‘Nee, ik bedoel-’ Ik klemde mijn kiezen op elkaar.
‘Roos, het interesseert me niet wat je bedoelt,’ snauwde ik. Haar gezicht betrok. Ik deed mijn ogen even dicht en probeerde rustig te blijven, slaakte een korte zucht.
‘Luister, ik weet wat je wil zeggen,’ zei ik. ‘Ik weet wat je denkt, ik weet wat iedereen ervan denkt. Geloof me, de blikken die we krijgen als we samen hand in hand in de stad lopen maken dat meer dan duidelijk. Maar het is niet raar, het vóélt niet raar, begrijp je? Hij is net zo normaal als jij en ik, als Peter of weet ik veel hij. Hij voelde zich er ook ongemakkelijk onder toen er de eerste keer iets tussen ons gebeurd was, wist ook niet goed hoe hij er mee om moest gaan. Je wordt verliefd op een persoon, Roos. Niet op een leeftijd. Wat iedereen ook denken mag, er mankeert niets aan hem, aan mij of aan onze relatie. Sterker nog, ik weet niet waar ik nu geweest was als ik hem niet had gehad. Of ik er überhaupt nog wel geweest was.’ Roos keek me aan. Ze schudde licht haar hoofd, de blik in haar ogen was zachter geworden.
‘Ik zie heus wel hoe jullie met elkaar omgaan, dat het geen bevlieging is,’ zei ze. ‘Maar ik zie ook hoe gek je op hem bent en ik weet hoe kwetsbaar dat jou maakt. Ik ben gewoon bang voor de invloed die hij op je kan hebben, voor wat er kan gebeuren als hij er anders tegenover staat dan jij.’ De toon van onze stemmen was weer rustig, zacht, en de boosheid vloeide langzaam uit me weg, als gif uit een wond. Ik stak mijn handen in mijn zakken en leunde tegen een lantaarnpaal achter me.
‘Zo is het niet, Roos,’ zei ik zacht. ‘Hij gebruikt me niet, als dat is wat je bedoelt. We gaan op het moment niet eens met elkaar naar bed. Ik…’ Ik kuchte en keek naar de neuzen van mijn schoenen. ‘Ik heb wat… problemen, sinds dat met Cees. Ik had het al toen ik nog met Bobby ging, maar… Bobby is… Bobby, dus die is niet zo opmerkzaam.’ Ik keek op. ‘Bij wie zie je me dan liever? Bij Bobby, die mijn leeftijd is en seks met me heeft en niet doorheeft dat ik het niet trek? Of bij Gio, die ieder dingetje, hoe klein en onbedoeld ook, oppikt en me de ruimte geeft?’ Roos keek me aan. Ze speelde weer met de sleutels in haar zak en ik zag dat ze het ergens wel begreep, al wilde ze het misschien niet toegeven.
‘Tja, als je het zo stelt…’ zei ze. We keken om toen er aan de andere kant van de weg een auto toeterde. Hij maakte een bocht en stopte niet ver van ons vandaag op een lege parkeerplaats langs de stoep. Het was de blauwe Mercedes van Peter.
Ik draaide me weer om naar Roos. Roos keek me aan.
‘Star…’ begon ze, maar ik schudde mijn hoofd.
‘Laat maar,’ zei ik. ‘Ga maar. Maar geef Gio en ons alsjeblieft een kans. Het hoeft niet slecht te zijn dat hij ouder is. Het kan ook goed zijn. Vooral nu.’ Roos sloeg haar armen om me heen en trok me tegen zich aan. Ik hield haar vast en deed even mijn ogen dicht.
‘Oké,’ hoorde ik haar ergens naast mijn oor zeggen. ‘Jij weet wat het beste is, dus misschien heb je gelijk. Maar als er ooit iets is, wat dan ook, bel je me, hè?’
‘Ja, dat zal ik doen. Wel thuis.’
‘Dank je. Hou je taai, jij. We bellen gauw weer, goed?’
‘Ja, is goed.’ Ze liet me los en gaf me een kus op mijn wang. Ik keek naar haar terwijl ze naar de blauwe auto van Peter rende en in stapte. Ik zwaaide toen ze wegreden, Roos zwaaide terug en Peter toeterde. Toen ze uit het zicht verdwenen waren, keek ik nog in de richting waarin de auto verdwenen was. Ik bleef achter met een merkwaardig dubbel gevoel.