De wereld van Orde en Chaos

Stap naar binnen en beland in werelden waar alles kan. Het zal je fantasie prikkelen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Dit is het verhaal dat ik de afgelopen maand heb geschreven met nanowrimo. De 50.000 is gehaald, maar het verhaal is nog lang niet af haha xD ik kan gewoon geen korte verhalen schrijven :P
Elke opmerking is welkom, ben maar zo hard als je kan, dit is nog een kladversie dus er gaat wss nog een hoop veranderen. En elke tip kan ik gebruiken^^
En nu, enjoy the show :P
-----------------------------------------------------



De wereld van Orde en Chaos

~Proloog~
Een kleine schijf van de oranjerode zon was te zien boven de besneeuwde bergen. De hemel had dezelfde kleur aangenomen en was doorvlochten met vleugjes roze en streken lichtblauw. Niehic zag het schouwspel met een lichte glimlach op zijn lippen aan en leunde iets achterover in het zadel om te genieten van de warmte van de eerste zonnestralen. Het beloofde een prachtige dag te worden.
Het was alweer te lang geleden dat de troubadour een zonsopgang had meegemaakt, het leven aan het hof van baron Havedonck was juist gericht op de nacht geweest. Tot in de kleinste uurtjes was de drank blijven stromen en had hij moeten blijven spelen op zijn luit. Hij had het met plezier gedaan, dat wel, maar drie weken lang was genoeg.
Zijn merrie schudde haar hoofd waardoor haar tuig muzikaal rinkelde. Niehic boog zich iets voorover en klopte haar op haar lichtgrijze vacht die zacht onder zijn handen aanvoelde. Ze was een geschenk geweest van baron Havedonck voor zijn goede optreden en was werkelijk een genereuze gift. Lith, zoals Niehic haar had genoemd, was een Laìr, het beste paardenras dat er in de Laaglanden te vinden was. De typische zachte, grijze vacht en de lichtblauwe ogen gaven het dier een opvallend uiterlijk wat alleen maar werd versterkt door de sierlijke bouw. Niehic was benieuwd hoe lang hij haar eigenaar zou blijven.
Grijnzend liet hij zich uit het zadel glijden en liep naar Liths hoofd toe. Waarschijnlijk zou baron Havedonck nu spijt als haren op zijn hoofd hebben dat hij dit kostbare paard aan hem had gegeven. Het had Niehic een grote voorsprong gegeven nadat hij hals over kop had moeten vluchten voor de woedende baron nadat hij erachter gekomen was dat Niehic met zijn dochter had geslapen. Dat hij niet haar eerste minnaar was, wist de baron vast ook wel, maar Niehic was de eerste die zo dom was geweest om zich te laten betrappen, zoals wel vaker was gebeurd. Daar moest hij toch echt aan gaan werken, bedacht hij zich terwijl zijn vingers de riempjes van het hoofdstel losmaakten.
Vrouwen waren de zonde waar hij veel te veel van genoot om het op te geven. Gelukkig vonden de meesten dat ook van hem. Zijn beroep was ideaal, hij bleef maar een paar dagen in de meeste dorpjes voordat hij weer verder trok en dat maakte hem een fijn hapje tussendoor voor de ervaren vrouwen die graag wat afwisseling wilde met een knappe muzikant. Hij kon de harten van meisjes winnen door voor ze te zingen of hen te vleien met complimentjes. Natuurlijk speelde zijn uiterlijk ook wel een rol, hij wist van zichzelf dat hij er knap uitzag, maar het was voor een groot deel ook zijn zorgeloze uitstraling die hem daarmee hielp.
De troubadour grinnikte om zijn gedachten en legde het hoofdstel naast zich neer op het gras voordat hij er zelf langs ging liggen. Ontspannen vouwde hij zijn armen onder zijn hoofd en kruiste zijn enkels over elkaar. Dit was het echte leven, geen verplichtingen, alleen maar doen waar hij zelf zin in had. Jammer genoeg was hij verslaafd aan de aandacht van mensen, anders was hij allang kluizenaar geworden.
Het grasveld waar hij op lag strekte zich mijlenver uit en werd aan het einde onderbroken door een donker bos. Daar begon pas weer de beschaving. Op deze vlaktes wilde niks anders groeien dan gras en ander onkruid. Het waren goede weiden voor de koeien en schapen die de boeren hier hielden, maar ze hielden hun vee het liefste zo dicht mogelijk bij huis. Wat de ene dag van jou was, kon zo de volgende dag van iemand anders zijn.
De zon trok langzaam verder langs de hemel en was nu helemaal boven de horizon uitgekomen. Een briesje stak op en streek zachtjes door Niehics haren. Glimlachend kwam hij overeind, maar de lach verdween al snel van zijn gezicht. Waar was dat verdomde paard nu weer heen?
Hij draaide een rondje om zijn as en zag dat ze een heel eind van hem was afgedwaald om het beste gras te zoeken. Hij stak zijn vingers in zijn mond en floot scherp. Lith keek even op, maar ging al snel verder met eten. Niehics ogen vernauwden iets van ongenoegen en hij floot nog een keer. Ook nu weer geen andere reactie dan even een blik op hem werpen.
Met een diepe zucht pakte hij het hoofdstel op en besloot in de richting van het paard te lopen. Laìr stonden bekend om hun trouw, maar dat moest je eerst verdienen. En kennelijk had Lith hem nog niet waardig bevonden.
Bij de merrie aangekomen hief ze haar hoofd op en keek hem met haar lichtblauwe ogen beschuldigend aan, alsof het zijn schuld was dat zij was afgedwaald. Niehic kon een glimlach niet onderdrukken en wreef haar achter haar oren.
“Zijn we vandaag een beetje nukkig?”
Lith brieste als antwoord en besloot dat hij haar aandacht niet meer waardig was. Ze wendde haar hoofd van hem af en begon weer te grazen. Hoofdschuddend liep hij naar de tas die achter het zadel gebonden zat. Fijn, hij had een paard met kapsones gekregen.
Uit de zadeltas haalde hij een stuk brood en een veldfles met lichtbier, en liet zich naast Lith op de grond zakken. Nu hij toch hier was kon hij net zo goed gaan ontbijten. Zijn maag was er leeg genoeg voor.
Een wolk wierp een schaduw over het land en huiverend door de plotselinge kou keek Niehic omhoog. Nu hij niet door de zon verblind werd, kon hij de enorme brok steen zien die mijlenver boven de aarde zweefde. De Bovenwereld.
De twee werelden waren strikt van elkaar gescheiden, alleen verbonden door de zwaarbewaakte hemeltrap die hij vanuit hier niet kon zien. Er waren er maar een paar die het voorrecht hadden om de trap te beklimmen. Anderen, zoals hij, zochten een alternatieve weg naar de Bovenwereld.
Hoewel de werelden ooit één waren geweest, waren ze nu nog verschillender dan dag en nacht. De Bovenwereld was de wereld van orde, wat volgens Niehic gelijk stond aan saaiheid. Af en toe had hij zin om naar boven te gaan, wat herrie te schoppen en te kijken hoe de adel gestoord werd in hun dagelijkse patroon. De gewone mensen daar waren gelukkig nog wel te doen.
Heel anders waren de Laaglanden. Dit was de wereld van chaos, waar de enige wet die van de eigen moraliteit was. Je moest hier geen waarde hechten aan eigen bezit, voor je het wist was het van iemand anders. Een paar mensen konden er niet tegen en zonderen zich af, maar het merendeel leefde vrolijk verder. En dan was er nog de kleine elite die zich beter voelde dan de rest en wiens levensdoel het was om ooit naar de Bovenwereld te gaan. Een nog kleiner deel slaagde daar uiteindelijk in.
Persoonlijk hield Niehic meer van de Laaglanden en daarom zwierf hij hier altijd rond. Het was verrassend mooi om te zien dat, ondanks de wetteloosheid, niemand lui op zijn gat zat en de hele dag niks deed. Iedereen zat aan elkaar vast met de onzichtbare banden van loyaliteit en liefde. En ze gaven hier veel leukere feestjes dan daarboven.
Niehic nam net een slok bier toen een vreemde huivering bezit van hem nam. Hij bewoog zijn hoofd in de richting waar de sensatie het sterkste werd. Daar was het, in de verte. Het trilde door hem heen. Hij spitste zijn oren en liet een vleugje magie in zijn houding kruipen. Magie was in de Laaglanden een veel voorkomend iets, iedereen had wel een klein talent. Voor hem was het handig dat hij troubadour was en goed kon luisteren.
Hij sloot zijn ogen en concentreerde zich op de geluiden die hij hoorde. Een gil teisterde zijn oren waardoor hij geschrokken overeind vloog.
“Nee, doe het niet, alsjeblieft, laat me gaan!” De vrouwenstem begon te snikken. Een mannenstem antwoordde, maar het bleef vaag. Toch wist Niehic wie het was en hij voelde woede zich nestelen in zijn maag. Darrence. De enige man op deze werelden voor wie hij echte haat voelde.
“Alsjeblieft, ik zweer het, ik zal veranderen! Gooi me alsjeblieft niet naar beneden! Ga weg met dat zwaard, ik-”
Weer een ijselijke kreet die alleen maar verergerde.

Niehic opende zijn ogen en staarde intensief naar de Bovenwereld. Daar, net aan het randje van de aarde kon hij net een kleine stip ontwaren die naar beneden viel. Een Bovenwerelder die werd verbannen.
Hij zuchtte diep en raapte het hoofdstelsel van de grond. Het zag ernaar uit dat zijn dagen van luieren voorbij waren.




Edit: Maaike's en Moonie's feedback verwerkt
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 05 dec 2011 23:50, 2 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Gebruikersavatar
Carpe Diem
Vulpen
Vulpen
Berichten: 349
Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54

Yeah, weer een verhaal van Saskia!
Als Nummer één fan ben ik er NATUURLIJK meteen bij (zag je me al aantstormen in mijn Ultimate SpeedBoot? afkorting: USB. Ja, ja, je hebt het je hele leven fout gedacht. Een USB is een boot, niet zo'n sticky-ding waar je geheugen op opslaat).


En ik vind het meteen geweldig! Je bent beter geworden in beginnetjes/prologen. Ik weet nog de tijd dat ik je eerste verhaal hier las.
*pinkt een traantje weg*
Snif.
Goed. Back to business. Je raadt nooit wie ik het leukst vind! ->> Lith! Haha, ze is geweldig. Jajaa, Niehic, doe maar goed je best om haar voor je te winnen. *wbw*
Niehic zelf is trouwens ook wel leuk. Ik houd wel van die zorgeloze/roekeloze mensen. En aangezien je een voorraad van 50.000 woorden hebt, verwacht ik dat je elke dag een stukje post!
*zet strenge blik op*

De werelden van Chaos en Orde zijn ook leuk bedacht (heb wel eerder over Chaos en Orde in een fantasy-boek gelezen, maar niet op deze manier. Daar waren het landen). En ik benieuwd naar de personen van de bovenwerelden (die man en vrouw).
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"

Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
Amarious
Balpen
Balpen
Berichten: 105
Lid geworden op: 01 mei 2011 16:16
Locatie: Berkel en Rodenrijs.

Hey hey,

Wow, wat een goed begin zeg. Je hebt Niehic echt neergezet als de typische troubadour, hij houdt volgens mij wel van een feestje op zijn tijd :D .
Daarnaast heb je er gelijk een mooie open vraag ingegooid met die vallende vrouw en Darrence. Je bent eigenlijk zoals altijd gewoon goed bezig, dus post snel weer meer!
Love the life you live so you can live the life you love.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Jeej She's back! En je hebt gelijk mijn aandacht te pakken op het moment dat de troubadour in het verhaal komt, gevogld door twee zwevende werelden! I like :D

Helaas stop je dan gelijk weer bij een spannend stuk en er is geen pagina die ik verwoed kan omslaan :( not fair..

Ik heb één dingetje waar ik over struikelde..
"Een kleine schijf van de oranjerode zon was te zien boven de besneeuwde bergen uit."
Grammaticaal is deze zin geloof ik goed, maar als ik hem lees, struikel ik over het woordje 'uit' net of hij er niet thuis hoort. Misschien kun je hem weglaten of ergens anders neerzetten?

Verder, top verhaal, ben zeer benieuwd hoe hij verder gaat :D

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

En niemand hier die kan raden wat voor nasty naughty things Niehic eigenlijk met zijn paard deed xD haha,

Voor de tweede3 keer lezen is nog altijd leuk :D Stiekem me ook Niehic leuk vinden ( maar ssssttt, anders wordt een zeker karakter van mij boos xD )

MOREEEE!!! goh, ik ben nu al vergeten wat hierna kwam --' ooh wacht! Volgens mij weet ik het weer :D

* zipt mond dicht *
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Rima: Als ik jou niet kende, pfoe, dan liep ik nog steeds mezelf voor gek te zetten met die memorysticks :O bedankt dat je deze wereldwijsheid met me hebt gedeeld, almachtige *buigt diep*
Jeej, een Lithlover :P en ik kan je verzekeren, Niehic krijgt een stuk meer diepgang dan hij nu heeft, maar dat duurt nog wel een paar stukjes, eerst komen er een paar anderen tussendoor kruipen^^
@ Amarious: haha xD idd, hij is wel een beetje standaard he :P ach ja, daar komt halverwege wat verbetering in, althans, dat hoop ik xD
@ Maaike: aaaah, dank je :D elke keer als ik je reactie lees, denk ik Jeej ^^ Hmm, over die zin, ik denk dat ik hem maar weglaat, nu je het zegt begint hij er steeds vreemder uit te zien. Aaaah, spook-uit :?
@Jodie: O :O wat voor vieze ideën heb jij je nu weer in je hoofd gehaald :gr: Tsss, Niehic is heel braaf hoor xD
En we switchen naar een ander karakter, ik heb er nog 3 (nou ja, 4, 3enhalf dan maar) karakters liggen, met deze meegerekend. Dus be prepared!



Hoofdstuk 1

Boze schreeuwen en gejoel bereikten Lilana’s oren. Ze beet haar lippen op elkaar en richtte haar blik op de grond, van plan om niet naar de oproer aan de zijkanten te kijken. Een rot ei belandde voor haar voeten en ze wilde eroverheen stappen, maar de man achter haar gaf haar een harde duw in de rug zodat ze naar voren struikelde en haar voet in de vieze drab belandde. De stank die eraf kwam beet in haar neus en gaf een rottende smaak in haar mond. Ze kokhalsde, maar bleef toch doorlopen.
Het geluid van de gelijk opgaande voetstappen ging bijna volledig verloren in het lawaai om haar heen, alleen omdat de soldaten zo dicht bij haar liepen, kon ze het horen, net zoals het gerinkel van de kettingen die om haar polsen en enkels zaten.
Tranen liepen bijna onophoudelijk over haar wangen, ze had de puf niet meer om ze tegen te houden. Waarom was iedereen zo tegen haar? Nog geen week geleden hadden de mensen op het grasveld haar nog toegejuicht toen ze op een verhoging tot hen sprak. Woorden over een opstand tegen het strenge, ordelijke regime van de consul. Het ging allemaal mis toen de soldaten de bijeenkomst verstoorden en haar vol misbaar oppakte. Dat alles terwijl de eigenlijke leider, Lyien, ongemerkt wegsloop. Ze nam hem het niet kwalijk, ze zou precies hetzelfde hebben gedaan als het omgekeerd was geweest en hij opgepakt was.
Lyien was een goede vriend van haar vader en hij was degene die haar naar voren had geschoven als spreekbuis van de opstand. Eerst had ze niet mee willen doen, bang voor de gevolgen en niet bereid om mensen pijn te doen, maar na een avond lang op haar inpraten had hij haar overgehaald. Ze zou het beste bij het volk overkomen, omdat ze zelf van arme afkomst was en haar familie ook de dupe was geworden van de daden van de consul.
Een juichend geluid steeg op en eindelijk waren de woedende schreeuwen verdwenen. Verbaasd keek Lilana op en zag de consul die als een van de goden boven de menigte uitstak. Zijn bronzen borstplaat glinsterde fel in het zonlicht en zijn mantel wapperde om hem heen. Ze moest het toegeven, hij zag er indrukwekkend uit. Dat wist hij waarschijnlijk ook van zichzelf, als heer Darrence ergens goed in was, was het het bespelen van menigtes.
De soldaten om haar heen dwongen haar tot stilstand en meteen werd ze weer herinnerd aan het lot wat haar te wachten stond. Het lukte haar niet om een jammerend geluidje binnen te houden. Haar knieën knikten van angst en bijna smekend keek ze naar de consul die hoog boven haar uittorende.
“Bovenwerelders!” Zijn geoefende stem galmde helder over het plein. Meteen viel er een stilte over het plein en luisterde iedereen naar hem. “We zijn hier allen bijeen gekomen om onze zuivere wereld te ontdoen van het vuil dat zich tussen ons verspreidt.”
Lilana kromp ineen door het gestamp en geschreeuw dat zijn woorden aan de menigte ontlokte. De herrie was een klap in haar gezicht en liet de angst nog meer door haar lijf jagen.
Met zijn hand maande de consul de massa tot stilte.
“Lilana van huize Traoi wordt hierbij verbannen van de Bovenwereld. Voor bezoedeling van onze rust en onrechte uitspraken naar de Hoogste van de Hemelen. Het Lot heeft over haar gesproken. Moge zij wegkwijnen in de chaos van de Laaglanden tot haar dood en branden in de vuren van de hel tot de Goden genadig zijn.”
Weer steeg een gejuich op. Lilana jammerde onwillekeurig en sloeg haar handen voor haar gezicht. Waarom werd zij gestraft? Zoveel had ze niet gedaan, ze had alleen maar gepraat. Daar kon ze toch niet voor worden gestraft? Misschien was er nog hoop… Ze keek omhoog naar het harde gezicht van heer Darrence en voelde gelijk het lichte gevoel in haar hart verhardden tot een zware steen. Nee, die was er niet.
Een beweging aan de zijkant trok haar aandacht. Tussen de gestalten van de soldaten door kon ze de menigte zien splijten. De steen in haar maag leek plotseling honderden kilo’s zwaarder te wegen en ze sloeg haar hand voor haar mond om de wanhopige kreet die in haar opwelde tegen te houden. Dit kon niet waar zijn. Dit was een nachtmerrie, een hele enge, realistische nachtmerrie. Dit gebeurde allemaal niet.
Een stoet omringd door fakkeldragers kwam door de massa heen aangelopen. De fakkeldragers dansten met hun toortsen en maakten salto’s en sprongen, terwijl in het midden een man liep met een wit zwart gewaad aan. Danseressen volgden hem en draaiden sierlijk om elkaar heen. Zware liederen lieten de lucht bijna zichtbaar trillen en de haartjes op Lilana’s onderarmen kwamen overeind. Bijna verloor ze de controle over haar blaas , maar ze wist het nog net terug te krijgen.


Edit: aangepast na Rima's feedback
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 03 dec 2011 00:56, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Aaah ik heb bijna medelijden met lilana xD, Bijnaaa xD

FLY BIRdIE FLY!

Meer heb ik niet toe te voegen xd haha, me loves it!

en nu vallen mn oogjes zowat dicht --' ik vind mezelf wel weer productief genoeg vandaag xD,
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Carpe Diem
Vulpen
Vulpen
Berichten: 349
Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54

Pfoe ik heb net uitgebreid op Jodie's verhaal gereageerd en nu weet ik niks meer te vertellen.
Boh.

Okay, tot nu toe is na Lith Darrence my favourite, jawel =D ennn... ik ben benieuwd naar de nieuwe personages en naar Niehic met meer diepgang. Maar ik vind het leuk hoe je hem hebt neergezet. Eigenlijk vind ik de karakters die Niehic en Darrence hebben de leukste die er zijn voor een fantasy-verhaal.
Positief is dat. Helemaal positief.

Ehm. Jeetjemeneetje het word echt moeilijk nu. Post maar nog een stukje, dan schrijf ik een langere reactie!
*vette knipoog*
(hmm... hoe vond je de knipoog? Ik train er nog een beetje op. En ja, het is maar goed dat je nu EIN-DE-LIJK weet wat een USB is. Nooit meer vergeten dus!)

Trouwens nog één dingetje, de laatste zin van je stukje:
"Bijna verloor ze de controle over haar blaas zich,..."

Volgens mij klopt die niet helemaal :angel
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"

Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey!

Die bovenwereld en die benedenwereld doen me denken aan de film Astroboy (geloof dat ie zo heet). Daar is ook een bovenwereld waar alles helemaal perfect is en de benedenwereld is de vuilstort met dakloze kindjes. Is dat een inspiratiebron geweest? :)

Spannend vervolg! Ik vraag me af of ze van de wereld wordt gestort of dat ze der met die fakkels al brandend laten weg kwijnen :roll: Ik hoop dat eerste, misschien vangt iemand haar dan nog op ^_^

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Een wolk wierp een schaduw over het land en huiverend door de plotselinge kou keek Niehic omhoog. Nu hij niet door de zon verblind werd, kon hij de enorme brok steen zien die mijlenver boven de aarde zweefde. De Bovenwereld.
Hier had je me, en heb je me ook niet weer losgelaten. Ik heb geen fouten kunnen vinden in je verhaal en ook geen dingen die misschien anders verwoord hadden moeten worden. Alleen dat "Bijna verloor ze de controle over haar blaas zich,..." maar dat is al gemeld. Je hebt een hele fijne schrijfstijl en hoe ben je op die namen gekomen? Ik vind het altijd zo knap als mensen die zelf bedenken. Dat lukt mij zelf nooit, haha. Ik ben benieuwd naar je volgende stukje :]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jodie: Ha, bijna medelijden is al goed, ik weet hoeveel moeite je het kost :P en geen vliegende vogels, maar varkens, weet je nog haha xD
@ Rima: Boehoe, Niehic is verdrongen haha xD hmm, ik zag je knipoog niet zo goed, volgens mij moet er een laag mascara af. Ik kon niet zien of je nu allebei je ogen open had of geen :P
Oeh, en die zin, klopt helemaal, ik wilde hem op het laatste moment veranderen en tja, dat gaat dus niet altijd even goed --' thanks^^
@ Maaike: Nee, ik ken die film helemaal niet :P we waren plaatjes aan het kijken voor inspiratie en toen kwamen er een paar voorbij die op de een of andere manier gerelateerd waren aan vliegen (geloof ik). En ik hou gewoon van zwevende stukken wereld haha xD
@ Silena: Leuk dat je meeleest :D en dank u^^ tja, de namen, de namen... ik pik ze van een namengenerator, is heel handig. Gewoon een beetje kijken welke klinkt en voilá, uw namen zijn gereed^^ doet een beetje af van de magie, hè? :P

---------------------------------------------------------------



Hoe dichter de man bij Lilana kwam, hoe beter de details op zijn mantel te zien waren. Gouden stiksel liep over het kleed en beeldden de goden uit die de wereld schiepen en ook hoe de Bovenwereld hoog boven de Laaglanden uitstak met kleine puntjes die tussen de ruimte leken te vliegen. Maar Lilana wist dat ze niet vlogen, ze vielen. Het lot dat haar ook te wachten stond.
Hij was een magiër, een van de weinige mensen die de zeldzame kracht kon beheersen. Het was zijn taak om haar vleugels te schenken die haar een langzame afdaling zouden garanderen. Het was een farce van beschaafdheid. Geen doodstraf, maar ze ging zeker weten haar dood tegemoet. Ze zou dan wel veilig landen, maar ze zou bijna meteen worden opgegeten door alle wilde beesten beneden.
De stoet joeg haar te veel angst aan, ze kon niets anders dan haar blik afwendden. Haar ogen ontmoetten de gouden van heer Darrence. Ze stond op het punt om zich plat op de grond te laten vallen en hem smeken om haar te laten gaan, toen zijn blik afdwaalde en ze onbewust meekeek naar het kleine groepje dat aan de rand van de mensenmassa stond. Haar maag kromp ineen. Haar geliefden. Degene die ze trots op haar wilde laten zijn. Ze perste haar lippen op elkaar en rechtte haar schouders. Ze zou ze een goede reden geven.
De stoet vormde een cirkel om Lilana heen en de magiër ging recht voor haar staan. Woorden die haar deden huiveren stroomden over zijn lippen terwijl er een helder licht om zijn handen ontstond. Ze kromp ineen en wilde wegduiken voor de magie, maar haar lichaam leek verstijfd te zijn. De ogen van de man voor haar puilden uit en spuug droop over zijn kin. Hij was in de greep van zijn macht.
Het pulserende licht om zijn handen begon harder te stralen en spatte plotseling van zijn huid af, recht naar haar toe. Gillend sloeg ze haar handen voor haar gezicht, maar het maakte niks uit. Het licht drong diep in haar, liet haar lichaam schokken en brandde op haar huid. De botten in haar schouders leken wel te vervormen, ze kraakten en pijn schoot door haar gewrichten. Toen was het afgelopen.
Lilana was te verstijfd van angst om door haar knieën te zakken. Een extra gewicht wilde haar naar achteren trekken. Rillend over haar hele lichaam draaide ze langzaam haar hoofd naar achteren. Ze wilde het niet zien, maar het lukte niet om de beweging te stoppen. Ze perste haar lippen op elkaar en balde haar vuisten om de angst niet te laten overheersen toen ze het zag. Aan haar schouders hingen witte, slappe vleugels, klaar om haar af te voeren naar de Laaglanden. Ze zouden pas beginnen met vliegen als ze naar beneden zou vallen.
Een schreeuw van orde liet haar schrikken en leidde haar af van de nutteloze aanhangsels op haar rug. De cirkel van dansers en magiërs om haar heen spleet uiteen en soldaten stroomden naar haar toe. Ruwe handen grepen haar vast terwijl anderen de kettingen losmaakten. Een gil van angst ontglipte haar terwijl ze mee werd getrokken en ze begon tegen te stribbelen om zichzelf los te maken. Het was nutteloos, de mannen die haar meesleurden waren veel te sterk.
De menigte week naar de zijkanten uit en een houten steiger werd zichtbaar. Lilana begon zich nog sterker te verzetten, kronkelde in de greep en probeerde haar beulen te raken. Ondanks haar verzet raakten haar voeten toch de houten planken.
Voor het eerst kon ze de wijde afgrond onder haar zien. Bossen strekten zich uit tot aan de horizon, af en toe onderbroken door een vlakte waar alleen gras op groeide. Het was hoog, heel erg hoog. Angst maakte Lilana’s knieën zwak en even kon ze alleen maar verstijfd naar de duizelingwekkende diepte onder haar kijken.
Een duw in haar rug liet haar alle angst uit haar longen gillen. Ze struikelde verder de houten planken op en bleef even boven de afgrond hangen met haar gewicht aan de verkeerde kant. Net op tijd wist ze zichzelf naar achteren te werpen.
Ze wierp een blik naar achteren op de consul die als een dreigende afgod afstak tegen de menigte. Het liefst was ze op haar knieën gevallen om hem te laten zien dat ze haar smeekbede meende, maar ze was doodsbang dat ze op de een of andere manier haar evenwicht zou verliezen.
“Nee, doe het niet, alsjeblieft, laat me gaan!” smeekte ze met alles wat ze in zich had. Snikken welden in haar op en het lukte niet om ze te onderdrukken.
De verveelde stem deed al haar hoop uiteen spatten. “Duw haar er af.”
De officier op wie heer Darrence zijn blik had gericht salueerde terug en duwde zich langs de andere soldaten naar de houten steiger toe. Even wiep Lilana een bange blik op hem voor ze zich weer tot de consul richtte.
Wanhopig schudde ze haar hoofd en sloeg haar handen smekend ineen. “Alsjeblieft, ik zweer het, ik zal veranderen! Gooi me alsjeblieft niet naar beneden!” Abrupt stopte ze toen ze zag dat de officier zijn zwaard uit zijn schede trok en dreigend naar haar uithaalde.
“Ga weg met dat zwaard, ik-” Haar woorden veranderden in een gil toen de vaste grond onder haar voeten wegviel toen ze naar achteren sprong om het scherpe lemmet te ontwijken. Graaiend met haar handen probeerde ze iets vast te pakken, maar ving alleen maar lucht. Ze was aan haar vlucht begonnen.
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 05 dec 2011 23:50, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Een dingetje:
Hoe dichter bij de man kwam,
Je bent dichter bij de man, of de man komt dichterbij. Dichterbij mag hier aan elkaar :]

Verder is het weer heel erg spannend. Geen echte cliff-hanger (haha, woordkeuze), maar wel genoeg om geïnteresseerd te blijven. Er waren een paar zinnen die ik twee keer moest lezen voordat ik begreep wat er stond, maar dat is absoluut geen ramp en overkomt me echt wel vaker ;]

Haha, zo doe ik dat ook vaak hoor, met een generator. Of ik haal namen uit spelletjes of als ik een naam tegen kom in het echte leven, die ook een beetje fantasy-achtig klinkt gebruik ik die :]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Hee!
Ik heb het net van begin tot eind gelezen. Je houdt het echt heel spannend! Ik heb één spellingfoutje ontdekt in de proloog:

En ze gaven hier veel leuker feestjes dan daarboven.

Ik denk dat je 'leukere' bedoeld, maar weet het niet zeker.

Voor de rest heb ik geen commentaar! Ik ben benieuwd naar het volgende stuk :)
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Oke poging twee,

FLY PIGGIE FLY!!!!!

Afbeelding

Hmm.. Darrence hoofdstuk is veel groter dan die van Lilana xD gheheh,

MORE !!!
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey

Pfft, wat een genadeloze heer! Maar ondanks de situatie, is het toch wel gaaf om opeens vleugels te krijgen :roll: Ze kan overal heen vliegen.. Terug naar de bovenwereld bijvoorbeeld.. :angel

Een grammaticaal feedbackpuntje:
Saskjezwaard schreef: Gouden stiksel liep over het kleed en
Is het niet 'goud stiksel' of 'gouden stiksels'?

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Silena: Haha, o god, die cliffhanger is flauw xD ow, en als je zinnen tegenkomt waar je echt niet doorheen komt, zet maar neer, zet maar neer! Soms heb ik het idee dat ik veel verder in gedachten ben dan er in het verhaal staat xD Pfoe, gelukkig, ik ben niet de enige die ze pikt :P nou ja, is het stelen, is het stelen... ik vind van niet^^
@ Moonie: Jeej, een nieuwe lezer :D you're totally right! Snel verbeteren dan maar^^ dank u voor je reactie :D
@ Jodie: Jaaa, dat is hem! We recyclen gewoon onze ideeën haha xD eigenlijk moeten we nu een echt vliegend varken in een van onze verhalen stoppen, heeft ie ook nog een taak haha :P
@ Maaike: Oeh, goed dat je het zegt! Volgens mij ben ik vergeten om ergens neer te zetten dat je met die vleugels niet kan vliegen, ze werken eerder als een soort parachute :P toch maar ergens neerzetten dan maar, is ook wel handig om te weten haha xD en bedankt voor het feedbackpuntje^^
En we halen er weer een nieuw karakter bij. Don't worry, het stopt ooit wel... ergens... binnen nu en eh... paar a4tjes :P

-------------------------------------------------



Hoofdstuk 2


Sandalen klepperden op de marmeren vloer. De eigenaar ervan, Leran, keek haastig om zich heen en duwde de brief in zijn handen dichter tegen zich aan. Waar was hij nu weer beland? Hij had gedacht een nieuw sluipweggetje te hebben gevonden, maar dat bleek niet zo te zijn. Hoe kwam hij bij de kamer van de cos?
Hij rende snel de hoek om en kwam in een enorme hal uit. Torenhoge pilaren strekten zich naar boven uit en licht viel door het open dak naar binnen. Een fontein was in het midden gebouwd en spoot het regenwater de lucht in. Leran ontspande zich met een zucht. Gelukkig, de centrale hal, vanuit hier wist hij de kamer van de consul te vinden.
Hij rende de linkergang in en snelde de treeën omhoog. Daar, aan het uiteinde was heer Darrence’ kamer. De deur was rijkelijk versierd met gouden banden rond de sponning en een vergulde deurknop. Leran haalde even diep adem, deed een poging om zijn verwarde haren netter te krijgen en klopte zijn lichtgrijze tunica af. Heer Darrence hield er niet van als hij slordige bedienden onder ogen kreeg.
Leran klopte zachtjes op de deur en bleef geduldig wachten totdat een bediende hem naar binnen liet. De consul zat achter zijn bureau met een stapel brieven voor zijn neus. Heer Darrence was een indrukwekkende man, krachtige trekken, bruin haar en gouden ogen die afkeurend naar de loopjongen staarden. Hij was alles wat Leran ooit wilde worden.
“Heer…” zei hij aarzelend toen het stil bleef.
De consul kwam gelijk overeind, zijn gezicht ontstemd. “Had ik je geboden om te spreken?”
Leran slikte en schudde zijn hoofd. Het liefste was hij nu door de grond gezakt. Hij had wel vaker heer Darrence een brief bezorgd en elke keer was hij onberispelijk geweest, zowel in kledij als in gedrag, maar nu hij dat verkeerde sluipweggetje had genomen leek alles fout te gaan.
“Goed, dan hou je je mond dicht tot ik toestemming geef.” Het gezag wat door heer Darrence’ stem klonk was indrukwekkend en Leran knikte huiverend.
Gelijk was de loopjongen uit het aandachtsveld van de consul verdwenen, hij begon rustig de papieren op zijn bureau door te bladeren terwijl Leran er verloren bij stond. Het liefste was hij nu opgegaan in de muur of in de grond. Hij moest een goede indruk op de man voor hem maken om zijn grote droom in vervulling te zien gaan en nu had hij door zijn eigen schuld een achterstand op poten gezet.
Na een eeuwigheid keek de consul eindelijk op van zijn brieven. “Oké, waarom ben je hier, Leran?”
“Ik kom een brief brengen, heer.” Zijn stem trilde door de zenuwen die door hem heen stroomde. Deed hij het nu wel goed?
Heer Darrence wenkte hem naar voren. “Geef hier,” commandeerde hij.
Zo snel als Leran kon liep hij naar het bureau toe en overhandigde het rolletje perkament aan de cos. Gelijk zette hij weer een paar passen achteruit en wendde discreet zijn blik af. De post van de consul was niet zijn zaken.
Na een paar minuten klonk de stem van heer Darrence weer. “Verdwijn,” gromde hij en wuifde hem weg.
Leran deed wat hem was opgedragen en liep snel de kamer uit. Zijn vuisten trilden van de woede die gericht was op zichzelf. Hoe had hij zo dom kunnen doen? Van kleins af aan was er bij hem ingestampt dat hij beleefd moest zijn, altijd moest wachten totdat een meerdere hem aansprak. Waarom was hij dat nu vergeten?
Zodra de kamer om de hoek verdwenen was, begon Leran weer te rennen. Misschien had hij nog wat tijd over van het halve uur dat moeder Yune hem had gegeven. Dan kon hij nog snel even langs de universiteit om een klein stukje van het college af te luisteren.
Lerans brandende ambitie was om ooit wetenschapper te worden. Zij stonden het hoogst aangeschreven in de Bovenwereld en hij was onder de indruk van al het ontzag dat zij ontvingen. Maar dat waren niet de enige redenen, hij wilde graag zoveel leren als er maar te leren viel, zodat hij ooit alle geheimen van het universum zou kunnen verklaren.
Snel liep hij het marmeren gebouw uit en schoot door de straten heen naar de universiteit die opviel als een ster in de donkere nacht. Het gebouw was een stuk groter dan de andere eromheen. Een groot grasveld dat door een wit betegeld pad werd onderbroken was voor de universiteit aangelegd. In het midden stond een fontein met daarop het marmeren beeld van de goden van het lot. De sierlijke vormen waren het enige dat zichtbaar was, de rest werd verhuld door het vallende water. Precies zoals de bedoeling was, de goden hadden geen gezichten. Er stonden beelden in andere steden die dat wel impliceerden, maar dat was voor het hersenloze gepeupel die een beeld bij een naam moesten hebben en zich niks konden voorstellen bij definities zoals oneindigheid en almachtig.
Leran wurmde zich tussen de stroom studenten in en schoot tussen alle gaten door die ontstonden door groepjes die elkaar passeerden. Niemand lette op hem, loopjongens waren geen vreemd gezicht hier. Alle professoren communiceerden onderling met elkaar met brieven die zij rond moesten brengen.
De hal overweldigde hem bij de binnenkomst altijd weer. Stralen licht schenen door de kristallen dakplaten die strategisch waren aangebracht om de lichtinval te verhogen. Een koepel was midden op het dak geplaatst en was gesloten. Hij zou pas weer opengaan als het nacht werd en de sterren zichtbaar werden.
De akoestiek maakte ieder hier nederig. Hoe hard je ook schreeuwde, het geluid van je stem zou niet harder worden gehoord dan dat als je tegen iemand naast je iets zei. Het was om te laten zien dat niemand hier op kon tegen de intelligentie van de universiteit als geheel. Je moest er trots op zijn dat je hier mocht komen studeren.



Edit: Jodie's en Silena's feedback verwerkt
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 06 dec 2011 11:03, 2 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

ik vind Leran nog altijd schattig :),

Maar saskia afsluipweggetje? uh,,, volgens mij klopt dat niet :O

De universiteit vind ik ook og altijd prachtig omschreven :P misschien moet ik die ook maar een in mijn deel stoppen hmmm... naaah geen zin in xD haha.
ooeh next gaat leuk worden!! ( hoofdstuk dan:P haha )


Ik stem voor op flying pig!!haha nog een verhaal ontwikkelen xD OOeeeh die doen we voor de wedstrijd xD haha
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Paar dingetjes:
Heer Darrence was een indrukwekkende man, krachtige trekken, bruin haar en gouden ogen die afkeurend naar de loopjongen staarde.
Ogen is meervoud, dus staarden.
Misschien had hij nog wat tijd over van het half uur dat moeder Yune hem had gegeven.
Ik denk dat het mooier klinkt als je in deze zin "halve uur" gebruikt. Dat loopt lekkerder door denk ik... Het hoeft niet, het is geen fout of zo. Maar het klinkt naar mijn mening beter.

Verder niks kunnen vinden :] Maar ik ben wel weer benieuwd. Ik heb het idee dat je in dit verhaal iedere keer weer verwachtingen opbouwt, die dan in ieder nieuw stukje weer de grond in worden geboord, haha. Maar dat is goed, want dan blijft het spannend. :]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Jodie: Jeej, Leran is schattig^^ zal ie leuk vinden haha xD LUILAK! :P miss moeten we trouwens een lijstje bijhouden voor alle rare dingen en die ooit in een verhaal gooien. Kijken of mensen er iets van snappen haha xD
@ Silena: Ow, you're right! Die ogen is echt slecht --' Dat klinkt goed^^ dan zal er nu wss ook een mysterie bijgevoegd worden haha xD
Ow, als jullie iets niet snappen van de geschiedenisles, zeg het maar, het is geschreven tijdens een wordwar en kan nogal vaag overkomen.

-----------------------------


Leran bleef staan om van de prachtige hal te genieten, maar werd ruw uit zijn gestaar gehaald door een ellenboog in zijn rug. Hij wist nog net zijn evenwicht te bewaren en struikelde snel verder. Het was beter om geen aandacht op je te laten vallen als je hier eigenlijk helemaal niet mocht zijn.
Hij volgde een stroom studenten in witte toga’s de trap op en schoot hen snel voorbij toen ze bij een lokaal bleven wachten. Dat was niet waar hij moest zijn.
De gang waar hij doorheen liep was verlaten en snel rende hij het laatste stukje. Een koperen deur stond wagenwijd opengesperd en een frisse wind kwam hem tegemoet. Hij keek even om de hoek. Een enorme collegezaal spreidde zich voor hem uit. De stoelen stonden trapsgewijs onder elkaar zodat iedereen goed de man konden zien die op het kleine podium heen en weer liep. Hij had grijs krullend haar en een baard. Gekleed in een witte toga stapte hij statig rond terwijl hij aan het vertellen was.
Leran schoot naar achteren en liet zich tegen de marmeren muur aanzakken op de vloer, zodat hij goed zicht had op de gang terwijl hij bleef luisteren naar de welluidende stem van de docent.
“-toen dachten de wijsten van ons land na over het ontstaan van de wereld. Het kon niets anders zijn dan Goden die deze perfectie hadden geschapen. Ze wilden het woord aan iedereen vertellen, maar werden tegengehouden door de mannen van de heerser die de mensheid superieur aan alles en iedereen wilde verklaren. De wijzen werden gevangen genomen, maar de goden hadden een ander lot voor hen beslist. De zoon van de heerser had van hun woorden gehoord en kwam in opstand tegen zijn vader. Al snel volgde het volk hem, maar de vader wilde zich niet overgeven.
In een snode list wist de zoon het paleis binnen te dringen en hij stond op het punt om zijn vader te doden toen hij medelijden kreeg door de oude, bittere man die krampachtig zich vasthield aan zijn principes. De heerser was niet slecht en nog altijd zijn vader. De zoon kuste hem op zijn voorhoofd en gelijk werd de heerser vervuld met goddelijke krachten. Hij was overtuigd en gaf zich over, waarop hij zijn zoon de kroon overhandigde omdat hij vele malen wijzer was dan zijn vader. De nieuwe koning gaf opdracht om tempelen te bouwen ter aanbidding van de goden en stelde nieuwe wetten aan die veel welvaart opleverde.”
Het bleef even stil voordat de professor verder ging met praten. “Dit is de vertelling die jullie allemaal in verhalen hebben gehoord. Zoals jullie waarschijnlijk kunnen raden is het iets anders gegaan dan het verteld werd. Koning Umberto de eerste gaf zich niet zo gemakkelijk over aan zijn zoon Joron als de verhalen doen geloven. Er ging een bittere strijd aan vooraf die vele mensen het leven hebben gekost, vooral de onschuldige burgers…”
De professor sprak verder over de ontstaansgeschiedenis van het machtige rijk van de Bovenwereld en Leran nam het allemaal gretig in zich op. Het college ging over de herontdekking van de goden en hoe dat in zijn werk was gegaan. Meer dan duizend jaar geleden was iedereen op de twee werelden vergeten dat de goden bestonden en zij in hun perfectie het universum hadden geschapen. Ze dachten dat ze waren geëvolueerd en dat zij het eindproduct waren van de gehele evolutie. De oppermachtige mens.
Deze algemene gedachte bleef hangen totdat er zevenhonderd jaar geleden een paar wijze mannen een visioen kregen over de goden. In de bloederige oorlog die daarop volgde verspreidden ze deze waarheid. De zoon van de toenmalige heerser kwam in opstand en nam later de macht over van zijn vader na deze gedood te hebben. Het was het begin van de koninklijke familie zoals die nu bekend was.
De docent was net aan het vertellen over hoe de zoon onrechtvaardige wetten inzette om zelf zo snel mogelijk rijk te worden toen Leran een glimp van een beweging opving. Gelijk schoot hij overeind en begon in de tegenovergestelde richting te wandelen. Zijn schouders stonden strak van de spanning en hij verwachtte elk moment een harde stem die hem vroeg wat hij hier deed, maar die kwam niet. Zijn oren waren gespitst op het kleinste geluidje, maar het enige wat hij hoorde waren zijn voetstappen die door de marmeren gang galmde.
Na een paar meter kwam hij tot de conclusie dat hij zich de beweging had verbeeld en wilde net teruglopen naar de collegezaal toen hij een zachte aanraking op zijn schouder voelde. Met een geschrokken kreet op zijn lippen draaide hij zich om en keek recht in het bleke gezicht van een jong meisje. Rood haar krulde vurig om haar gezicht en grasgroene ogen staarden hem zonder te knipperen aan. Haar kleren vielen volledig uit de toon in de strakke, bijna klinische witheid van de universiteit. Een lichtbruin hesje over een geeloranje gestreept hemd, een wijnrode rok waar de onderrokken zichtbaar waren en een groen gestreepte broek die tot net over haar knieën kwam.
Zwijgend stak ze haar hand naar hem uit, een kaart was zichtbaar tussen de topjes van haar vingers. Hij keek er even verbaasd naar voor het tot hem doordrong dat ze wilde dat hij het aannam.
“Dank je,” zei hij beleefd en pakte de kaart uit haar hand. Er stond een geschilderde afbeelding van twee halve koninginnen op waarbij er altijd eentje op zijn kop te zien was. De details waren met liefde gemaakt, de levensechte glinstering in de ogen was niet vergeten, net zoals alle krullen op de rand van de jurk. Hij draaide de kaart om en zag dat de achterkant zwart was. Er stond niks op.
“Hij is heel mooi, maar waarom-” Halverwege stierf zijn stem weg. Het meisje voor hem was verdwenen.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Oeh spannend!! :]
In een snode list wist de zoon het paleis binnen te dringen en hij stond op het punt om zijn vader te doden toen hij medelijden kreeg door de oude, bittere man die krampachtig zich vasthield aan zijn principes.
bittere man, die zich krampachtig vasthield.
Een lichtbruin hesje over een geeloranje gestreept hemd, een wijnrode rok waar de onderrokken zichtbaar waren en een groen gestreepte broek die tot net over haar knieën kwam.
Als die groengestreepte broek zichtbaar is, hoe lang zijn haar rokken dan? Ik heb een heel raar beeld in mijn hoofd nu, haha, van een clown of zo [a]

Ik ben benieuwd naar dat meisje en de betekenis van die afbeelding :]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Het wordt mysterieus! :) Ik vind Leran tot nu toe het leukste personage. Hij heeft wel wat schattigs :)
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey!

Allereerst, je geschiedenisles is goed te volgen hoor ^_^
Ooh je stukje over dat Leran de universiteit in schiet en stiekem van de les meegeniet, doet me aan een boek van pas herinneren :P Ik ben benieuwd of ik dat soort invallers nog meer krijg bij je verhaal :P

Leran is echt een leuke personage! Hij komt heel onschuldig en eerlijk over :)
Ik vraag me af wie dat meisje was en waarom ze iets aan een bediende gaf... Das best wel gedurfd ^_^

Schrijf snel verder!

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

hmm, dat woorden dan vliegende biggen,
Roze venus vrouwtjes, en blauwe marsmanetjes xD
En... Sadistische leiders xD
uh.. wat hadden we nog meer/
Oh ja acute dood van hoofdpersoon, midden in het verhaal.
en vast nog veel meer xD.

Ik vind de gesciedenisles vind ik in het begin nog wat moelijk xD maar dat komt meer omdat ik een hele andere is dan de werkelijkheid hehe :P.
En ik ben niet lui!!! ( behalve dat ik tot half vier in mn pyama zat.. maar dat laten we terzijde xD )
Ik vergeet steeds weer wat er precies met Leran gaat gebeuren xD, dat moet je nog maar een kee rnaar me toe sturen :p hehe.
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Silena: Eh, dat beeld van een clown kan best wel eens kloppen xD de rokken komen tot net onder de knie en de broek eindigt net onder de knie. Geen clownschoenen, maar blootsvoets :P ik heb een plaatje, maar kan het niet meer op internet vinden --' hannndig xD
@ Moonie: haha, ik vind juist Leran het saaiste, haha xD ahum, sorry Leran, dat heb ik niet gezegd :angel daarom zal hij niet zo vaak voorkomen als de rest van de personages, maar goed, daar werk ik aan^^
@ Maaike: o god, dadelijk blijken we heel dit verhaal uit verschillende boeken te hebben gestolen (onbewuste aan het werk) haha xD dat zou best wel erg zijn --' and you're right, hij is ook heel onschuldig en eerlijk, en een beetje naïef. Leuk om mee te spelen, muahaha xD
@ Jodie: ik hou van mythes die niet blijken te kloppen en andere die weer wel echt gebeurd zijn^^ fucking with the mind, fucking with the mind haha xD ow, en bij dat lijstje, ruzie tussen twee personen die niet echt blijkt te zijn en dat ze stiekem met elkaar gaan en het leuk vinden om een bepaald personage voor de gek te houden haha xD enehh... ik weet ze niet meer :( de volgende keer moeten we ze echt eens opschrijven, miss hebben we er nog iets aan :P
Dit personage vind ik zelf heel leuk, Niehic is mijn favo, maar deze komt er net onder^^ t kan zijn dat jullie haar niks vinden, ze is nogal eh... vervelend, maar ze is ZO grappig om te schrijven haha xD
Ow, en dit is de laatste verhaallijn dat ingebracht wordt. Ooit komen ze bij elkaar, ooit... geloof ik? Hm, ken je eigen verhaal enzo xD
----------------------------------




“Au!”
De kreet galmde door de grote kamer en werd gevolgd door het typische geluid van een hand op zacht vlees. De bediende klemde haar lippen op elkaar en dook ineen met haar vingers tegen haar brandende wang. Riquelle keek haar vanuit de spiegel boos aan en wees naar het haar wat in lichtblonde plukken voor haar gezicht hing.
“En nu maak je het vast zonder mijn haren uit mijn hoofd te trekken.”
“Natuurlijk vrouwe,” zei de bediende zachtjes en boog zich weer voorover om verder te gaan met het invlechten van het haar.
Riquelle leunde achterover in de zachte stoel en wachtte ongeduldig totdat de vrouw klaar was. Het klaarmaken van haar uiterlijk om goed voor de dag te komen kostte altijd bergen met tijd. Kon die vrouw niet sneller werken? Ze had honger.
De zachte handen vlochten het haar in een sierlijke vorm naar achteren. Kleine krulletjes liepen rond de haarlijn en gaven het iets speels. De vrouw zette het haar vast met gouddraad en glimlachte naar Riquelle in de spiegel.
“Het is klaar, vrouwe.”
“Dan ga je nu meteen mijn kleding halen.”
De bediende boog diep en rende de kamer uit. Riquelle zuchtte diep om de domheid van de vrouw en boog zich voorover om haar werk te bestuderen. Ze moest toegeven, het zag er goed uit. Jammer genoeg
Bedienden waren voor Riquelle niet meer dan lage wezens die bestonden om haar het leven gemakkelijker te maken. Ze stonden net iets hoger in rang dan vee, maar niet veel hoger. Hoewel de meesten al jaren voor haar familie werkten, kende ze er geen bij naam. Waarom zou ze ook? Ze waren niet belangrijk genoeg daarvoor.
Het geluid van sandalen op marmer kwam de kamer ingevlogen, gevolgd door de bediende die haar armen vol had met een lichtroze stof.
Riquelle kwam statig overeind en hief haar armen de lucht in. De bediende gooide de tunica over haar onderkleding heen en zorgde ervoor dat het goed zat. Het lichtroze kleed was versierd met goud stiksel en glinsterde bij elke beweging.
Ze glimlachte naar zichzelf in de spiegel en liep naar het juwelenkistje dat ervoor op een tafeltje stond. Twee gouden oorbellen, een ketting met een smaragd erin gezet, twee ringen om haar vingers en een armband om elke pols. Nu was ze klaar.
De bediende opende de deur voor haar en Riquelle stapte haar kamer uit naar de eetkamer toe waar haar moeder al op haar wachtte. Haar vader was vast aan het werk. Hij was een koopman die door hard te werken rijk was geworden. Riquelle kon de tijd niet eens meer herinneren dat ze niet veel te eten had gehad, zo lang was het al geleden.
“Goedemorgen moeder.” Ze liep naar het ligbed toe en gaf haar moeder een kus op haar geurende wang. Vrouwe Idola zag er zoals gewoonlijk beeldschoon uit. Haar lichtblonde haar dat Riquelle geërfd had was vastgezet met een gouden haarnetje en de paar plukjes die los waren vielen als pijpenkrullen om haar gezicht heen. Met een koele glimlach op haar hartvormige gezicht keek ze naar haar dochter.
“Goedemorgen Riquelle. Je bent laat vandaag.”
Riquelle ging op het bed tegenover haar moeder liggen en wenkte een bediende om haar eten te komen brengen. “Ja, het spijt me moeder, de bediende trok bijna mijn haren eruit en wilde niet opschieten.”
Vrouwe Idola trok haar wenkbrauwen lichtjes omhoog. “Is dat zo? Ik zal haar dadelijk bij me roepen en duidelijk maken dat dat niet nog een keer gebeurd, anders is ze ontslagen.”
Riquelle glimlachte naar haar. “Dank u wel, moeder.”
“Uw eten, vrouwe.”
Met een buiging zette de bediende de plaat eten op het tafeltje dat naast het bed stond. Op een bord lag een stuk brood met daarnaast een klein kommetje goudgele honing, een stuk kaas, een schaaltje verse dadels en een glas aangelengde wijn. Riquelle wuifde de man weg en begon met kleine hapjes te eten.
Ze was net bezig met de dadels toen een bediende de kamer in kwam stappen en iets in haar moeders oor fluisterde. Haar normaal zo koele uitdrukking verdween en een schittering nam plaats in haar donkerblauwe ogen.
“Breng de draagstoel naar voren,” beval ze en de bediende verdween buigend de kamer.
Gelijk keerde ze zich glimlachend naar Riquelle toe.
“Dochter, je bent ontboden bij de consul voor een belangrijke missie. Hij heeft je talent nodig.”
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

En Riquelle maakt kennis met Acheia haha xD


Verveeld keek Riquelle naar de stad die aan haar ogen voorbij trok. Haar nagels tikten op het zachte matras waar ze op lag en haar andere hand spande en ontspande zich in haar schoot. Het liefste had ze de zweep over de bediende gelegd, het was alsof ze expres zo langzaam liepen. Ze had een enorme hekel aan de draagstoel en ging veel liever te paard, alleen mocht dat niet van haar moeder. Dames reden geen paard. Gelukkig kwam het grote paleis van de consul al in zicht.
De mannelijke bediendes die de stoel droegen gingen gezamenlijk door de knieën en zetten haar veilig op de grond. Ze stak haar hand uit en wachtte totdat de voorste man het aannam en haar overeind hielp. Zonder nog om te kijken begon ze de marmeren trappen te beklimmen met haar tunica iets de lucht in zodat ze er niet op zou trappen. De voetstappen van de twee bedienden die haar volgden klonken op; de andere twee bleven de wacht houden bij de stoel.
Een wachter opende de poort met een buiging en ze knikte hem koeltjes toe bij het voorbijgaan. Wachters waren iets hoger dan bedienden, maar nog niet het aanspreken waard.
Binnen was het mooi, dat moest zelfs Riquelle toegeven, maar niet helemaal haar smaak. Ze zou kristallen en diamanten in de fontein hebben laten verwerken als ze zo rijk was als de cos, om zo het binnenvallende licht eer aan te doen. Ook zou ze een beeld van de godin in het midden van het waterbassin hebben laten zetten.
Ze wierp een licht minachtende blik op de loopjongen met het slordige haar die haar voorbijschoot en stapte de trap op die hij net kwam afgerend. Irritante kinderen, het leek hun dagtaak wel om haar telkens voor de voeten te lopen. Soms was het helemaal erg en durfden ze een grote mond op te zetten als Riquelle ze probeerde weg te jagen. Misschien dat heer Darrence iets aan hen kon doen.
Bij de rijkelijk versierde deur aangekomen die de toegang afsloot tot de kamer van de cos wendde ze zich tot de bedienden achter haar. “Jullie blijven hier wachten.”
Met haar rug naar hen toegekeerd klopte ze één keer op de deur en wachtte totdat iemand die voor haar zou openen. Het duurde allemaal veel te lang. Waarom had de consul gevraagd om haar als hij niet meteen de deur open kwam doen? Het was toch ongehoord dat ze tien seconden moest wachten!
De deur ging open en een bediende boog voor haar terwijl ze naar binnen stapte. Gelijk ging haar blik naar de vrouw in de kamer die ze niet had verwacht. Zwart haar was opgebonden in een staart, duidelijk niet het zorgvuldige werk van een bediende. De scherpe amandelvormige ogen staarden haar aan en het was duidelijk dat ze niet blij was met Riquelles komst.
“Vrouwe Riquelle,” zei de man die naast haar stond; heer Darrence. Een verwelkomende glimlach lag op zijn gezicht. “ Wat fijn dat je bent gekomen. Ik wil je voorstellen aan vrouwe Acheia.”
Riquelle moest zich inhouden om niet vol walging naar de vrouw tegenover haar te staren. Zij, een vrouwe? Dat mens zag eruit alsof ze geen enkele manieren kende en dan droeg ze ook nog eens een broek alsof ze gelijk stond aan een man!
“Vrouwe Acheia is een bewaarder,” ging de consul verder, niet verder verklarend wat een bewaarder was, maar dat hoefde ook niet. Zelfs de kleinste kinderen hadden gehoord van de elite krijgsmacht. Er werden mannen én vrouwen toegelaten en ze kregen de beste opleiding in de krijgskunst die er te vinden was op de Bovenwereld. Maar waar ze nog meer bekend om stonden was het feit dat ze geen tong hadden, niemand wist waarom. Langzaam begon Riquelle een akelig vermoeden te krijgen waarom ze was geroepen en de volgende woorden bevestigden dat.
“Jij zult haar tolk zijn op haar reis naar de Laaglanden.”
Riquelle ogen schoten wijd open. “Haar tolk?” Haar stem schoot iets de lucht in. “Maar ik wil niet naar de Laaglanden, het is daar zo vies en de mannen zijn zo… onbeheerst.” Er waren nog genoeg andere redenen waarom ze niet mee wilde, maar de gedachten tolden door haar hoofd en maakten het moeilijk om ze uit te spreken.
Heer Darrence lachte geruststellend. “Vrouwe Riquelle, er is niets om je druk over te maken. Acheia hier kan je prima beschermen.”
Als ik dat wil.
Riquelle hoorde met een schok de woorden aan die gesproken werden door een vrouwelijke stem. Maar ze had de lippen van Acheia niet zien bewegen en de stem was ook niet helemaal menselijk. IJl en ongrijpbaar, alleen te horen door oren die meer geluid op konden vangen dan de normale trillingen. Haar gedachten.
Riquelles mond viel open en met een ruk wendde ze zich tot de vrouw voor haar die een harde schoonheid bezat. “Als je dat wilt? Nee, ik ga niet mee.”
Abrupt wendde ze zich af en ze liep naar de uitgang van het vertrek toe, inwendig razend van woede. Hoe durfden ze haar zomaar iets op te dragen zonder enige vorm van overleg? En dan ook nog eens naar de Laaglanden. Daar woonden alleen maar vieze boeren zonder moraal en manieren, die niks leukers vonden dan de hele dag elkaars dingen stelen en, als ze in een goede bui waren, elkaar de hersenen in slaan. Ja, geweldig gezelschap, echt-
Een lemmet drukte vanuit het niets op haar keel en ze maakte een piepend geluidje van schrik.
Het was geen vraag of je mee wilde gaan.
Ondanks het mes, of wat voor wapen het ook was, dat tegen haar nek drukte, perste Riquelle haar lippen op elkaar. “Ik ga niet mee,” herhaalde ze bijna kinderachtig boos.
Het scherpe staal werd dichter tegen haar huid gezet, maar ze gaf geen krimp. De consul zou echt niet ermee instemmen dat deze gek haar zomaar op zijn kamer vermoordde alsof ze niets was. Ze was de dochter van één van de rijkste mannen van de stad!
De stem van heer Darrence klonk al snel, maar het waren niet de woorden die ze verwacht had. “Riquelle, je bent niet onvervangbaar aan het hof, ook al mag je dat misschien denken. Als je meer tegenspraak geeft laat ik Acheia haar gang gaan.” Hij stapte dichterbij, de warmte van zijn lichaam was maar op een vingerbreedte afstand. “En vertrouw me dat je niet haar eerste slachtoffer zult zijn,” vervolgde hij op lage toon.
Haar lippen waren bijna niet meer te zien terwijl ze woedend in Darrence’ richting keek. De gedachte om angst te voelen kwam niet eens bij haar op, zo geschokt was ze door zijn manier van haar behandelen. Hoe kon hij? Hoe durfde hij?
“Ik ga het tegen mijn vader vertellen en reken maar dat hij je tegenhoudt!”
“Wel, dat is dan geregeld. Ik zal een brief naar je vader sturen dat de moordenaars van zijn dochter zijn opgepakt en zullen hangen voor hun daden. Acheia, neem haar mee. Ik houd mijn kantoor liever schoon.”
Riquelles arm werd pijnlijk op haar rug gedraaid, net iets te ver zodat ze, om haar schouder te verlichten, mee moest lopen.
Wat? Nee, dat kon ze niet maken! Riquelle balde haar hand tot een vuist en zocht een uitweg zonder gezichtsverlies te lijden. Als er iets was dat ze haatte, was als ze gedwongen werd tot iets wat ze niet wilde doen en ze haatte het zelfs nog meer als ze terug moest komen op wat ze gezegd had. Zelfs als ze ongelijk had, of met de dood bedreigd werd.
“Wacht, stop,” riep ze naar een paar gedwongen stappen. “Ik ga mee, maar alleen als ik…” Wat wilde ze eigenlijk hebben? Ze dacht snel na en haar gezicht klaarde op toen er eindelijk iets te binnen schoot. “Als ik een paard van Laìr krijg.”
Die dieren waren wereldberoemd en ze had er altijd eentje willen hebben. Omdat ze van de Laaglanden kwamen waren ze zeldzaam, kreeg maar eens een paard zover dat het de hemeltrap opklom.
“Dat is goed. Vrouwe Acheia, Riquelle staat nu onder jouw begeleiding.”
Haar arm werd eindelijk bevrijd uit de pijnlijke greep en gelijk wreef ze over haar opgerekte schouder.
Kom mee, we gaan spullen pakken.
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 09 dec 2011 15:38, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

waaaaah je post te snel!!

hahah riquelle is nog steeds vreselijk xD haha
Oooh maar die laatste dialoog van Darrence heb ik veranderd.. want dat kan eigenlijk helemaal niet xD

dus die kan eruit :p of althans die wordt iets anders :P
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Ik heb allemaal zielen openstaan als worddocument xD ik moet toch echt eens een van de twee aan gaan passen haha xD okeee, nano staat weer open, tis tijd om te posten^^
@ Jodie: tis veranderd! En Riquelle is idd erg, maar ze wordt nog erger haha xD



Dat mens dat Riquelle had gedwongen om met haar mee te gaan, stond erop om dezelfde avond nog te vertrekken. Riquelle had het het liefste nog een paar dagen uitgesteld zodat ze van iedereen afscheid kon nemen, haar spullen goed in kon pakken en nog kon wennen aan het idee om naar de Laaglanden te gaan. De Laaglanden! Alleen levensmoeë gekken gingen daarheen. Jammer genoeg had één van Darrence’ lijfwachten toegezien op dat ze zo snel mogelijk haar spullen inpakte, dus had ze dat maar laten doen.
Met haar wenkbrauw hoog opgetrokken keek Riquelle naar de persoon voor haar die er nog even onvrouwelijk uitzag als vanochtend. Acheia droeg een losse broek, leren laarzen een strakke, leren buis. Een pijlenkoker en een boog staken boven haar schouders uit en naast een kromzwaard hingen er aan haar riem genoeg messen om de halve bevolking mee dood te steken. Wat was ze van plan, een oorlog beginnen?
De vrouw staarde net zo afkeurend naar Riquelles kleren als Riquelle dat bij haar deed. Wat zou dat mens nou weer te zeuren hebben over haar kleding? Riquelle had een wijnrode tunica aan die prachtig bij haar huid kleurde, speciaal zo gekozen om indruk te maken op die wilden die zich Laaglanders noemden. Dat Acheia zich naar hun niveau wilde verlagen moest ze zelf weten, dat zou zij niet doen.
Ik mag hopen dat je betere kleren in je tas hebt zitten.
Acheia’s blik ging naar de tas die naast Riquelle op de grond stond. Oké, toegegeven, hij was een beetje groot, maar dat zou geen ramp moeten zijn. Trouwens, ze moest niet zeuren, de bedienden die alles klaar hadden gezet hadden de helft er al uit moeten halen, dit was al een stuk minder dan ze eerst had bedacht.
Hoe ze dat ding gaat meezeulen? De goden mogen het weten.
Riquelle had de eerste opmerking genegeerd, maar deze kon ze niet over haar kant laten gaan. “En wat wil je dan? Dat ik er net zoals jou uitzie? Eén van ons moet klasse vertonen en laten zien dat wij verheven Bovenwerelders zijn.”
Hm, we zullen zien wat de wezens van het bloedwoud van jouw verhevenheid vinden.
Zonder nog aandacht aan Riquelle te besteden liep Acheia naar de boog toe die het einde van de Bovenwereld aangaf. Riquelle had de stenen constructie de tijd dat ze hier was met succes genegeerd, maar nu kon ze er niet meer omheen. Ze zou naar beneden moeten gaan met dat mens dat alleen maar kon zeuren als reisgenoot. Naar de Laaglanden. Waar niemand enig moraal had. De rillingen liepen over haar rug bij de gedachten alleen al.
Ze perste haar lippen op elkaar en stak haar neus iets de lucht in. Ze zou de wachters die om de boog van Anor stonden niet laten zien hoe bang ze in werkelijkheid was.
Zonder haar blik van de enorme boog af te wenden, ging ze door haar knieën en pakte de tas vast om hem over haar schouders te gooien. Het ging iets moeizamer dan verwacht en wankelend onder het gewicht begon ze naar de rand van de Bovenwereld te lopen, de neiging onderdrukkend om snel weg te rennen zodat ze hier kon blijven. De wachters zouden haar zo weer tegenhouden.
Statig als een koningin schreed ze naar de boog toe terwijl de zenuwen door haar buik gierden. Een gigantisch uitzicht strekte zich bij elke pas die ze zette verder uit en bij de afgrond aangekomen kon ze alleen maar naar beneden staren. De angst die door haar maag stroomde leek zich in haar benen te hebben vastgezet zodat ze zich niet meer kon verroeren.
Onder haar was een groenbruine massa bomen te zien van het bloedwoud dat aan de randen overliep tot een duistere massa waarvan ze niet precies wist wat het was. Enkele bergketens vielen als witte, grillige stippen op langs de randen van de wereld beneden haar. Enorme vlaktes met alleen maar gras als begroeiing lagen om het woud heen. Ergens achter in haar hoofd registreerde ze dat het prachtig was, maar elke gedachte aan de schoonheid beneden haar verviel toen ze de trap zag. Goden, hoe zou ze het ooit overleven?
De treden zweefden onder elkaar zonder dat ze met elkaar verbonden waren. Geen leuning, geen steun, niet eens een touw. Welke idioot had dit zo gemaakt?
Riquelle wist het antwoord al voordat ze de vraag zelfs maar had gedacht. Magiërs. Die mensen waren zo oliedom, dat was niet meer normaal. Niemand die ook maar na kon denken zou een trap bouwen zonder leuning. Als ze zo oppermachtig waren, waarom waren ze dan niet op het idee van tenminste een touw gekomen? Ze moest toegeven, het zag er zo wel indrukwekkend uit, treden die zweefden in het niets, maar hadden ze er ook maar over nagedacht dat mensen zonder ook maar een greintje magie hier ook overheen moesten? Waarschijnlijk niet.
Haar handen klemden de hengsels van haar tas nog steviger vast en ze dwong zichzelf om een stap te zetten. Ze zou Acheia niet laten zien dat ze bang was dat ze naar beneden zou vallen.
Zodra ze uit de relatieve luwte kwam die de Bovenwereld haar bood, viel de wind haar met sterke vlagen aan. Bijna verloor ze haar evenwicht en zag ze de gapende afgrond huiveringwekkend dichtbij komen, maar ze wist het nog net op tijd te herstellen. Met kloppend hart schuifelde ze verder naar beneden.
Een paar treden onder haar liep Acheia met opgeheven hoofd verder, alsof ze elke dag een trap zonder leuning afdaalde. De wind speelde zachtjes met de plukjes die uit haar vlecht ontsnapt waren. Bij Riquelle kolkten haar haren als een blonde wolk om haar hoofd heen en verslechterde haar zicht. Bij elke stap moest ze het wel een keer naar achteren strijken. Ze wist het zeker, de wind had een hekel aan haar.
Stapje voor stapje kwam ze steeds dichterbij de veilige grond. Ze hield haar blik de hele tijd gericht op de veilige stenen van de trap en zeker niet op de duizelingwekkende afgrond onder haar. Ze wist zeker dat, als ze zou kijken, ze gelijk het uitzicht van heel erg dichtbij zou zien terwijl ze gillend naar beneden viel.
Na wat voor haar gevoel eeuwen waren waagde ze even een blik naar onderaan de trap en zag dat de tweede boog al een stuk dichterbij was dan ze had gedacht. Een verheugde glimlach kwam op haar gezicht en ze versnelde haar passen. Nog maar een paar treden…
De laatste paar stenen hervond Riquelle haar statige houding en rechtte ze haar schouders die nu al pijnlijk aanvoelden onder het gewicht van haar tas. Die Laaglanders zouden weten met wie ze te maken hebben, ze zou ze niet laten zien hoe ontzettend bang ze was terwijl ze de hemeltrap afdaalde.
Met haar wenkbrauwen lichtjes opgetrokken ontmoette ze de blikken van de wachters die zo mogelijk met nog meer waren dan bij de boog van Anor. Dit waren de eerste wilden die ze ontmoette en ze moest toegeven, ze zagen er nog netjes uit. De kleren waren heel en ze stonden in een keurige formatie, maar ze waren dan ook officieel Bovenwerelders. Eigenlijk telden ze niet als eerste wilden.
Ze glimlachte ze koeltjes toe terwijl ze langs hen liep, een lach die gelijk verdween toen ze zag hoe ze door iedereen nagestaard werd. Iedereen, man, vrouw of kind staarde haar openlijk aan alsof ze een monster was. Even was ze erdoor uit het veld geslagen, maar al snel had ze zich herpakt. Deze arme mensen hadden waarschijnlijk nog nooit een beschaafd iemand gezien, geen wonder als je zag wie de consul als bodes erop uitstuurde. Acheia zag er niet echt als een Bovenwerelder uit.
Riquelle stapte snel achter haar medereiziger aan, niet van plan om haar kwijt te raken in het kleine dorpje. Hier woonden de families van de soldaten. De huizen waren klein en van hout en leem gemaakt. Het zag er allemaal heel primitief uit, alsof ze eeuwen achterliepen in hun ontwikkeling. Alles leek wel vies te zijn, zelfs de platgestampte aarde leek er grauwer en modderiger uit te zien dan ze zich kon herinneren. De Laaglanden was geen plek voor mensen zoals zij.
Acheia keek niet op of om en liep rechtstreeks naar de stenen muur die hoog boven alle gebouwen hier uittorende. Hij was zeker vijf meter dik en er was een enorme poort ingebouwd waarboven een inscriptie was gehangen. De letters waren met een felrode kleur erop gezet. Riquelle huiverde bij het zien ervan. Opgedroogd bloed.
Met haar mond iets openhangend las ze de dreigende inscriptie en voelde hoe de haartjes op haar armen overeind kwamen.
Betreed deze wouden met angst gevulde harten. Hoogmoed zal vlees verslinden tot bloed een waarschuwend spoor voor de volgende achterlaat. Vrees ons en wandel gebogen, smekend om genade
Riquelle perste haar lippen opeen en moest zich inhouden om haar hand niet voor haar mond te slaan. Was het waar wat hierop stond? De donkerhouten poort zag er nu opeens een stuk dreigender uit dan eerst. Ze wierp een blik naar achteren waar iedereen haar leek aan te staren, benieuwd naar haar reactie. Het liefste was ze op één van hen afgestapt om te vragen of die woorden wel echt waar waren.
Klaar om te gaan?
Met een ruk draaide ze zich om naar Acheia die haar met licht leedvermaak in haar ogen aankeek. “Dat meen je niet? We moeten nog paarden hebben en proviand. Kunnen we niet even uitrusten en morgenochtend vroeg gaan?”
Het leedvermaak verdween en maakte plaats voor een harde schittering.
We gaan nu. Paarden hebben ze hier niet voor ons en proviand is er genoeg in het woud.


Edit; aangepast na Maaikes feedback
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 10 dec 2011 20:37, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Je post inderdaad te snel! Haha, maar wel weer leuke stukjes. Ik heb geen fouten kunnen ontdekken :] Je maakt het wel spannend en ik ben blij dat er nu dingen gaan gebeuren en zo. Dat werkt beter voor mij dan een inleiding van meer dan 20 pagina's zoals je in veel boeken ziet.
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey!

Ik ben het met Silena eens, dat je best een tandje rustiger mag posten. Zo'n heel stuk achter elkaar lezen is natuurlijk heel leuk, want dan zit je lekker in het verhaal, maar toch gaat het te snel in combinatie met schoolwerk ;)

Trouwens, ik vind het niet erg hoor dat je toevallig dingen uit boeken en films hebt die ik heb gezien. Ik vind het wel grappig, ik ga heus niet denken dat je onbewust stiekem dingen overneemt hoor ;) In de laatste drie posts heb ik ook geen herkenning gevonden :P

Ik vind dat je die trap echt gaaf hebt bedacht! En ook hoe je omschrijft hoe het bos er van boven uit ziet. En dan nog die poort! Voor iedere bovenwerelder die beneden is, nog even een waarschuwing voor al die vreselijke wilden buiten de poort! (Net zo'n film waar een infectie is uitgebroken en iedereen die gezond is, in zo'n kamp veilig zit opgeborgen ^_^ Hehe.. ohoh toch een herkenningspunt, ver verstopt :P )

Een tijdspuntje:
Saskjezwaard schreef:Was het waar wat hierop staat?
Ik geloof dat 'staat', 'stond' moet zijn, aangezien je verhaal in de verleden tijd is ;)

Ga zo door!

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Mooonie
Vulpen
Vulpen
Berichten: 325
Lid geworden op: 11 sep 2011 14:12
Locatie: Hoorn

Hee!

Het wordt steeds leuker! Ik ben benieuwd hoe de verhaallijnen elkaar straks gaan kruisen. Ik heb één foutje ontdekt waar ik over struikelde tijdens het lezen:

Ergens achter in haar hoofd registreerde ze dat het prachtig was, maar elke gedachte aan de schoonheid beneden haar verviel toen ze de trap zag.

Volgensmij hoort 'haar' er niet tussen.

Schrijf snel verder!
Amarious
Balpen
Balpen
Berichten: 105
Lid geworden op: 01 mei 2011 16:16
Locatie: Berkel en Rodenrijs.

Je post zeker snel naar elkaar, ik heb net drie stukjes achter elkaar moeten lezen :D.
Ik moet zeggen dat ik er wel steeds meer in begin te komen, en het wordt steeds leuker. De wisselwerking tussen Riquelle en Acheia is zeer leuk gedaan en belooft veel goeds voor verder in het verhaal.
Ik kan niet wachten op het volgende stukje. Oh, wacht dat sluit niet echt goed aan op wat ik net zei hè :P Ach je begrijpt wat ik bedoel.
Love the life you live so you can live the life you love.
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Hey Maaike dat waren mijn ideeeen!!! * gromm xD claimed! wahahah * oke, de trap was van Saskia --' Her bordje van mij * gemene gniffel :P *

Ik vind het nog steeds geweldig om te zien hoe Riquelle alles weer anders ziet als Acheia xD, ze zijn echt te verschillend :P haha. Net zoals dat opgedroogde bloed xD haha,

Ze zal snel genoeg leren hoe ze met het bos moet omgaan * wiebel wenkbrauwen *, niet dat ze er veel van leert xD.

Nou mensen ik zal Saskia even terughouden door nog even te wachten met mijn volgende stukje xD, hij is nog niet af! sorry xD haha.
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Silena: Haha, nu vergeet ik zelf om weer een nieuw stuk te plaatsen haha xD ik zal eens in de drie dagen posten, is dat een beter postritme?
@ Maaike: Tja, om eerlijk te zijn is zo ongeveer alles wat in dit stukje met Acheia en Riquelle is geschreven, eerst door Jodie geschreven, ik liep een beetje achter met mijn stukjes. Nou ja, eigenlijk liep zij veel te ver voor haha xD die tekst is van haar en de beschrijving van de trap eigenlijk ook, hoewel het idee wel van mij was, maar mijn trap zag er anders uit :P wat eh... vrolijker met bloemetjes enzo haha xD
And you're right, ik heb het gelijk verbeterd!
@ Moonie: Hmm, ik weet het niet zeker, volgens mij kan het nml wel. Het is om aan te geven dat de schoonheid beneden haar is. Maar heel erg bedankt voor je reactie :D
@ Amarious: We zijn heel goed in onze karakters tegen elkaar opstoken haha xD ik heb wel het idee dat het de echtheid van een gesprek goed doet, omdat het toch twee mensen zijn die tegen elkaar 'praten'. Het is wat minder geregisseerd. Misschien een idee om met iemand te doen, kijken of het lukt?
@ Jodie: haha, jaa, dat bloed was expres xD ik zag jou het neerzetten en dacht: oeh, dat is iets voor Riquelle om te vinden :P
En dit is het laatste karakter dat geïntroduceerd wordt, but don't worry, de verhaallijn blijft hetzelfde. Het is alleen maar voor 1 keer vanuit iemand anders geschreven....
--------------------------------------

~Hoofdstuk 4~



Zonlicht kwam door de kleine spleetjes en barsten die in de luiken zaten heen en kroop over het gezicht van de man. Hij vertrok zijn mond even, zijn ogen rolden onder de dichte oogleden en spiertjes trokken samen in zijn handen. Grommend draaide hij zich om en werd wakker.
Arkyn opende zijn ogen en keek naar het houten plafond waar verschillende kruiden hingen te drogen. Langzaam duwde hij zichzelf overeind en veegde met zijn hand langs zijn mond. De kopersmaak van bloed lag op zijn tong.
Hij spuugde op de grond en keek naar zijn kussen dat opgevuld was met stro. Een opgedroogde dieprode vlek was te zien op het grauwe linnen. Hij trok de kussensloop eraf, draaide hem binnenstebuiten en zag dat daar ook wat plekken zaten van een vorige nacht. Schouderophalend gooide hij hem op de stapel vuile was in de hoek.
De man zwaaide zijn gespierde benen over het bed en kwam overeind. Hij hoefde niet in de spiegel te kijken om te weten dat hij er niet goed uitzag, zo voelde hij zich ook niet. Zijn hand wreef even over zijn wang en de stoppels schaafden over zijn huid. Hij moest zich nodig weer eens scheren.
De bewegingen waarmee hij zijn kleren aantrok, wat brood opdiepte uit de kast en het op begon te eten verraadden een ingesleten ritme wat hij waarschijnlijk jarenlang had gevolgd. Zijn blik was gericht op het houten tafelblad dat was ingelegd met barstjes van ouderdom, maar hij zag geen enkel detail. Nietsziend staarde hij voor zich uit, terwijl geen enkele gedachte in zijn hoofd opkwam.
Zo bleef hij zitten totdat het geluid van een hoorn door de lucht sneed. Nu pas ging er een stoot energie door Arkyn heen en kwam hij overeind. Hij liep rustig naar de stoel waar zijn zwaard tegenaan stond en gordde het wapen om. Aan de muur hing een boog en ook die nam hij mee. Het was gevaarlijk in het woud dat het dorp omringde.
Zonlicht scheen fel in zijn ogen toen hij naar buiten stapte, de viezigheid van het dorp in. De platgestampte aarde werd af en toe onderbroken door wat plukjes gras en een paar kleine moestuinen, verder groeide er niet veel. De huizen die er stonden waren niet veel soeps, van hout en leem gemaakt en ze zagen eruit alsof ze een sterke storm niet zouden overleven. Dat deden ze ook niet en na zulk noodweer moesten de bewoners altijd hun huizen opnieuw opbouwen. Gelukkig duurde dat niet al te lang.
De meeste mensen waren al aan het werk en het was druk buiten. Kinderen speelden onder luide schreeuwen met elkaar en renden tussen de huizen door. De volwassen waren bezig met hun dagelijkse taken, zoals schoenen lappen, de moestuin bewerken of hoefijzers smeden. Arkyn hield zich niet bezig met deze gewone dingen, zijn taak was om Bovenwerelders te rapen. De hoorn die had opgeklonken was voor hem geweest.
Hij groette de paar mensen die hem vrolijk goedemorgen wensten met een koel knikje terug. Een man van weinig woorden en net zo weinig vriendelijkheid. Ook andere emoties waren hem vreemd, hij was ze jaren geleden kwijtgeraakt tijdens een gebeurtenis die hij zich alleen in zijn dromen kon herinneren. Eenmaal ontwaakt glipten de herinneringen weg als water tussen vingers door gleed. Ontastbaar en niet tegen te houden.
Een enorme houten palissade beschermde het dorp tegen aanvallen van buitenaf. Dit was één van de weinige permanente nederzettingen die meer dan tien jaar overeind stond en de bewoners begonnen stilletjes aan te geloven dat het voor altijd zou blijven. De meeste dorpjes overleefden het namelijk niet door de maandelijkse aanvallen van de magische de wezens in het bos.
De poort was gesloten, overdag ging bijna niemand in en uit het dorp. Alleen ’s ochtend werden de boeren onder zware bewaking naar hun akkers begeleid en ’s avonds weer terug. Op hun land waren de meesten veilig door de magie die eromheen lag. De magiër van het dorp had echter niet genoeg kracht om ook het dorp te beschermen en had een keuze moeten maken.
Een lange, gespierde man met een gebutste helm en een leren borstkuras om zwaaide kort naar Arkyn. “De poort moet zeker open?”
Arkyn knikte en bleef voor de man stil staan. Hij moest zijn hoofd in zijn nek leggen om in de groene ogen te kijken. “De hoorn riep.”
“Liever jij dan ik. Je kent de code, twee lange, één korte en een roffel op de deur om je binnen te laten.”
Arkyn knikte, natuurlijk wist hij dat nog. Het was een extra voorzorgsmaatregel, er liepen wezens buiten rond die intelligent genoeg waren om verschillende combinaties uit te proberen. Er werd ook altijd naar het gezicht gekeken, maar dat was niet altijd even betrouwbaar. Het aannemen van andermans uiterlijk was niet iets wat zelden voorkwam.
De wachter haalde de houten balk weg voor de poort en trok een vleugel op een kier die net groot genoeg was om een volwassen man er doorheen te laten. Arkyn glipte naar buiten en vervolgde gelijk zijn weg zonder om te kijken naar de poort waarbij de balk met een harde klap op zijn plaats schoot. Angst was hem onbekend.
Het pad dat vanaf het dorp het bos inliep was breed en veelgebruikt door de dagelijkse tocht van de boeren. Tien meter het woud in splitste het zich tot een aangestampt en een kleiner, nauwelijks zichtbaar pad. Dat werd alleen gebruikt door de paar reizigers die zich door het woud waagden en door Arkyn als hij weer eens een Bovenwerelder moest redden.
Hij haalde zijn boog van zijn rug af en pakte een pijl uit de koker. Zijn ogen schoten van links naar rechts, elke keer als hij een stille stap zette. Hij was geoefend in het zich verplaatsen zonder enig geluid zodat hij het gekraak of gefluister van aanstormende wezens goed kon horen. Het had hem al meerdere keren gered.
De wouden rond het dorp waren dicht en duister; er viel weinig licht tussen de grote bladerdaken van de bomen. De meesten waren oud en staken hoog de lucht in, de stam verwrongen en vol met knobbels. Alleen al het zicht van de bomen was voor sommigen angstaanjagend.
Het was doodstil in het woud, geen enkel blaadje bewoog, geen enkel struikje ritselde, er was alleen geluid te horen als hij zijn voet onvoorzichtig neerzette en een takje brak. Arkyn wist dat er wel dieren rondliepen, maar die kwam je pas vanaf een cirkel van twee mijlen tegen vanaf het dorp gezien. Rond elke bewoonde nederzetting was een laag van wezens die op mensenbloed aasden waar de normale wouddieren niet tegenop konden boksen. Zij waren de ogen die hij af en toe zag glinsteren tussen de schaduwen die in het bos speelden.
Een ijzige gil verbrak de stilte en werd al snel gevolgd door het geluid alsof een everzwijn door de struiken heen stormde. De sluippas van Arkyn werd verhoogd tot een rennen. De geluiden waarmee de Bovenwerelder was neergestort waren ver in de omtrek te horen en was als een magneet op de wezens in het woud. Het was zijn taak om de Bovenwerelder veilig in het dorp te brengen en dat lukte niet als hij alleen het uiteengereten lichaam vond.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Leuk stukje weer :] Ik heb er niet zo veel over te zeggen eigenlijk. Geen fouten kunnen vinden, loopt lekker door.

Eens in de drie dagen lijkt me inderdaad wel wat, of eens in de twee dagen :] En natuurlijk kan het een keer voorkomen dat je wat vaker post, omdat je het ons zo graag wilt laten lezen, haha, maar als je iedere dag een of twee stukken post is dat echt te veel voor mij ;]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Serieus Saskia, trap met bloemetjes :? No waay xD hahah, ik doe zwevende treden veel cooler :D :mrgreen: mughwhhaha :P

Jeeeh Emo man :D ik heb nog wat voor hem bedacht maar ik zal dat even in een pbtje sturen :)

Jij bent echt beter in dit soort dorpjes beschrijven dan ik xD,
Ik ga Kyta's stuk trouwens nog al veranderen :p maar dat zul je nog wel lezen :)

Mijn heup doet trouwens geen pijn meer :D jeeh ik kan weer lopen xD...

geef me eens wat inspiratie, echt schrijven wil niet :( snik snik.. Ahg zo de voice maar kijken :p misschien helpt dat wel xD,

Ik loop trouwens een karakter op jou achter :evil:
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

@ Silena: Ha, dan zal ik binnenkort weer wat vaker stukjes posten, als Niehic weer aan de beurt is^^ mijn favo karakter haha :P
@ Jodie: zo erg waren de bloemetjes helemaal niet, kijk maar:
Afbeelding
Valt toch wel mee qua zoetsappigheid? Oké, ik moet toegeven, jouw trap is leuker, heeft meer sfeer^^ maar welke idioot maakt er nu geen trapleuning of vangnet bij zwevende treden :P
Tja, ik ben gewoon sneller met karakters posten, je maakt je stukjes veel te lang :P of ik kan beter plannen, jaah die doe ik, dan kom ik er beter uit :D ik kan beter het introduceren van mijn karakters plannen dan Jodie, jeej voor mij^^
En er gaan verhaallijnen kruizen....

--------------------------------------------------------------------------------------------


Lilana sloeg haar handen voor haar mond om de gillen die ongewild uit haar bleven stromen te dempen. Ze kon niet rustig blijven, al haar ledematen trilden van de angst die door haar heen stoof, wat ervoor zorgde dat ze nog verder in de wirwar van takken wegzakte waar ze in gevallen was. Zweet stroomde over haar gezicht heen en het leek net alsof er een band over haar voorhoofd was gelegd die elke seconde strakker werd aangetrokken. Ze ging dood, ze ging nu echt dood!
Het bos om haar heen was duister en overal leken er wel wezens verborgen die haar elk moment konden bespringen. Bij elke beweging schoot haar hoofd in de richting waar ze iets meende gezien te hebben, maar telkens was er niets. Toch bleef ze het gevoel houden dat ze bekeken werd. Bij elke ademteug voelde ze zichzelf zenuwachtiger worden.
De vleugels aan haar schouderbladen waren in het niets opgelost zodra ze de boom raakte waar ze nu in vastzat, waardoor ze ook niet eens naar beneden zou komen als ze zichzelf kon bevrijden. De takken hadden haar rokken vastgehaakt en het lukte haar niet met haar trillende vingers om ze los te krijgen.
Haar hijgende ademhaling was het enige geluid wat ze hoorde naast het gekraak van de afbrekende takjes. Het maakte haar nog banger. In de bossen waar ze in de Bovenwereld doorheen had gelopen, had ze vogels horen fluiten, de vleugels horen klapperen toen ze opstegen, had ze wilde dieren horen scharrelen tussen de bladeren. Nu was er niets terwijl ze zeker wist dat hier wezens waren.
Ze was bijna blij toen er geritsel van de struikjes afkwam totdat de gedachte haar besprong dat er nu werkelijk een woudwezen aan zou komen. Een licht gevoel kwam op in haar hoofd dat ze met veel moeite weer wist uit te bannen.
Snel verhoogde Lilana het geruk aan haar jurk om tenminste niet hulpeloos als een hapklaar brok vlees in de lucht te hangen. Waarom had de consul haar geen wapen meegegeven? Dan had ze zichzelf tenminste kunnen beschermen.
Een scheurend geluid vulde de lucht en even kon ze alleen maar verstijfd naar de lap stof in haar handen kijken. Kapot. Totdat de stampende geluiden weer tot haar doodrongen en ze nog harder aan haar jurk begon te trekken. Ze moest los!
Nu was ook de beweging van het wezen zichtbaar. Een bebladerde tak werd opzij gebogen en het stapte de open plek op. Gelijk staakten haar bewegingen en voelde ze hoe opluchting haar overspoelde. Het was een man, geen monster.
Hij had kort, zwart haar dat vanaf zijn slapen overliep in een korte stoppelbaard, iets wat ze nog nooit had gezien. Mannen op de Bovenwereld scheerden hun kaken ofwel glad, ofwel niet, maar dan was hun baard lang en goed verzorgd. Van deze slordige variant wist ze het bestaan niet eens af.
Zijn schouders waren breed en gespierd, net zoals de rest van zijn lichaam. In zijn hand hield hij een gespannen boog vast waar een pijl op lag. Ineengedoken liet hij zijn blik over de bosjes glijden die onder de boom uitstrekten voordat hij naar haar omhoog keek. Gelijk werd Lilana’s ademhaling weer gejaagder.
Mannen van de Laaglanden stonden bekend om hun immoraliteit. Wat zou hij met haar van plan zijn? Beelden van verkrachting of zelfs moord doken in haar gedachten op en ze begon weer pogingen te ondernemen om haar jurk te bevrijden.
“Rustig, vrouwe, ik ben hier om u te beschermen.” De brommende stem die klonk alsof hij vanuit zijn tenen kwam in plaats van uit zijn mond was ronduit angstaanjagend. Niet door de laagte van zijn stem of door zijn voorkomen, maar door de emotieloze intonatie waarmee hij sprak. Als een parodie op de geruststellende woorden die hij sprak.
Lilana wierp een blik naar beneden en zag dat hij naar de boom was geslopen zonder dat ze zelfs maar een voetstap had gehoord. Haar ogen sperden zich wijd open en snel richtte ze zich weer tot haar tunica die ze bijna los had. Nog één tak…
Ja! Snel sprong ze overeind en greep zich vast aan de bladeren die rijkelijk om haar heen groeiden. Te haastig, brekende geluiden klonken op en met een misselijkmakend gevoel viel ze langzaam achterover. Haar handen graaiden naar houvast, maar vonden niks anders dan kleine takjes die meegaven in haar val. Gillend schoot ze op de grond af en belandde met een klap op de aarde waar ze even versuft bleef liggen voordat ze de pijnsignalen had ontcijferd die haar enkel naar de rest van haar lichaam stuurde.
“Gaat het.”
De onverwachte stem naast haar deed haar abrupt opkijken en ze schoot gelijk naar achteren wat haar een steek in haar enkel opleverde. Boven haar torende de man uit waarbij ze nu pas kon zien hoe gespierd hij eigenlijk was. Hij leek bijna breder te zijn dan dat hij lang was.
Hij stak zijn hand uit die er ruw en groot uitzag. Lilana’s blik schoot naar zijn gezicht wat er niet knap uitzag, daarvoor was zijn neus te plat en zijn ogen net iets te klein. Er lag geen enkele emotie op, geen dreiging, geen vriendelijkheid, zelfs geen geamuseerde glinstering in zijn mosgroene ogen. Het was vreemd om te zien, maar het was beter dan begeerte.
Ze slikte de brok in haar keel weg en legde haar hand in de zijne. Hij voelde warm aan. In één keer trok hij haar overeind op haar voeten, waar ze gelijk doorheen zakte en weer was gevallen als hij haar niet snel onder haar oksel had gesteund. Met zijn hulp ging ze recht staan zonder gewicht uit te oefenen op haar gewonde voet.
“Dank je.” Ze beet op haar lip en keek hem aan. Nog steeds geen enkele emotie.
“We moeten gaan voordat het gevaarlijk wordt.”
Lilana knikte, dat was misschien wel verstandig. Zonder haar te waarschuwen lagen zijn handen opeens om haar middel en werd ze in één keer opgetild alsof ze niet lichter was dan een klein vogeltje en over zijn schouder gelegd. Hij gaf haar niet de kans om tegen te stribbelen, maar begon te rennen, terug naar waar hij vandaan kwam.
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 21 dec 2011 16:57, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey!

Die nieuwe personage is leuk bedacht! Toch sociaal dat ze iemand gevonden hebben die verbannen bovenwerelders wil helpen, haha. Eigenlijk dacht ik dat Niehic haar zou helpen, omdat in het begin van het verhaal hij iets zag en toen op weg ging. Nice suprise ^_^

Ohjaa, ik vind dat Jodie en jij allebei de wereld steeds heel mooi omschrijven! En het contrast tussen boven en beneden hebben jullie erg goed uitgewerkt :D

Een feedbackpuntje:
Saskjezwaard schreef:Een licht gevoel kwam op in haar hoofd dat ze met veel moeite weer wist uit te banen.
Is het niet "iets uitbannen" in plaats van 'banen'?

Ga zo door!

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

oeps ik moet nog steeds sturen wat ik voor Arkun had bedacth :P waaah ik hou je niet bij met posten! Ik moet ngo een stuk van Kyta en dan Ynisa nog --'fuck.. xD haha

Ik vind Arkyn nog steeds leuk en Lilana ook :P hehe ze hebben allebei een heel dudielijk karakter ;p maar dat heeft opzich ierdereen wel in dit verhaal :P hehe.
Oke, ik ga nu niet zeggen ga maar door want ik moet even inhaal sprong nemen :p

Dus wait!!!
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Haha wat een grappig stukje :] Ik heb verder geen foutjes kunnen vinden (goh, alweer niet) en je schrijft weer fijn ;] Verder heb ik momenteel niet zo veel te melden, haha. Behalve dat ik deze manier van posten echt een stuk beter vind :]
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

Yes, methodenleer gehaald :D dat mogen we vieren met een nieuw stukje^^
@ Maaike: de Bovenwerelders zijn aardig he :P En Niehic komt idd nog even voorbij, maar hij gaat niet helpen. Ligt niet in zijn aard^^
Jupjup, u heeft gelijk, t moet inderdaad bannen zijn. Tis veranderd =)
@ Jodie: En je hebt het nog steeds niet gestuurd :gr: ik wist dat ik vergeetachtig ben, maar jij spant op dit moment de kroon :P jeeej, kan ik het een keer van een ander zeggen haha xD Je bent te sloohooom :P
@ Silena: HAha, leuk dat je het grappig vindt xD ik hooouuu van overdrijven^^
Zo, en nu weer terug aan het werk --' na dit stukje komt Niehic weer, jeej :D
---------------------------------------------------



Slap als één van de lappenpoppen waar haar zusje graag mee speelde hing Lilana over de brede schouder van haar redder. Ze had haar protesten al lang opgegeven, niet alleen omdat ze nutteloos waren, maar vooral omdat de man haar erop had gewezen dat ze woudwezens aantrok. Gelijk had ze haar mond gehouden en had ze niet meer tegengestribbeld.
Met de minuut voelde haar lichaam beurser aan en het hielp niet mee dat ze met elke pas door elkaar geschud werd. Maar ze hield haar mond dicht, ze zou niet klagen. De man die haar droeg zag er niet uit alsof hij er dan rekening mee zou houden en ze wilde niet overkomen als een huilebalk, ook al was ze dat stiekem wel. Nu moest ze laten zien dat ze sterk was, anders zou ze het nooit overleven in de Laaglanden.
Toen ze in de gevangenis zat en haar vonnis haar duidelijk was geworden, had ze gevraagd om wat boeken van de Laaglanden zodat ze wist wat ze kon verwachten. Tot haar grote verbazing was de consul zelf haar die boeken wezen overhandigen. Ze had de mogelijkheid aangegrepen om hem te vragen hoe ze ooit terug zou kunnen komen naar de Bovenwereld, niet om verder te gaan met de opstand, maar om haar geliefden weer te zien. De opstand lag haar toch niet aan het hart, het was haar opgedrongen. Heer Darrence had haar niet geloofd, maar hij had het haar toch verteld. Je moest uitspringen qua gedrag en een prestatie hebben verricht die het leven van de Laaglanders verrijkte.
Het smalle zandpad waar haar redder op liep verbreedde zich tot een platgestampte weg die zo breed was dat twee karren elkaar makkelijk konden passeren. Kennelijk kwamen ze dichter bij de beschaving.
Haar redder versnelde zijn pas en Lilana werd nog erger door elkaar geschud. Ze kon alleen maar bewondering voor hem hebben, ze was dan niet zo zwaar, maar hij had een kwartier gerend zonder zijn tempo te vertragen. Ze kon zich geen enkele man in de Bovenwereld voorstellen die hetzelfde voor elkaar zou hebben gekregen.
Het bos week steeds verder van het pad af totdat het opsplitste in twee halve cirkels en ze een open plek oprende waar alleen gras groeide. De man pakte haar bij haar middel vast en zette haar voorzichtig op de grond. Zijn blik schoot even snel over haar lichaam om te zien of er schade was voor hij zijn arm aanbood. Met een dankbare glimlach nam ze die aan.
Voor haar strekte een enorme houten palissade zich uit naar links en naar rechts. Een brede strook kortgehouden gras volgde de muur en verdween uit het zicht. Lilana had gelezen dat dit de manier was waarop elk dorp in de Laaglanden was gebouwd. Een muur, het liefst van steen, om het dorp te beschermen tegen invallen en een onbegroeide strook zodat mogelijke aanvallers goed te zien waren. Het liefste werd het dorp op een heuvel gebouwd, maar dit bos zag er daarvoor te vlak uit.
Met haar redders steun hinkte Lilana naar de houten poort toe die gesloten bleef. De man begon in een bepaald ritme op de deur te kloppen, twee lange, één korte en een roffel. Gelijk schoot het kleine luikje dat in de deur verwerkt zat open en staarden twee groene ogen naar buiten. Ze bleven even op Lilana hangen voor de eigenaar naar achteren stapte en het luikje weer dichtsloeg.
Krakend ging de poort op een kiertje open zodat Lilana en haar redder naar binnen konden lopen en ze het dorp kon zien. Het was heel anders dan de orde in de Bovenwereld, hier waren alle huizen naast elkaar gebouwd zonder een duidelijk patroon. Geen van allen was van steen of marmer gemaakt, alles was van hout wat versterkt was met een soort bruine klei, en er lag een rieten dak op.
“Zo, jij bent dus de Bovenwerelder die naar beneden is gevallen?”
De geamuseerde stem van de wachter leidde haar aandacht af van het dorp naar de man voor haar. Ze moest haar hoofd in haar nek leggen om hem aan te kijken. Eigenlijk had ze gehoopt dat iedereen zo groot was als haar redder –hij was maar een halve kop groter dan zij-, maar deze man was echt een reus. De gedeukte stalen helm verborg het grootste deel van zijn gezicht, alleen de groene ogen waren zichtbaar, net zoals de vierkanten kin. Zijn blik gleed langs haar lichaam, bleef even hangen bij haar borsten voordat hij, duidelijk teleurgesteld, naar haar gezicht keek.
Lilana moest de neiging onderdrukken om haar handen in haar zij te zetten en hem uit te schelden. Ze wist dat ze niet de mooiste was. Haar heupen waren niet rond en haar borsten waren ver te zoeken, haar neus was te breed en haar mond te smal. En dan had je ook nog de ogen die de kleur van modder hadden en het haar dat, zonder het vet dat het temde, gelijk een pluizige wolk werd. Fijn dat de wachter haar daarop gewezen had. Hoewel… eigenlijk moest ze daar blij om zijn, dat betekende dat ze niet verkracht in een steegje werd achtergelaten.
“Ja, dat ben ik,” zei ze uiteindelijk op een rustige toon. “Mijn naam is Lilana, hoe heet jij?”
“Perr.” Hij wendde zich gelijk grijnzend tot haar redder. “Zo, Arkyn, heb je weer eens voor rijdier moeten spelen?”
Nu ze van Perr naar Arkyn keek viel het verschil tussen beide mannen nog meer op. Arkyn was klein en had een donkerbruine huid. Zijn trekken waren wat plat en zagen er vreemd uit, alsof hij van een heel ander volk was. Wat ze namelijk kon zien van Perr, zag hij er net zo uit als een Bovenwerelder, alleen iets viezer en ruwer. En langer natuurlijk.
“Ja. Kom, we gaan naar mijn huis.”
Arkyn stak zijn arm uit en keek Lilana aan. Nog steeds was er geen enkele emotie op zijn gezicht verschenen, zelfs niet toen hij praatte met de wachter. Hij was duidelijk niet het spraakzame type.
Ze knikte en legde haar hand op zijn arm zodat ze bij het lopen op hem kon steunen. Hij stelde haar op een vreemde manier op zijn gemak door zijn stille manier van doen. Hij leek wel een wandelende rots.
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 29 dec 2011 13:42, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Silena
Balpen
Balpen
Berichten: 207
Lid geworden op: 02 dec 2011 11:10

Leuk stukje weer :] Dit zijn de stukjes die je verhaal binden. De stukjes waar niet erg veel in gebeurd, maar die absoluut bijdragen aan je verhaal. Ze geven de lezer een soort overzicht of zo. Leuk gedaan :] Je beschrijft de belangrijke dingen goed en je wilt niet weten hoe fijn ik het vind dat er zo weinig fouten in je verhaal te vinden zijn. Een krant bijvoorbeeld kan ik niet lezen omdat ik dan alleen de fouten maar zie, en niet meer de betekenis van de woorden lees :P Bij jou is dat dus totaal niet het geval en dat is erg fijn!
  • Er zijn geen problemen, er zijn mensen.
Gebruikersavatar
Saskjezwaard
Computer
Computer
Berichten: 4449
Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
Locatie: in bed

O god, dat heb ik ook wel eens. Dan zit ik een boek te lezen en dan opeens schakel ik om naar de fout-in-de-grammatia-zoekende modus en dan volg ik het verhaal niet meer --' echt, ik kan me soms zo storen als ik een foutje tegenkom, laatst heb ik 10x de zin gelezen bij iets voor school omdat er een komma bij de en stond en die vond ik zo irritant dat ik de zin niet meer begreep. Een beetje vreemde karaktertrek xD
En iedereen, MERRY CHRISTMAS! Een kerstcadeautje eigenlijk voor mij xD ik heb het zo gerekend dat net op dit moment Niehic weer het verhaal in springt haha :P
------------------------------------------------------


~Hoofdstuk 5~


Het geluid van hoefstappen op aangestampte aarde was voor heel even het enige geluid dat te horen was in het bos. Er waren wel andere wezens, maar zij hielden zich stil om zo een onoplettende reiziger niet op hun bestaan te attenderen zodat ze plotseling op de weg konden springen en de man aan stukken te scheuren.
Ogen spiekten door de bosjes naar de eenzame man op het lichtgrijze paard. Snuiven. Neusgaten werden wijd opengesperd. Een hoog gekwetter klonk op van links wat beantwoord werd door gesis. Deze man had wel een heel vreemde geur om zich heen hangen, dit hadden ze nog nooit geroken. Vragende klank en geschraap van klauwen in boombast. De ogen bleven de man volgen, maar hem werd niks aangedaan.
Niehic was zich bewust van de tweestrijd in de wezens van het woud, zo ging het altijd als hij langskwam. Hij besteedde er geen aandacht aan, maar begon vrolijk een liedje te fluiten. Magie was handig als je door de bossen reed.
Hij was recht vanuit de vlakten naar het naamloze dorp gereden waar de Bovenwerelder in de buurt moest zijn gevallen. Het zou nog maar drie dagen duren voordat hij aankwam, daar had Lith wel voor gezorgd. Ze had een goed uithoudingsvermogen als hij haar maar genoeg slaap gaf en dat was iets waar hijzelf altijd op stond. Reizen van ’s ochtends vroeg tot diep in de nacht was niks voor hem.
Het tempo van het paard verviel tot stapvoets lopen. Haar ogen schoten af en toe naar de bosjes als daar weer geluid vandaan kwam, maar er lag geen angst in. Lith had al snel doorgehad dat de woudwezens haar niets deden.
Een splitsing kwam in zicht waar het pad zich verbreedde tot een weg die zo te zien vaak gebruikt was. Er groeide geen enkel beetje groen op de platgestampte aarde en de wielafdrukken van boerenkarren waren goed te zien. Niehic stopte met fluiten en trok verbaasd zijn wenkbrauwen iets op. Een nieuw dorp? Toen hij hier zo’n vijf jaar geleden langs was gereden was deze weg er nog niet geweest.
Een glimlach verspreidde zich al snel op zijn gezicht. Dat was goed nieuws! Als er iets was wat hij miste op een reis in zijn eentje was het onvoorspelbare gezelschap van mensen en de mogelijkheid om vrouwen te versieren. En hij was eigenlijk wel toe aan een zacht bed en een bad, en natuurlijk drank.
Hij spoorde Lith aan zodat ze overging in een draf. Hoe verder ze reden, hoe meer het woud terugweek van het pad totdat het een meter of zes van de rand afstond. Na de bocht hield de begroeiing helemaal op en was er alleen maar gras te zien wat zorgvuldig kort werd gehouden. Een houten muur doemde aan het einde van het pad op. Daar was het dorp.
Twee stompe poorten waren aan weerszijden van de poort gebouwd en werden onderling verbonden met een houten boog. Aan de versieringen te zien was het dorp inderdaad niet zo oud, de insnijdingen waren diep en goed te zien, en de boomstammen waren nog middenbruin van kleur.
Stapvoets kwamen ze aan bij de poort waar Niehic de merrie tot stilstaan bracht. Hij schraapte zijn keel en kwam iets overeind uit zijn stijgbeugels, wetende dat een paar wachters achter de poort hem allang gezien hadden en hem nu aan het bespioneren waren.
“Gegroet, inwoners van dit nieuwe dorp! Mijn naam is Niehic de troubadour en ik wil hier graag een nacht doorbrengen in ruil voor spel en plezier.”
Hij ging terug in het zadel zitten en wachtte totdat de inwoners een beslissing over zijn echtheid als mens hadden genomen. Dat was het nadeel van een nieuw dorp, de mensen kenden hem nog niet. Bij andere nederzettingen waar hij vaker was geweest, werd hij groots binnen gehaald. Iedereen was blij als hij langskwam, hij bracht afwisseling in het saaie leven als boer of leerlooier.
Na een paar minuten overleg klonk eindelijk een lage stem op. “Ga achteruit, vreemdeling, de poorten worden voor u geopend.”
Niehic boog zich voorover en klopte Lith in haar hals. “Kom, Lith,” zei hij zachtjes, “even iets naar achteren, dan kunnen we gelijk naar binnen.”
Het paard brieste even en deed een paar passen achteruit. Niehic glimlachte. Hij had de afgelopen paar dagen gemerkt dat Lith steeds meer zijn bevelen begon op te volgen als hij ze verpakte in een redelijk verzoek. Hij vond het vermakelijk dat hij zijn paard goede redenen moest geven om iets te doen.
De linkervleugel van de poort opende zich krakend op een kier zodat Niehic net naar binnen kon rijden. Een vijftal wachters had zich voor de opening verzameld en volgden Niehics bewegingen gespannen met hun wapens ontbloot. Woudwezens konden zich als reizigers verhullen en vielen onbewaakte dorpelingen meteen aan zodra ze een stap in het dorp hadden gezet. Niehic glimlachte vriendelijk en stak zijn handen de lucht in, zijn paard sturend met zijn benen.
Zoals hij nu kon zien was het een redelijk groot dorp waar hij was binnengelaten. De open plek voor de poort splitste zich in drie wegen waarvan twee een hoek omkronkelden en uit het zicht verdwenen. De middelste liep kaarsrecht naar het midden van het dorp waar een grote put stond. Daar in de buurt zouden ze vast een kleine herberg hebben.
Een wachter stapte voor het paard zodat ze wel moest stoppen. Hij was lang en breed, had dikke wenkbrauwen en hele lichte, blauwe ogen. Niehic zou er al zijn geld op hebben willen zetten, als hij iets gehad had, dat deze man de eigenaar van de bulderende stem was.
“Een goede middag, waarde heer wachter. Ik kan u verzekeren dat ik geen woudwezen ben, alleen een nederige troubadour die graag een herberg wil vinden om de nacht in door te brengen.”
Eén van de mondhoeken van de man ging omhoog. “Ik had al gezien dat je geen woudwezen was, geen van hen zou op het vreemde idee komen om zich als babbelzieke muzikant te vermommen. Kom verder, je moet wel goed zijn aan het dure paard onder je reet te zien.”
Niehic lachte en klopte op de luit die aan zijn zadel hing. “Ik ben de beste die je zult vinden, niemand anders is zo gek om door de wouden te reizen om in kleine dorpjes te spelen.”
Laatst gewijzigd door Saskjezwaard op 29 dec 2011 13:41, 1 keer totaal gewijzigd.
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
JodieJJ
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 4626
Lid geworden op: 15 jun 2010 11:19
Locatie: V.huuzee!!!

Ik lag nog een stukje achter xD erg hea, maar die heb ik nu ook gelezen en eindelijk je et idee over Arkyn ingestuurd :P hahah xD
Tot haar grote verbazing had de consul zelf haar die boeken kwam overhandigen.


KLopt niet :gr:

en nu je laatste stukje :D jeeeeh NIEHIC!! xD
maar hij werd niks aangedaan.


Het is toch, hem werd niks aangedaan?

Hahah ik vind Niehic nog altijd leuk xD, Poeff, oke nu ga ik even een inhaal spurt maken :P nog een stukje van Ynisa en dan kan ik ook met mijn volgende ronde beginnen xD haha :P
Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Gebruikersavatar
Carpe Diem
Vulpen
Vulpen
Berichten: 349
Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54

REACTIE VAN MIJ VOOR JOU! (echt, echt, echt!)

Ik vond dat het weer eens tijd werd, dus doe ik het maar. En ik heb echt moeite om een favoriet te kiezen, ze zijn allemaal geweldig (ook van Jodie's kan, trouwens).

Eh... Darrence staat met Lith nog steeds op één. En ik denk dat Lilana samen met Niehic op twee staat. Verder kan ik niet meer kiezen, want je maakt het me te moeilijk (*BOEE*), wat betekend dat je fabeltastisch schrijft. Yaaaay!
Arkyn is trouwens ook heel gaaf, hmmmmm.... (dat was een hele lange nadenkfrons, jawel!) en Leran is lief en onschulidg! Just AWESOME!


Goed. Ik denk dat ik nog maar even ga nadenken over wie ik het leukst vind.
Ik komt er wel een keer uit, ooit. Over 10000 jaar of zo.
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"

Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heey!

Ik vraag me af waarom Niehic zo graag naar die bovenwerelder toe wil als troubadour. Als het is omdat ze een vrouw is, zou dat eigenlijk wel een beetje jammer zijn :P Je bouwt de spanning zo op, dat ik iets groots verwacht (A)

Dat dorpje heb je trouwens goed omschreven :D Ik zie echt zo'n rommelig oud dorpje voor me. Met schots en scheve huisjes die allemaal anders zijn. ^_^

Ga zo door!

Groetjes Maaike
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Plaats reactie

Terug naar “De Poort naar een Andere Wereld”